The Unplayables / Ben Sluijs Quartet & Erik Vermeulen - 'Harmonic Integration'
(W.E.R.F., 2008)
Opname: 2007
Er was een tijd dat Ben Sluijs verweten werd dat hij academisch speelde: voorspelbaar, braaf en erg trouw aan de traditie. Dat die labels sinds enkele jaren in de kast mogen blijven, daarvan vormt 'Harmonic Integration' het duidelijke bewijs. Voor deze plaat breidde Sluijs zijn kwartet uit met pianist Erik Vermeulen. Klavierspelers die in een klavierloze context geïntegreerd worden, het blijft een gevaarlijk bezigheid. Het gevaar om louter het geluid vol te spelen is niet denkbeeldig, maar Vermeulen en de ambitieuze composities van Sluijs smoren het gevaar voor het zich kan aandienen.
'Harmonic Integration' is geen spektakel, noch voer voor vingerknippers. De muziek klinkt gedurfd en volwassen. Er wordt geflirt met atonaliteit en dissonantie, maar alles blijft spontaan en toegankelijk, ook door de fijne sound en de gecontroleerde decibels. De muziek is niet free, ook geen klassieke jazz, maar pakt en fascineert wel. Nu eens is die vrij van metrum, dan weer ligt er een (vaak verstoorde) swingritmiek onder. De onvoorspelbare melodieën kunnen cerebraal-kamerbreed of nerveus zijn, en het totaalgeluid strekt zich uit van intieme kamermuziek tot een stevige sound. Wat hierbij opvalt is dat de uitersten nooit extreem gehanteerd worden. Zo klinkt 'Harmonic Integration' niet alleen waardig, maar ook consequent, ondanks de verschillende invalshoeken die gebruikt worden.
Saxofonisten Ben Sluijs en Jeroen Van Herzeele gedragen zich als muzikale tweelingbroers; beiden moeten het hebben van hun melodische en harmonische vindingrijkheid en niet van effecten. Dit geeft de muziek iets gesloten, maar nooit gezocht moeilijk. De manier waarop ze als duo functioneren in 'Deux Conns' is wondermooi. Na een unisono gespeeld thema (wat ze ook op andere tracks uitmuntend doen) schuiven ze geleidelijk aan uit elkaar: eerst nog imiterend, daarna elk een eigen weg zoekend. Sluijs fladdert energiek en melodisch bovenaan, terwijl Van Heerzele's rustigere benadering goed uitkomt in het lagere register.
Zeker even indrukwekkend is de tandem Cabras-Patrman, die perfect kracht en nuance weet te versmelten. Zo slagen ze er in om op 'Where Is The Joy' de hele groep te versmelten tot een continue stroom geïmproviseerd geluid, waar niemand uit kan ontsnappen. Niemand, behalve Erik Vermeulen, die zich in zijn nerveuze gedaante losmaakt van de rest. Zo weet de pianist voor de verschillende tracks steeds de juiste toon te treffen: vrij en impulsief, zachtjes neerdwarrelend of afgemeten als een klassieke pianist. Deze laatste kwaliteit maakt van het titelnummer, ingezet door het lyrische, atonale duo Vermeulen-Sluijs (op dwarsfluit), misschien wel de mooiste track van de plaat: hedendaagse klassieke muziek vol impressionistische verwondering.
Een opmerkelijke gast op dit album is de geest van John Coltrane, die zich manifesteert in de uitwaaierende ritmesectie met uitdeinende melodieën van de altsax ('Scalewise') en de afrosfeer op 'Twinkling Darkness'. Het ritmisch gelaagde arrangement van dit laatste nummer is puur genieten: een donkere, tweestemmige basriff, gestapelde ritmische patronen, repetitieve pianonoten die in de diepte resoneren, een rondvliegende dwarsfluit en het aan- en afrollen van de saxofonisten. Het mag duidelijk zijn dat Ben Sluijs nog steeds zijn traditie kent, maar de tijd dat dit zijn grootste verdienste was, is duidelijk voorbij.
Meer zien en horen?
Op de website van Ben Sluijs kun je drie hierboven besproken nummers van deze cd beluisteren. Klik op 'Tracks' voor 'Scalewise', 'Twinkling Darkness' en 'Where Is The Joy?'. Op deze plaats is tevens een videoclip te zien van 'Mali', een liefst 18 minuten durende tour de force van het Ben Sluijs Quartet.(Koen Van Meel, 9.10.08) - [print]
- [naar boven]
Concertserie: Wereldvrouwen in jazz
Het Tilburgse podium Paradox heeft komende weken een aantal opvallende concerten met het gemeenschappelijke thema 'Wereldvrouwen in Jazz'. Alle concerten beginnen om 21.00 uur. Het spits zal aanstaande zaterdagavond worden afgebeten door de Libanese zangeres Rima Khcheich, een nieuwe ster uit het Midden-Oosten. Haar groep bestaat verder uit Tony Overwater (bas), Maarten van der Grinten (gitaar) en Joshua Samson (percussie). Het onlangs uitgebrachte album 'Falak' krijgt overal lovende kritieken.
Een week later, op zaterdag 18 oktober, is het de beurt aan de Israëlische ladido-zangeres Yasmin Levy. Deze opvallende zangeres maakt momenteel een bliksemcarrière en haar album 'Mano Suave' behoort tot de best verkopende cd's in de categorie wereldmuziek van afgelopen jaar. Verder geeft Levy die week nog concerten in grote zalen als Vredenburg, Oosterpoort en Melkweg. Een unieke kans om deze wereldster op een intiem podium te zien optreden. Dit optreden is onderdeel van het jaarlijkse Jiddisj Festival (17, 18 en 19 oktober).
Afsluitend is op vrijdag 14 november een concert van Esra Dalfidan met haar groep Fidan. Zij mengt haar Turkse afkomst bewust met de liefde voor westerse pop en jazz. Met haar band Fidan brengt ze een mengeling van subtiele Turkse melodieën, afwijkende ritmes en steeds weer nieuwe wendingen in harmonie. Traditie wordt gelinkt aan experiment. Dalfidan won vorig jaar het zevende Nederlands Jazz Vocalisten Concours. Onlangs verscheen 'Colors', de veelbelovende debuut-cd van de zangeres. Een mooie, veelkleurige kijk op Dalfidans talent. Verder in haar groep Tobias Klein (basklarinet), Franz von Chossy (piano), Clemens van der Feen (contrabas) en Uli Genenger (drums).
Klik hier voor meer informatie.
(Jacques Los, 9.10.08) - [print]
- [naar boven]
Vocale jazz centraal op Branche Eemjazz
Robin McKelle, Wouter Hamel & Young Sinatras, zaterdag 4 oktober 2008, Theater De Flint, Amersfoort
Met Robin McKelle, de nieuwe Amerikaanse jazzontdekking, Wouter Hamel en de Young Sinatras lag de nadruk tijdens het Branche Eemjazz Festival op het vocale werk. McKelle is al vergeleken met Ella Fitzgerald en - ja hoor, daar kon je op wachten - Billie Holiday. Maar met die diva's heeft ze weinig van doen. Eerder past ze met haar ietwat bluesy, hesige stem in de Anita O'Day-Chris Connor traditie. Ze is in ieder geval uit het goede hout gesneden: geen spoortje van een eventueel singer/songwriter-syndroom, hoewel ze ook eigen materiaal zingt. Tussen het werk van de componisten van het Great American Songbook vallen die eigen nummers nog wat weg, maar dat kan een kwestie van tijd zijn.
Het duet met pianist Alain Mallet in 'Lullaby Of Birdland' was spannend, echt jazz. Tekenend was, dat ook de Holiday-nummers 'Don’t Explain' en 'Lover Man' authentiek McKelle waren. Ze zong tevens liedjes van Ella Johnson en Louis Jordan – ik zou haar wel eens met een bluesprogramma willen horen. Het bigband-arrangement dat Willie Murillo voor haar eerste cd van 'Bei Mir Bist Du Schön' vervaardigde, was heel slim naar de triobezetting vertaald. Het wees vooruit naar haar derde plaat, waarop ze door kleinere groepen begeleid zal worden dan op de eerste twee.
Wouter Hamel blijft boeien. In tegenstelling tot McKelle zingt hij overwegend eigen materiaal en die liedjes zijn catchy – substantiële niemendalletjes zou je kunnen zeggen, wanneer dat niet zo denigrerend zou klinken. Hamel is ook een rasentertainer, die van een statisch geladen microfoon een onderhoudende act kan maken. Hij moet alleen uitkijken dat hij niet gaat galmen. Met de uitsmijter, Horace Silvers 'Filthy McNasty', bevestigde hij zijn status als 2008-hipster.
De Young Sinatras lieten de Silver-sfeer nog even doorklinken. Paul van Kessel is een prima zanger, maar zijn aanpak is traditioneler dan die van ex-Sinatra Hamel. Van Kessel is ook niet zo'n podiumdier als die laatste. Dat neemt niet weg dat ook bij de Young Sinatras sprake is van in wezen orthodoxe swing, die naar de poppy 21ste eeuw is getransformeerd.
(Eddy Determeyer, 8.10.08) - [print]
- [naar boven]
Rein de Graaff's Bebop Boek #1
Lee Morgan, een markante trompettist
"Het tragische van Lee Morgan is dat hij, evenals Donald Byrd, toch nooit de nieuwe Clifford Brown is geworden. Hoezeer de platenmaatschappijen er hun best ook voor deden. Desondanks is Morgan een van de meest markante figuren uit de geschiedenis van de jazztrompet."
Draai om je oren presenteert het eerste deel van een nieuwe serie, 'Rein de Graaff’s Bebop Boek', waarin pianist Rein de Graaff telkens een belangrijke muzikant uit de jazzgeschiedenis in de schijnwerpers zet. In het eerste deel is het de beurt aan de veel te vroeg overleden trompettist Lee Morgan. Klik hier om het te lezen.
(Maarten van de Ven, 6.10.08) - [print]
- [naar boven]
Afgeladen café Wilhelmina getuige van dertig jaar Jazzpower
Jazzpower: The 3rd Decade, jubileumconcert met Gatecrash en Gutbucket, maandag 29 september 2008, Jazzpower, Wilhelmina, Eindhoven
"Wauw, zoveel bezoekers bij een jazzconcert op maandag! Hebben jullie morgen een nationale feestdag?" Saxofonist Ken Thomson van het New Yorkse kwartet Gutbucket kon er niet over uit hoe druk het was bij het dubbelconcert waarmee Jazzpower zijn dertigste verjaardag vierde. Het was inderdaad een feestelijke avond, ook al door de woorden van wethouder Mittendorff. Zij vond dat er in een stad als Eindhoven plaats moest zijn voor een dergelijk podium.
De concertbezoekers zullen het hartgrondig met haar eens geweest zijn. Zowel Gutbucket als de groep Gatecrash rond trompettist Eric Vloeimans oogstten luidruchtige bijval van het publiek. Gatecrash draaide voornamelijk rond het lyrische spel van Vloeimans, met toetsenist Jeroen van Vliet als vunzig ronkende motor. Op zijn Fender Rhodes, voorzien van allerhande wankele klankkastjes, kleurde hij het geluid van de groep steeds anders in. Vloeimans, van zijn kant, bouwde lange bogen. Hij begon vaak ingehouden en dromerig, om gaandeweg energie te verzamelen voor melodieën die uit hun emotioneel geladen voegen kraakten.
Gutbucket was wilder en ruiger van opzet. Sommige nummers waren in een ommezien voorbij. Het zwaartepunt lag bij Thomson en gitarist Ty Citerman, die in onwaarschijnlijk snelle partijen gelijk oprenden en tegen elkaar afketsten. Als Citerman niet met de saxofoon meeholde, trok hij met galmende klanken van zijn gitaar een glanzende sluier over de muziek.
De ritmesectie van bas en drums steeg ver uit boven een ondersteunende rol. Met enige hulp van de gitaar hielden zij de groep binnen de grenzen van hoog en strak gespannen rock. Toch was het Thomson die de ogen van het publiek naar zich toe trok met de maniakale bewegingen waarmee hij de virtuoze buitelingen van zijn spel benadrukte. En het publiek juichte en joelde.
Klik hier voor een fotoverslag door Cees van de Ven.
Deze recensie verscheen eerder in het Eindhovens Dagblad.
(René van Peer, 6.10.08) - [print]
- [naar boven]
Midden-Oosten meets jazz in Rima Kcheich Group
De Libanese Rima Khcheich is de nieuwe ster uit het Midden-Oosten. Als opvolgster van Feiruz, de wereldberoemde zangeres uit Libanon, spreekt Khcheich de nieuwe Libanese generatie aan. Ze belichaamt de hoop voor deze groep mensen, die na vele jaren oorlog en conflicten op zoek zijn naar een nieuwe Libanese identiteit.
Tien jaar geleden ontmoette de zangeres bassist Tony Overwater in Yuri Honing's Orient Express. Er ontstond een intense samenwerking en vriendschap, waarbij de muzikale en culturele achtergronden een inspiratiebron vormen voor een nieuwe en eigen vorm van muziek. Een en ander resulteerde in de onlangs uitgebrachte cd 'Falak' van de Rima Khcheich Group.
Deze week geeft deze band - naast Khcheich bestaande uit Yuri Honing (saxofoon) Maarten van der Grinten (gitaar), Tony Overwater (contrabas) en Joost Lijbaart (drums) - drie concerten in Nederland. Aanstaande donderdag 9 oktober in het Lindenberg Theater, Nijmegen; vrijdag 10 oktober in het Bimhuis, Amsterdam; en zaterdag 11 oktober in Paradox, Tilburg.
Meer zien en horen?
Op de MySpace-pagina van Rima Khcheich kun je luisteren naar de track 'Haflet Taraf'. Van dit nummer is ook een fraai gechoreografeerde videoclip gemaakt, die je hier kunt bekijken. Een eenmalige gratis aanmelding bij Facebook is daarvoor wel vereist.
(Maarten van de Ven, 6.10.08) - [print]
- [naar boven]
Magistraal uitgevoerde free jazz
Globe Unity Orchestra, vrijdag 26 september 2008, Bimhuis, Amsterdam
Ruim 40 jaar bestaat het Globe Unity Orchestra. Op 3 november 1966 debuteerde het orkest onder leiding van pianist Alexander von Schlippenbach op het Berlin Jazz Festival. De groep werd samengesteld door het Gunter Hampel Kwartet, Manfred Schoof Kwintet en Peter Brötzmann Trio bij elkaar te voegen. Behalve genoemde namen speelden ook onder anderen Willem Breuker en Gerd Dudek in het Globe Unity Orchestra. Gedurende de volgende jaren ontstond een pool van Amerikaanse en Europese muzikanten die regelmatig in het orkest speelden, waaronder Anthony Braxton, Steve Lacy, Johannes Bauer, Evan Parker, Enrico Rava, Kenny Wheeler, Ernst-Ludwig Petrowsky en Paul Lovens.
Het huidige orkest herbergt nog steeds musici van de eerste periode: de saxofonisten Parker, Petrowsky en Dudek, trompettist Schoof, trombonist Bauer en drummer Lovens. Het zijn de eerste generatie free-jazz muzikanten. De helft van de band bestaat dan ook uit zestigplussers: Parker (64), Petrowsky (75), Dudek (70), Schoof (72), Lovens (61) en Von Schlippenbach (70). Die respectabele leeftijd stond de heren niet in de weg energieke free jazz van hoog niveau te produceren.
In twee sets werd gedemonstreerd dat louter improvisatie en samenspel voortreffelijk klinkende muziek kan voortbrengen. De rieten, trompetten en trombones stonden in lijn in drie groepen opgesteld en musiceerden zowel collectief als in afzonderlijke secties. Er werd zowel subtiel als heftig geblazen, opbouwend van vier keer pianissimo naar vier keer forte. Tijdens solo's werden door de verschillende groepen spontane riffs ingezet. Dat alles werd smaakvol bij elkaar gehouden door Von Schlippenbachs zeer inventieve akkoordenbegeleiding en de elkaar goed aanvullende en stuwende drummers Paul Lovens en Paul Lytton.
Basklarinettist Rudi Mahall was de prominente aanjager van de collectieve inzetten van vooral de saxofoonsectie, waarop door het koper - mede dankzij 'ouwe rot' Manfred Schoof - adequaat werd gereageerd. Aldus ontvouwde zich instant composing van grote klasse. Vanuit de collectieven kwamen de musici stuk voor stuk naar voren om te soleren. Opvallende solisten waren Rudi Mahall, vingervlug en krijsend op de basklarinet, altist Ernst-Ludwig Petrowsky en schuiftrompettist Axel Doerner. Na de pauze lag het solistisch accent vooral op het per groep en duo collectief improviseren. Indrukwekkend was vooral de duo-improvisatie van veteranen Evan Parker en Gerd Dudek, beiden op tenorsax.
In de geest van Ornette Colemans 'Free Jazz' uit 1961 en John Coltrane's 'Ascension' uit 1965 werd deze avond in het Bimhuis de free jazz door het Globe Unity Orchestra magistraal uitgevoerd.
(Jacques Los, 4.10.08) - [print]
- [naar boven]
Sofia Ribeiro & Marc Demuth - 'Dança Da Solidão' (CD Baby, 2006)
Opname: 2005
'Dança Da Solidão' werd in oktober 2005 live opgenomen in L'Inouï te Luxemburg, in dezelfde periode dat Sofia Ribeiro haar opwachting maakte in de finale van de 1st Brussels International Young Jazz Singers Competition. Ze eindigde uiteindelijk op een zeer verdienstelijke tweede plaats.
Haar Portugese roots indachtig prijken op dit debuutalbum naast jazzstandards, waaronder aparte interpretaties van onder meer 'You’d Be So Nice To Come Home To', 'Blame It On My Youth' en 'Nature Boy', ook een handvol Braziliaanse songs. Verder enkele fado's en een popnummer dat afkomstig is uit de soundtrack van 'Bagdad Café' ('I’m Calling You').
De openingstrack, het bekende 'Vera Cruz' van Milton Nascimento, zet meteen de toon voor een eenzame dans tussen de stem van Sofia en de contrabas van Marc Demuth. Het spel van de Luxemburger straalt kracht uit. Nu is de combinatie stem–contrabas allerminst een evidentie. Je zou eerder een harmonisch instrument verwachten (een piano of gitaar bijvoorbeeld). Demuth haalt alles uit de kast om de nodige variatie te brengen. Mede dankzij de brede repertoirekeuze krijgt de verveling geen kans. Het duo brengt de songs terug tot hun essentie en gaat daarin inventief te werk.
Deze recensie verscheen eerder in Jazzmozaïek.
Meer horen?
Op de MySpace-pagina van Sofia Ribeiro, waar je drie tracks van dit album kunt beluisteren: 'O Gente Da Minha Terra', 'Black Coffee' en 'You’d Be So Nice To Come Home To'.(Dirk De Gezelle, 4.10.08) - [print]
- [naar boven]
Toots zonder weerga op dertigste editie Jazz Hoeilaart
Toots Thielemans Quartet, woensdag 24 september 2008, De Bosuil, Jezus-Eijk
Voordat de maestro het toneel betrad, werd vanavond uitvoerig stilgestaan bij en postuum eer verleent aan de grondlegger van Jazz Hoeilaart, Albert Michiels, die in mei van dit jaar op 85-jarige leeftijd overleed. Jazz Hoeilaart, begonnen als lokaal festival tijdens de Hoeilaartse druivenfeesten, is onder zijn bezielende leiding geworden tot een festival met een internationale reputatie. Met als belangrijkste kenmerk het internationale jazzconcours voor aanstormend talent (zie Meer weten?).
Jean 'Toots' Thielemans, die dit jaar 86 wordt, verzorgde op de eerste dag het openingsconcert met zijn kwartet. Samen met Karel Boehlee (piano), Hein van de Geyn (contrabas) en Dré Pallemaerts (drums) speelde hij een maxi-concert, zonder pauze en zonder weerga! En het talrijke publiek kreeg waar voor zijn geld. Het werd getrakteerd op talrijke juweeltjes uit het American Songbook. Een medley met 'I Love You Porgy', 'Summertime' en 'It Ain’t Necessarily So' klonk vertrouwd, maar had voldoende eigenheid. Als ode aan Thelonious Monk vervolgde Mr. Toots solo met een breekbare uitvoering van 'Round About Midnight'.
Het technisch virtuoze spel mag dan misschien zijn afgenomen, maar in elke single note en elke gespeelde frase doorklinkt zijn rijke jazzverleden en persoonlijke zeggingskracht. Dat was ook het geval in Paul Simons compositie 'I Do It For Your Love'. Thielemans blijft een fenomeen en of hij nu speelt of spreekt: uit respect behoor je vanzelfsprekend te zwijgen. Dat ondervond pijnlijk een dame op de voorste rij, die hem met haar gebabbel zodanig stoorde dat hij haar even vermanend toesprak, waarna hij met de filmuziek uit 'Midnight Cowboy' vervolgde. 'Bluesette' begon in een langzaam tempo in vieren en ging over in onversneden swing met een ronduit zalige bassolo van Van de Geyn. Het stuk kantelde naar een latin feel en hier pakte Pallemaerts solistisch gedecideerd en boeiend uit.
De chemie met smaakmaker en uitmuntend begeleider Boehlee, gepokt en gemazeld bassist Van de Geyn en de alom geprezen Pallemaerts was uitstekend. Thielemans liet hen royaal soleren en een aandeel hebben in het succes. "En wa goan we nu spele?" vroeg Toots. "Autumn Leaves", stelde Boehlee voor. Het werd een uitvoering met veel ruimte, golvende dynamiek en raak geplaatste spaarzame, essentiële noten van de meester. Boehlee op synthesizer kleurde met langgerekte akkoorden toegevoegde waarden in. Abrupt volgde een deel met uiterst zacht spel op piano, een geplukte bas in vieren, ruisende brushes van Pallemaerts en Thielemans met broos, beeldend spel. Een uitvoering die je sprakeloos naar adem deed snakken!
Na het horen van Louis Armstrong koos Thielemans in 1942 voor een beroep als musicus. Daarom volgde tot slot nog diens overbekende 'What A Wonderful World'. En om de wens naar die wereld wat extra kracht bij te zetten, werd het een intimistische en sobere uitvoering, die tot denken aanzette. De korte en bondige versie eindigde in een morendo pianissimo. Het bedankapplaus was lang, oprecht en zeer terecht!
Klik hier voor een fotoverslag.
Meer weten?
Uit 59 kandidaten uit 20 verschillende landen (voor jazzgroepen bestaande uit musici die niet ouder zijn dan 30 jaar) selecteerde een internationale jury uit de preselectie zes finalisten. Het Mid West Quartet werd zaterdagavond in gemeenschapscentrum De Bosuil in Overijse uitgeroepen als laureaat van Jazz Hoeilaart Intern'l Contest. De winnende groep eindigde voor het Spaans-Nederlandse César Latorre Trio en het Kristian Brink Quartet uit Denemarken. Op de vierde plaats eindigde de Oostenrijkse groep Playgrounds, gevolgd door Hornstrom uit Duitsland en het Piotr Orzechowski Quartet uit Polen.
(Cees van de Ven, 2.10.08) - [print]
- [naar boven]
Bar Kokhba - 'Lucifer, Book Of Angels Vol. 10' (Tzadik, 2008)
Opname: 2007
Bar Kokhba is waarschijnlijk het beste wat John Zorn te bieden heeft: een ensemble met louter sterspelers uit de New Yorkse muziekscene dat bijzonder toegankelijk klinkt. Op het eerste gehoor lijkt het wel easy listening, maar Zorn is met dit ensemble niet uit op een gemakkelijke glimlach: hier wordt hard gewerkt. Op hoog niveau wordt er gesoleerd over de inmiddels wel bekende jiddische thema's van Zorn.
Meer dan welkom is de inbreng van gitarist Marc Ribot, die in het openingsstuk klinkt als Grant Green, maar ook graag de surfgitarist uithangt en in het stuk 'Gediel' de discussie met drummer Joey Baron aangaat. Percussionist Cyro Baptista brengt op zijn beurt weer subtiele Braziliaanse invloeden in. Bar Kokhba swingt en ontroert. Een regelrechte aanrader.(Eric van Rees, 2.10.08) - [print]
- [naar boven]
Lees verder in het archief...