Cd
Simon Toldam Trio - 'Sunshine Sunshine Or Green As Grass'
(ILK, 2012)
Opname: 20-22 september 2011
Simon Toldam kent men in Nederland vooral als pianist van het Han Bennink Trio. In deze hoedanigheid heeft hij de zware taak om de tandem Mengelberg-Bennink te doen vergeten, hetgeen iets is waar hij wonderwel in slaagt. De verwachtingen voor zijn solowerk liggen dan ook hoog. Gelukkig vervult Toldam deze met verve.
Vrijwel alle composities op 'Sunshine Sunshine Or Green As Grass' bestaan uit flarden van schijnbaar verschillende stijlen, die niet alleen als pastiche aan elkaar geplakt zijn, maar ook een logisch geheel vormen. De achteloze manier waarop dit gebeurt duidt op een groot spelplezier en inzicht in de materie. De voorbeelden hiervan zijn legio. Zo doet het titelnummer denken aan een zomerse calypso, die geperverteerd wordt door het onverwachte drumgeweld van Knut Finsrud. 'Schwung', met twee minuten verreweg het kortste stuk, heeft een repetitieve pianopartij, die het midden houdt tussen Cecil Taylor en een door Thelonious Monk geschreven vingeroefening. Hier omheen profileren zich de bas en drums. Echter, zodra de piano ophoudt en er een muzikale ontwikkeling verwacht wordt, blijkt het stuk te zijn afgelopen. De verwarring bij het publiek in de zaal is hoorbaar in de lange stilte voor het applaus en typisch voor de ontregelende neiging van het trio.
Een meer gedragen aanpak, geënt op de impressionistische toets van Bill Evans of Chick Corea, is de inspiratie voor een nummer als 'Syng Lyng Syng'. Door het uitblijven van humoristische bokkensprongen gaat de band hier onmiddellijk de diepte in. Dat Toldam en de zijnen hiertoe in staat zijn, bewijst dat de heren meer zijn dan alleen intelligente humoristen. Dit maakt 'Sunshine Sunshine Or Green As Grass' een van de fijnste opnamen van een pianotrio van het afgelopen jaar, waarin emotie, humor en verstand om voorrang vechten.
Meer horen?
Klik hier om het titelnummer van deze cd te beluisteren, 'Sunshine Sunshine Or Green As Grass'. Labels: cd
(Sybren Renema, 4.5.13) - [print]
- [naar boven]
Concert
De blik onverminderd op Texas
Boris van der Lek Trio, donderdag 25 april 2013, Jazzcafé Alto, Groningen
Ja ja, dat gaat mooi niet door. Een eenvoudige shuffle blues bij wijze van opening willen spelen en dat stuk vliegensvlug 'Blues For Eddy' dopen omdat uw verslaggever juist op dat moment het etablissement betreedt. Dat schreeuwt om een buitengemeen strenge beoordeling.
Zo gek veel is er niet veranderd aan de speelwijze van tenorsaxofonist Boris van der Lek, sinds hij dertig jaar geleden als achttienjarige naast zijn idool Buddy Tate in het Groninger Jazzcafé De Spieghel stond. Eind jaren tachtig leek het er even op dat hij zijn oriëntatie op de Texas Tenors ging verbreden richting King of Cool Lester Young, maar in café Alto schoof hij toch weer vertrouwde Texaanse licks in 'There Is No Greater Love'. Buddy Tate, Arnett Cobb en Illinois Jacquet hangen nog altijd boven zijn bed.
Niets nieuws dus onder de zon – maar onder die zon werd het behoorlijk heet. Het publiek liet zich gewillig, om niet te zeggen gretig meevoeren in de mêlee van bluesen en ballads, zodat het bier tijdens de pauze al behoorlijk lauw werd geserveerd. Wat altijd een goed teken is, als je het mij vraagt.
Drummer Jeroen van Olphen had aanvankelijk enige moeite zich naar deze simpele, elementaire aanpak te schikken. Zijn stijl is wat te hip (lees: te druk, te modern) voor het genre, maar dat duurde gelukkig niet lang. Wanneer hij de sticks de sticks liet en de vellen met zijn handen beroerde, bleek zijn approach eerder Afrikaans dan Latijns-Amerikaans. De djembé wordt subtieler bespeeld dan de congatrommel; de afzonderlijke vingers spelen een grotere rol. Bovendien bleek Van Olphen bereid, in zijn solo's tot het gaatje te gaan.
De saxofonist maakte indruk door in 'Oleo' twee melodische lijntjes met elkaar te vervlechten, met grote intervalsprongen. Een langzame blues in C werd met een langgerekte hoge schreeuw ingezet, zodat het barvolk meteen bij de les getrokken werd. En de 'Blues March' bleek uit te monden in 'Doxy', zonder dat iemand iets als een naad had gespot.
Boris heeft zijn wildste (Brood)haren verloten: hij leeft weer clean en wordt na de zomer zelfs vader. Voorts speelt hij tegenwoordig op de Selmer Serie II, die ooit aan Johnny Griffin behoorde. En nee, hij is er niet sneller door geworden – die grap wordt al aardig baardig. Wél gaat hij nog even ruig en bezield tekeer als vroeger, zoals hij ook met de Deeldeliers laat horen, de nieuwe combinatie van performing poet Jules Deelder en toetsenspeler Bas van Lier.
Nog meer goed nieuws: in verband met de crisis is de geplande verbouwing van Alto in de ijskast gezet. De maandelijkse jazzconcerten rond bassist Bert van Erk gaan vanaf september dus lekker door. Tof hè, die crisis.
Klik hier voor foto's van dit concert door Willem Schwertmann.
Labels: concert
(Eddy Determeyer, 2.5.13) - [print]
- [naar boven]
Lees verder in het archief...