Draai om je oren
Jazz en meer - Weblog





 


Concert
Esthetisch raffinement en weerbarstige drive

Gilad Hekselman Trio, vrijdag 18 oktober 2019, Lantaren-Venster, Rotterdam

Het leven lacht de relatief jonge Hekselman toe! De Israëlische gitarist heeft in 2018 het geprezen album 'Ask For Chaos' uitgebracht. Uit de opnamesessies, bestaande uit twee verschillende trio's, blijkt dusdanig goed materiaal te destilleren dat een tweede release, met de voor de hand liggende naam 'Further Chaos', is uitgebracht. Een van deze trio's is ZuperOctave, een basloze line-up met Aaron Parks op toetsen en Kush Abadey op drumkit. Het tweede trio, het gHex Trio met Rick Rosato op bas en Jonathan Pinson op drum, zet het klassieke gitaartrio-geluid, waar Hekselman een belangrijk deel van zijn roem aan ontleent, voort. Onder de noemer van het Gilad Hekselman Trio betreden deze drie musici het podium in Rotterdam om daar twee uur en twee toegiften later pas vanaf te stappen. Zonder een moment van verveling.

De muziek past geenszins in de klassieke betekenis van het gitaartrio-concept. De hierbij geldende regels worden op een vernuftige manier vermeden. Stijlen worden versneden en verrassende, gevarieerde en complexe composities worden uitgevoerd naast een enkele jazzstandard. Hekselman schuwt het gebruik elektronica, zoals een looping-station, niet en laat de gitaar een octaaf hoger klinken om het gewenste resultaat te behalen. Moderne, sprankelende gitaarmuziek.

Met veel sustain opent Hekselman met een blues-rock getiteld 'Scofield', dat naadloos aansluit op het zeer invoelbare nummer 'It Will Be Better'. Melancholisch en fragiel gespeeld. Het derde stuk, 'Tokyo Cookie', start met een luchtige cadans, waarop het thema kort wordt aangehaald en daarna breekt de hel los. Vuige, weelderige solo's maken een einde aan het eenvoudige thema. Drums en bas zwellen aan, waardoor de dynamiek wordt geïntensiveerd.

De oeroude Monk-klassieker '’Round Midnight' opent vederlicht met de sensitieve tikken van Jonathan Pinson op de cimbalen. Geleidelijk wordt de standard onstuimiger en vindt Hekselman een weg om langdurig en virtuoos te improviseren. Het lang uitgestelde, melodische outro is exemplarisch voor het creatief vermogen van de gitarist. Zijn drift tot improvisatie droogt niet op. Met een octaaf hoger en door de inzet van loopings accelereert Hekselman door. Uiteindelijk wordt het slotstuk 'Do Re Mi Fa Sol', een dromerige ballad, gespeeld. Met subtiele aanrakingen van de snaren en een laagdrempelig, gefloten refrein.

Echter, het trio slaat nogmaals toe met een aantal extra nummers. Gilad Hekselmans vermogen om esthetisch raffinement af te wisselen met weerbarstige gedeelten zorgt voor spanning en sensatie. Het verzoek vanuit het publiek om het vloeiende 'Verona' uit 2015 als toegift te willen horen, spreekt boekdelen. Passievolle, moderne muziek met kristalheldere, open gitaarlijnen, met aandacht voor melodie en een immense groove.

Klik hier voor foto's van dit concert door Louis Obbens.

Labels: ,

(Louis Obbens, 31.10.19) - [print] - [naar boven]



Cd's
Hubro Label Night Part 2
Lumen Drones - 'Umbra' (Hubro, 2019)

Opname: 2016-2018
Frode Haltli - 'Border Woods' (Hubro, 2019)
Opname: augustus 2017 & april 2018
Ståle Storløkken - 'The Haze Of Sleeplessness' (Hubro, 2019)

In dit tweede Hubro-portret in aanloop naar de Label Night in het Rotterdamse LantarenVenster staan we allereerst stil bij Lumen Drones. Dit trio, bestaande uit violist Nils Økland, gitarist Per Steinar Lie en drummer Ørjan Haaland, blijkt een klasse apart. De term postrock schiet ons te binnen bij opener 'Inngang'. Iets wat nog versterkt wordt door het hermetisch ritmische en opzwepende 'Droneslag', waarin Lie en Haaland een perfecte basis leggen voor Øklands verrichtingen. Vuurwerk van het betere soort. Jazz is dit allang niet meer, we malen er niet om, we zitten gekluisterd aan de luidsprekers. En dan het meeslepende, gruizige, ietwat onbehagelijke 'Gottlaus Slatt'. De desolaatheid van die hut in een besneeuwd landschap die de hoes siert, wordt hier verklankt. Via het al even pakkende 'Umbra', met een pakkend repetitief getokkeld patroon, belanden we in een lawine, 'Avalanche In A Minor'. Zet u dus schrap en laat u niet volledig overspoelen door de stroom van ruige klanken die het trio hier aan hun instrumenten ontlokt! In 'Speil' en 'Etnir' horen we de viool van Økland. Eerst in een prachtige, indringende, van rafelrandjes voorziene solo - melancholie in pure vorm - en aansluitend meebewegend op een deinend ritme van Haaland. Postrock dus op dit tweede album, 'Umbra' van Lumen Drones, maar zeker ook alternatieve folk, twee stijlen die elkaar raken. Hier zeer consistent vertolkt in negen meeslepende stukken. Grijsdraaien dat album.

Accordeonist Frode Haltli kwam onlangs eveneens met een nieuw album, 'Border Woods'. De verdere bezetting valt op: twee percussionisten, Hakon Stene en Eirik Raude, en Emilia Amper op de nyckelharpa, een Zweeds snaarinstrument dat veel wordt gebruikt binnen de volksmuziek. In 'Wind Through Aspen Leaves' ontvouwt zich een wonderschoon klanklandschap, vol prachtige nuances in het hoog en met een meeslepende onderstroom. De percussionisten hanteren hier duidelijk de strijkstok. In 'Mostmägg Polksa' ontvouwt zich op een percussief patroon een aantrekkelijke volksmelodie, gespeeld op de nyckelharpa. Haltli valt bij en er ontstaat een prachtige dialoog tussen de twee instrumenten, aangevuld met een pakkend ritme. Mooi ook hier dat melodische passages worden afgewisseld met meer abstracte, het is tenslotte geen folkalbum. Haltli komt uitgebreid aan bod in 'Taneli’s Lament (Sorrow Comes To All...)' en laat hier horen dat een accordeon als geen ander instrument melancholie kan verklanken. Dat gebeurt ook in 'Valkola Schottis' door de percussie, maar dan op een veel abstracter niveau. Een waaier van boventonen ontvouwt zich hier. Verderop laat de invloed van de folk zich weer gelden en horen we Haltli weer op een meeslepend ritme. Prachtig verstild, weemoedig gaat het eraan toe in het afsluitende 'Quietly The Language Dies'. De kroon op een prachtig album, waarin traditie en experiment elkaar op spannende wijze ontmoeten.

Last but not least komt hier Ståle Storløkken aan bod, die als enige een soloalbum uitbracht, Iets dat verder nergens aan af te horen is. Met een batterij aan toetsinstrumenten - synthesizers, mellotron, Fender Rhodes, hammondorgel en zo nog wat meer - creëert hij op 'The Haze Of Sleeplesness' een bijzonder klanklandschap. Aanvankelijk nog enigszins feeëriek en sfeervol, krijgt het al snel spookachtige, zich richting horror bewegende trekken. Geheel passend bij de titel, zullen we dus maar zeggen. Meer dan de andere albums is dit stuk te zien als een soort van doorlopende suite in zeven delen. We beginnen dan ook met een 'Prelude', waarin de toon wordt gezet. Daarna neemt Storløkken ons mee op een trip door prachtige klanknevels. Bijzonder is 'Stranded At Red Ice Desert. Remember Your Loved Ones (In Memory Of My Dear Mother)'. We horen hier vreemde geluiden, een repeterend ritme en een kale, onbestemde, vervreemdende melodie. Klanken die in het aansluitende 'Turbulence' nog verder uit het lood worden getrokken. Storløkken kiest hier voor pure noise, een door distortion volledig vervormde klankstorm. Zelden was een titel zo toepasselijk. Dit korte stuk vindt zijn voltooiing in het zeer ritmische 'Skyrocket Hotel', waarna we in 'Nitro Valley' weer worden geconfronteerd met duistere klanknevels, een spookachtige spanning en een stevig er-is-hier-iets-niet-pluis gevoel.

De Hubro Labelnight vindt plaats op 31 oktober in LantarenVenster, Rotterdam. Er zijn optredens van Building Instrument, Bushman's Revenge en het Erlend Apneseth Trio.

Labels: ,

(Ben Taffijn, 30.10.19) - [print] - [naar boven]



Festival
A New Wave Of Jazz Festival


"Noem het gerust een showcase. Een volgend voorlopig hoogtepunt in de weg die Dirk Serries aan het verkennen is. Van ambient, via strakke improvisatie met een knipoog naar de postrock, naar de vrijere vormen van improvisatie en de gecomponeerde muziek. Op dit eenmalige tweedaagse festival in De Singer komen die werelden allemaal samen op één podium."

Op 18 en 19 oktober bezocht Ben Taffijn het A New Wave Of Jazz Festival in De Singer. Hij zag er concerten van Tom Malmendier & Dirk Serries + Tom Jackson, Dante Boon, Benedict Taylor & Anton Mobin, Tonus, Daniel Thompson & Colin Webster, Asmus Tietchens, Antoine Beuger en Martina Verhoeven & Kris Vanderstraeten.

Klik hier om zijn festivalverslag te lezen.

Concertfoto: Geert Vandepoele

Labels:

(Maarten van de Ven, 30.10.19) - [print] - [naar boven]



Cd's
Hubro Label Night Part 1
Skarbø Skulekorps - 'Skarbø Skulekorps' (Hubro, 2019)

Opname: 17-18 december 2018
Jo Berger Myhre & Ólafur Björn Ólafsson - 'Lanzarote' (Hubro, 2019)
Mats Eilertsen - 'Reveries And Revelations' (Hubro, 2019)


De Noorse experimentele muziek, de term 'jazz' dekt de lading bij lange na niet, heeft met Hubro Music al jarenlang een uitstekende vertegenwoordiger. Dat LantarenVenster op 31 oktober een Hubro label night organiseert, is dan ook een prima keuze. Drie bands zullen er te horen zijn: Building Instrument, Bushman's Revenge en het Erlend Apneseth Trio. Van alle drie verschenen onlangs ook nieuwe albums. Maar dwars als we zijn - we lijken wel Hubro Music - bespreken we die later, samen met het verslag van de avond en besteden we hier nu, verdeeld over twee recensies, aandacht aan zes andere releases, om het Hubro-portret nog wat breder te trekken en de grote mate van verscheidenheid zichtbaar te maken.

En laten we dan maar direct met het meest bizarre album beginnen. Het titelloze debuut van Skarbø Skulekorps, het nieuwe septet van drummer Øyvind Skarbø. De foto op de hoes suggereert een fanfare. En ja, die krijgen we, maar ook een bigband, discomuziek, close harmony, zomerse rock, soul, doowop, funk, onversneden jazz, rock... ja, wat eigenlijk niet! Het is de verdienste van Skarbø dat hij deze overvloed aan muzikale stijlen aan elkaar weet te breien, van een ruggengraat weet te voorzien en er zonder meer mee weet te overtuigen. Beluister het heftig stomende 'Turnamat' en u bent verkocht. Klarinettist Eirik Hegdal mag met een bezwerende solo 'Pilabue' aftrappen, dat al snel omslaat in een melig jaren 70-deuntje dat door de drie blazers, met naast Hegdal Signe Emmeluth en Stian Omenas, met veel schwung wordt benaderd. Ook 'Farrier And The Hoof' vangt aan met ingetogen blazersklanken, maar wel voorzien van een onwaarschijnlijk dwars element, waarna ook hier Skarbø en de zijnen erin slagen om muzikaal verwarring te creëren. Een dwars en tegelijkertijd bijzonder album, of de complete collectie Hubro-albums tegelijkertijd in de speler is beland.

Dat 'Lanzarotte', het tweede album na 'The Thrid Script', van het duo Jo Berger Myhre en Ólafur Björn Ólafssson verscheen bij hetzelfde label, zegt veel. Want zo overdadig en divers als 'Skarbø Skulekorps' klinkt, zo subtiel en ingetogen klinkt 'Lanzarotte'. De titel is allesbehalve willekeurig gekozen. Het is het eiland waar Ólafsson de laatste keer samen was met zijn vriend, de IJslandse componist Jóhann Jóhanssen, die in 2018 onverwachts overleed. 'Grain Of Sand' is dienovereenkomstig doortrokken van melancholie, met zware basklanken van Myhre en ingetogen pianospel van Ólafsson. Die verstilde melancholie, soms dramatisch aangezet door piano en bas en aangevuld met boeiende elektronica, blijkt een constante. 'Atomised / All We’ve Got' vormt daar een mooi voorbeeld van. Mooi ook hoe dit stuk gaandeweg steeds ritmischer en dwingender wordt, tot de verstilling weer zijn intrede doet. In 'Both Worlds' klinkt de verlatenheid door, nog versterkt door de schrale trompetsolo van gastmusicus Eiríkur Orri Olafsson en de diepe, door elektronica mooi vervormde bassolo van Myhre. Ólafsson op drums staat centraal in het indrukwekkende 'Mimophant'. De duistere, zware slagen vallen prachtig samen met Myhre's sterk resonerende, kale basklanken. Een stuk pure postrock ontwikkelt zich hier. Het duister speelt ook een grote rol in 'Conjure Up The Past'. Donkere verschuivende klankwolken en een tikkend geluid, dat ervoor zorgt dat je van de spanning plakjes kunt snijden.

'Reveries And Revelations', het nieuwe soloalbum van bassist Mats Eilertsen, die we hier ook horen op gitaar, harmonium en keyboard, sluit qua sfeer aan bij 'Lanzarotte'. Eilertsen koos er bij de opnamen van dit album niet voor om alles alleen in te spelen. We horen in de diverse stukken gastbijdragen van de gitaristen Geir Sundstøl en Eivind Aarset, de percussionisten Per Oddvar Johansen en Thomas Strønen en trompettist Arve Henriksen. We beginnen met het stemmige 'Nightride', waarin de sfeer van verlate snelwegen goed wordt verklankt, gevolgd door het al even desolaat klinkende 'Tundra'. Voorbij schuivende klankclusters worden ons deel. Repeterende basklanken - het heeft wel wat weg van de muziek van Anton Dreyblatt - klinken in 'Endless'. Ze gaan vergezeld van sfeervolle klanken en hebben inderdaad iets tijdloos. 'Signal' breekt met deze contemplatieve lijn met een abstract klankspel, waarin de percussionisten centraal staan - alsof er met allerlei gereedschap wordt rondgesjouwd - terwijl we op de achtergrond donkere geluidstrillingen waarnemen. Ook 'Polynesia Pluck' is een abstract werkstuk, bestaande uit een groot scala aan 'geplukte klanken'. Tussen deze twee in klinkt het tonale 'Venus', maar met een zeer duistere ondertoon. Eilertsen onderneemt hier samen met Strønen een vruchtbare zoektocht naar de allerlaagste klanken. Met 'Hardanger' weet de bassist eveneens een gevoelige snaar te raken, maar het is hier vooral Sundstøl die opvalt met zijn zeer contemplatieve gitaarspel. Afsluiten doen we met 'Appreciate', waarin we naast Eilertsen Johansen en Henriksen horen, de laatste met ietwat schrille, zeer subtiele blaaspartijen.

De Hubro Labelnight vindt plaats op 31 oktober in LantarenVenster, Rotterdam. Er zijn optredens van Building Instrument, Bushman's Revenge en het Erlend Apneseth Trio.

Labels: ,

(Ben Taffijn, 28.10.19) - [print] - [naar boven]



Concert
Some funky tribute!

Skunk Funk International, zaterdag 19 oktober 2019, Paradox, Tilburg

Een zevenkoppig internationaal gezelschap bevolkte het podium van een goed gevuld Paradox op zaterdag 19 oktober. Het concert moest een eerbetoon worden aan het werk van de Brecker Brothers (Randy en Michael), een band die in de jaren 70 furore maakte met fusionmuziek. Een van hun nummers 'Some Skunk Funk' leverde de inspiratie voor de naam van deze tributeband.

Het gezelschap knalde er meteen goed in met het monumentale 'Straphangin’'. De keuze van deze titel als openingsnummer zal wel geen toeval zijn geweest. De muziek van de Brecker Brothers kenmerkt zich door strakke ritmes, spannende solo's en erg degelijk samenspel. Geconcentreerde gezichten alom in de band lieten zien dat men er serieus voor wilde gaan. Het publiek reageerde enthousiast. Ook na 40 jaar klinkt deze muziek nog aanstekelijk en fris. Sean Freeman pakte op tenorsax de rol van Michael Brecker met verve op en Teus Nobel leverde weer topwerk af in de rol van trompettist Randy Brecker. Beiden overigens met een prachtige eigen signatuur. Nummers als 'Funky Sea, Funky Dew' en 'African Sky' klonken alsof ze vorige week geschreven waren, een compliment waard.

Voor de pauze werd een prima set afgeleverd, waarbij de band een voorkeur voor de meer funky stukken uit het repertoire liet horen. De sterke ritmesectie, bestaande uit de Noorse drummer Erik Smith, de Italiaanse bassist Lorenzo Feliciati en de van Curaçao afkomstige percussionist Martin Verdonk, legde een stevig en degelijk fundament en kreeg een enkele keer de gelegenheid te soleren. Gitarist Jens Thorensen droeg zijn steentje bij met doeltreffend funky riffs en zo nu en dan een ingetogen solo. De hoofdrollen werden glansrijk ingevuld door Teus Nobel, die zich duidelijk in zijn element voelde met dit repertoire, en Sean Freeman, die naast uitstekend samenspel met Nobel ook verrassend goede interpretaties leverde in de solostukken.

Ik moet bekennen dat ik geen groot kenner ben van het werk van de Brecker Brothers. Dit concert motiveert wel om nog eens op zoek te gaan naar de platen. Het smaakt simpelweg naar meer. En ik was duidelijk niet de enige in de zaal met dit gevoel. Een staande ovatie was de beloning voor een puik concert, waarin het goed was om te zien hoe nieuwe generaties het werk van oudgedienden ontdekken, oppoetsen en weer tot leven brengen. Dat is een heel mooi fenomeen. Hopelijk blijft de band hiermee bezig en kunnen op termijn wellicht ook eigen composities worden toegevoegd aan dit repertoire.

Klik hier voor foto's van dit concert door Johan Pape.

Labels: ,

(Johan Pape, 27.10.19) - [print] - [naar boven]



Cd
Uri Caine - 'The Passion Of Octavius Catto' (816 Music, 2019)

Opname: 23 augustus 2018

Dat de Amerikaanse pianist Uri Caine een veelzijdige muzikale smaak heeft, was ons reeds bekend. Hij mag graag afwijken van de gebaande paden, iets dat hij aantoonde met een eigen interpretatie van George Gershwins 'Rhapsody In Blue', een cd vol standards met The Frankfurt Radio Big Band en vrij recent een album met het Lutoslawski Strijkwartet. Caine zette onlangs nog een stap verder met het componeren van het oratorium 'The Passion Of Octavius Catto', een groots opgezet werk voor solisten, koor en orkest. Naast Barbara Walker, de Nedra Neal Singers en het Philadelphia Choral Ensemble, horen we hier het Catto Freedom Orchestra onder leiding van André Raphel, aangevuld met bassist Mike Boone, drummer Clarence Penn en Caine zelf achter piano.

Caine, woonachtig in Philadelphia, grijpt hier terug naar het leven van Octavius Catto, een zeer ontwikkelde zwarte man die in de tweede helft van de negentiende eeuw in datzelfde Philadelphia opkwam voor gelijke rechten voor de zwarte bevolking, iets dat hij in 1871, op 32-jarige leeftijd, met de dood moet bekopen. Vermoord. Caine schetst in 'The Passion Of Octavius Catto' de strijd van de zwarte bevolking in het algemeen en die van Catto in het bijzonder.

Strijdvaardige klanken horen we in de 'Prologue' en het koor, aangevuld met Walker, dat ons vertelt waar we naar gaan luisteren. Caine geeft hiermee direct zijn visitekaartje af: dit is een hommage aan de gospel. Het wordt gevolgd door een gebeurtenis die een jaar voor Catto's geboorte plaatsvond: het in brand steken van de Pennsylvania Hall, de plaats waar de anti-slavernij demonstranten samenkwamen. Caine speelt hier een hoofdrol, qua stijl refererend aan de beginjaren van de jazz. Het orkest verklankt op zijn beurt de turbulentie en de tragiek.

Walker is een fantastische keuze, zo blijkt uit 'No East, No West', gebaseerd op een van Catto's redevoeringen. "No East, no West, no North, no South, just one destiny for all!" Probeer hierbij maar eens stil te blijven zitten. In 'The Philadelphia Streetcar Protest', dat gaat over discriminatie in het openbaar vervoer, zetten orkest, koor en Walker nog een tandje bij. 'Baseball Star Of 1867' - Catto was meer dan een burgerrechtenactivist - vormt een luisterrijk instrumentaal intermezzo. "There must come a change!" roept Walker aansluitend, met een prachtige tweede stem van de koren. Hier regeert de gospel, doortrokken van blues. Zeer opzwepende, steeds verder in tempo oplopende muziek.

Je hoort aan alles dat deze euforie niet kan duren en dat doet het ook niet. De moord, op 10 oktober 1871 tijdens de verkiezingen met Frank Kelly als dader, wordt krachtig verklankt. Disruptief, verontrustend, chaotisch, terwijl de schoten klinken. 'The Lament Of Caroline Le Count' geeft aansluitend een stem aan zijn geliefde, die zonder hem achterblijft. Walker begint sprekend, eindigt zingend, met gebroken stem, een snik wegdrukkend. Imposant. Dan rest nog 'The Martyr Rests', verhalend over het eerbetoon na Catto's dood. Caine speelt de blues, Walker en het koor vullen aan.

Caine is geen vernieuwende componist, maar weet deze geschiedenis wel op boeiende wijze en vooral met veel gevoel voor het voetlicht te brengen. Daarbij gebruikmakend van de rijke muzikale geschiedenis van de zwarte bevolking. Hij mag dan zelf niet zwart zijn, zich verplaatsen in het leed lukt hem meer dan goed. Een statement dat aandacht verdient in deze gepolariseerde wereld!

Op de website van Uri Caine kun je geluidsfragmenten van dit album beluisteren.


Uri Caine speelt ook nog gewoon jazz. Zaterdag 26 oktober bijvoorbeeld samen met trompettist Dave Douglas in De Singer, Rijkevorsel.

Labels:

(Ben Taffijn, 25.10.19) - [print] - [naar boven]



Interview / Vooruitblik / Cd
Crossing Canada met Ineke Vandoorn en Marc van Vugt


Zangeres Ineke Vandoorn en gitarist Marc van Vugt presenteren met hun nieuwe cd 'Crossing Canada' wederom een sterke proeve van bekwaamheid. Het Utrechtse stel brengt met dit livealbum een sfeerrijke staalkaart van twee tournees door Canada in 2016 en 2018. De mooie cadans, de sensitieve vocalen en de kristalheldere gitaarklanken nemen je direct mee op reis.

Wij spraken met Marc en Ineke over de totstandkoming van dit album.
Klik hier om het interview te lezen.

'Crossing Canada' wordt zondag 27 oktober gepresenteerd met een concert in TivoliVredenburg, waarbij Vandoorn en Van Vugt een ander duo zullen ontmoeten: de Engelse jazzzangeres Norma Winstone en de Italiaanse pianist Glauco Venier. Ook zij delen een gemeenschappelijke liefde voor improvisatie, songs en melodie. Beide duo's zullen deze avond in wisselende combinaties spelen.

Foto: Jiri Büller

Labels: , ,

(Maarten van de Ven, 23.10.19) - [print] - [naar boven]



Concerten
Jubileumweek 40 jaar SBM


"Vanaf zaterdag 12 oktober heeft de viering van 40 jaar Stichting Bevordering Muziekimprovisatie plaatsgevonden met 12 optredens van diverse ensembles. Paradox is formeel het eigendom van de SBM, die werd opgericht door een aantal Tilburgse jazzmuzikanten. Het doel is om, zonder winstoogmerk, muziekstromingen die in het reguliere circuit zelden aan bod komen een kans te bieden."

In de jubileumweek bezocht Louis Obbens concerten van De Link, VLEK, Ernst Reijseger/Harmen Fraanje, Paul van Kemenade Classic Quintet feat. Mete Erker, Peter Bernstein Quartet en Ziv Ravitz/Itamar Borochov/Nizan Bar.

Klik hier om zijn concertverslag te lezen.

Bekijk hier een fotoverslag van de jubileumweek 40 jaar SBM door Louis Obbens.

Labels: , ,

(Maarten van de Ven, 22.10.19) - [print] - [naar boven]



Vooruitblik
Festival Jazz International Nijmegen 2019


Op donderdag 24 oktober gaat Festival Jazz internationaal Nijmegen (FJIN) van start met een divers en eigentijds programma, dat zich kenmerkt door een gebalanceerde mix van iconen, pioniers en jong talent. Vier dagen lang zijn er concerten bij onder andere Brebl, Doornroosje, de Lindenberg en LUX. Een greep uit het uitgebreide programma:

Saxofonist Paul van Kemenade komt met zijn Three Horns and A Bass en gaat donderdagavond in Brebl ongetwijfeld knallen met drie Zuid-Afrikaanse gastmuzikanten. Het vermaarde Britse powertrio Phronesis doet ons land niet vaak aan. Dus met deze typische representant van de hedendaagse jazz, waarbij het draait om het totale geluid en niet om de afzonderlijke groepsleden, heeft FJIN iets bijzonders in huis. Met zijn kwartet Ronin tekent de Zwitserse pianist en componist Nik Bärtsch voor een zeer eigen en herkenbaar geluid, dat ergens zweeft tussen jazz, funk en hedendaagse compositie in. Het optreden dat trombonist Ryan Porter zaterdagavond in Doornroosje gaat geven, belooft ook bijzonder te worden. Voor dit concert neemt Porter de leden uit het collectief The West Coast Down mee, waaronder tenorsaxofonist Kamasi Washington en bassist Miles Mosley. Zij gaan ongetwijfeld bruggen slaan tussen jazz, elektronische geluiden en hiphop.

Wij kijken alvast uit naar het optreden van het Zweedse collectief Angles 8 op vrijdagavond in de Lindenberg. Met sterke composities van Martin Küchen, geïnspireerd door allerlei invloeden - van een kindertijdsherinnering tot aan volksmuziek, is Angles 8 een band die je ook vooral zelf live moet ervaren. "Verduiveld knappe groove met een flinke dosis rock, waar tevens de invloed van Zweedse volksmuziek en balkanmuziek in doorklinkt," zoals onze recensent Ben Taffijn hier al eens verwoordde. "Maar voor hen die het werk van bandleider en saxofonist Küchen kennen, weten dat de man nooit genoegen neemt met simpele rechttoe-rechtaan melodieën. Nee, ontsporen is een hobby van deze heer en van zijn kompanen."

The Pack Project is een jaarlijks terugkerend onderdeel van Festival Jazz International Nijmegen. Het idee is dat een jong toptalent een nieuwe band samenstelt (een 'Pack'), nieuwe composities schrijft en deze primetime presenteert op het hoofdpodium en tevens op dat van zusterfestival Festival Jazz International Rotterdam. Dit jaar wordt The Pack Project samengesteld door de Turkse trombonist Efe Erdem, die sinds 2008 in Rotterdam woont. Na zijn studie aan het Hacettepe Conservatory in Ankara studeerde hij in 2012 af bij Bart van Lier en Ilja Reingoud aan Codarts in Rotterdam. Erdem speelt al vanaf jonge leeftijd in orkesten en bands en houdt ervan te improviseren.

Met het gratis toegankelijke festivalonderdeel Free Jazz verspreiden de jazzvibes zich door de hele stad. Nederlands en regionaal talent krijgt een podium op bijzondere, onverwachte pop-up locaties, bij voorkeur in de vorm van bijzondere samenwerkingen. Hiermee presenteert FJIN jazztalent voor een breed en nieuwsgierig publiek. Vanaf donderdagavond zijn er optredens van onder anderen Jesse Schilderink met zijn Nijmegen Rotterdam Collective, Simin Tander & Jörg Brinkmann en Ad Colen met A Birds' Eye View.

Klik hier voor meer informatie over Festival Jazz internationaal Nijmegen.

Foto's: Cees van de Ven & Eric van Nieuwland

Labels: ,

(Maarten van de Ven, 20.10.19) - [print] - [naar boven]



Concert
Free jazz zoals die bedoeld was

Linda Sharrock Network, vrijdag 4 oktober 2019, FridayNITE, De Machinefabriek, Groningen

Dit was weer free jazz zoals free jazz bedoeld was. De mannen van stemkunstenares Linda Sharrock fungeerden als een organisme waarin symbiotische en individuele factoren verenigd waren. De belangrijkste parameters waren reactie, intuïtie, spontaniteit en toeval (niet noodzakelijk in die volgorde), wat tot een bijzonder krachtige oersoep leidde. Vormgeving - in de gangbare zin - en melodie kwamen pas daarna, of volgden heel direct uit het maakproces.

De meest veelzijdige muzikant van dit vijfmans Network was Mario Rechtern. Deze Duits-Oostenrijkse toonkunstenaar was thuis op niet alleen een bonte verzameling rietinstrumenten, maar ook op een soort zelfbouw viool-met-kalebas. Daarop kon hij niet slechts lustig krassen, maar ook - à la berimbau - percussieve elementen aan de bouillabaisse toevoegen.

Linda Sharrock (73) kennen we nog van haar samenwerking, in de jaren zestig en zeventig, met echtgenoot Sonny Sharrock (gitaar), maar ook in ensembles onder leiding van saxofonist Pharoah Sanders en fluitist Herbie Mann. Lynda noemde ze zich toen. Tussen 2009 en 2012 was ze uit de running, als gevolg van een hartaanval die haar gedeeltelijk verlamde. Het legde ook haar stem aan banden. Songs of gedichten declameren als vroeger zit en niet meer in. Ze bepaalt zich thans tot fluisterend gesmiespel of schurend krijsen. Een puur instrumentaal gebruik dus van haar instrument. Dat element zat trouwens altijd al in haar muziek. Ze komt zo in de buurt van het brute baritonblazen van Rechtern, met wie ze overigens al een aantal jaren werkt. Denk om de gedachten te bepalen aan vocaliste Abbey Lincoln, in haar duet met echtgenoot Max Roach op drums in het deel 'Protest' van de compositie 'Triptych'. Fascinerend en enerverend, maar ook mededogen wekkend.

Tegelijkertijd werkten de eerstejaars van de klas Illustratie 57 van Academie Minerva onverdroten aan een muurschildering van niet te kinderachtige proporties. Veel cartooneske mennekes en stichtelijke citaten over liefde en zo. Muziek en mural gingen vanzelfsprekend uitstekend samen.

Concertfoto's: Gijs Dedens

Labels: ,

(Eddy Determeyer, 20.10.19) - [print] - [naar boven]



Cd's
Ketil Bjørnstad - 'Rainbow Sessions' (Grappa, 2019)

Opname: 23 juni, 9 augustus & 20 december 2004, maart 2013 t/m juni 2017
Ketil Bjørnstad & Anneli Drecker - 'A Suite Of Poems' (ECM, 2018)
Opname: juni 2016
Ketil Bjørnstad & Eva Bjerga Haugen - 'Hus Som Kjenner Tristheten Ved Ting' (Grappa, 2018)
Opname: juni 2017

De Noorse Jazzpianist Ketil Bjørnstad bracht in 1975 zijn eerste soloalbum uit en is ook sindsdien regelmatig solo achter het klavier te vinden. Een hoogtepunt in dit oeuvre vormen zonder meer de zogenoemde 'Rainbow Sessions' uit 2004, die in 2006 door EmArcy op drie cd's werden uitgebracht. Het album werd vernoemd naar de vermaarde studio in Oslo, waar Bjørnstad tot op dat moment veel had samengewerkt met opnametechnicus Jan Erik Kongshaug. In de zomer van 2004 verhuisde de studio naar een andere plek en werd er tevens een nieuwe Steinway-piano aangeschaft. Bjørnstad kwam met het lumineuze idee om zowel in de oude als in de nieuwe studio solo opnames te maken. Aldus geschiedde in juni, augustus en december van dat jaar. Toen het Noorse platenlabel Grappa onlangs op het idee kwam om deze opnieuw uit te brengen, besloot Bjørnstad om er een vierde schijf aan toe te voegen met stukken opgenomen tussen 2013 en 2017, wederom in die Rainbow Studios en weer met Konshaug als technicus.

Naast pianist is Bjørnstad componist en alle stukken op deze albums, op drie na (op een totaal van 80), zijn dan ook van zijn hand. En in dat componeren vinden we zijn achtergrond als klassieke pianist onmiskenbaar terug. Na in Oslo bij Amelie Christie en Robert Riefling te hebben gestudeerd, vervolgde hij zijn studies in Londen en Parijs, won op veertienjarige leeftijd een muziekconcours in Oslo en debuteerde in 1969 bij het Oslo Filharmoniske Orkester met het derde pianoconcert van Béla Bartók. Pas na het horen van Miles Davis' 'In A Silent Way' stapte hij over op jazz, zonder dat klassieke toucher te verliezen. Dat Bjørnstad sinds zijn debuut in 1993 uit zou groeien tot een van de belangrijkste artiesten van het vermaarde ECM-label behoeft dan ook niet te verbazen. Zijn werk past daar perfect. Hij is een lyricus pur sang en weet zijn muzikale materiaal op een welhaast perfecte wijze te doseren, waarbij hij een afgemeten, bijna voorzichtige wijze van spelen hanteert, met een . Zijn timing is ronduit voortreffelijk is. Je hebt bij deze man kortom continu het gevoel dat het niet anders kan dan zo.

"When I chose the repertoire for these three sessions, I was thinking of the instrument, the studio's acoustics and my mood on each respective day" zegt Bjørnstad in het boekje bij de box, om er verderop aan toe te voegen dat de seizoenen bij die repertoirekeuze niet echt een rol speelden. En ook dat horen we terug. 'Lucian', te vinden op 'The Long Farewell' (dat de opnames van juni 2004 bevat) past prima bij het voorjaar, terwijl je het bedachtzame, wat melancholieke 'Hymn For Johanne' eerder zou verwachten op 'The Way Through The Woods' met de in december opgenomen sessie. Iets wat natuurlijk helemaal opvalt bij 'In The Bleak Midwinter', eveneens onderdeel van de juni-sessie en een van de drie covers. Wat niet wil zeggen dat er geen verschil zit tussen de sessies. Die van juni is intiem, sterk gericht op de lyriek, terwijl in die van augustus, 'The Rainbow', veel meer ritme zit. Stuwende patronen krijgen we hier, zoals in het titelstuk. En wat klinkt deze - dan nog nieuwe - piano prachtig! De klank kent nog veel meer nuances, waardoor het spel van Bjørnstad nog meer diepte krijgt. En dan de sessie van december, die heeft toch net wat meer intensiteit, kent een wat meer verstild en contemplatief karakter, zonder in weemoed te vervallen. Een sfeer die past bij die donkere dagen - zeker in Oslo, zo vlak voor het eind van het jaar. Het meest opvallende aan de vierde schijf 'The Third Instrument' is dat het opvallend korte stukken betreft, het merendeel zo rond de twee minuten. Er passen dan ook 29 nummers op dit deel. Verder komen we ook hier weer het dromerig melodische materiaal tegen.

De stijl van Bjørnstad leent zich ook uitstekend voor de begeleiding van vocalisten. Twee albums, allebei uit 2018, kwamen hier nog niet aan bod, maar bieden daar prachtige voorbeelden van. De eerste, 'A Suite Of Poems', verscheen bij ECM Records. We horen hier zangeres Anneli Drecker in een gedichtencyclus van Lars Saabyre Christensen. Dertien gedichten schreef hij in hotels over de gehele wereld, die hij vervolgens naar zijn vriend Bjørnstad stuurde. Aangezien die zelf inmiddels de nodige tijd in hotels heeft doorgebracht, begrijpt hij de sfeer van deze gedichten maar al te goed, iets dat eveneens geldt voor Drecker. De twee brengen deze liederen op een bijna klassieke wijze. Dreckers zang klinkt ingetogen, met weinig franje, geen vibrato, soms bijna sprekend. De begeleiding van Bjørnstad is al even bescheiden en beeldend. Hij plaats de juiste accenten, soms soleert hij even. Op het bij Grappa verschenen 'Hum Som Kjenner Trisheten Ved Ting', wat zoveel betekent als 'zij die de triestheid van de dingen kent', vinden we Bjørnstad in het gezelschap van Eva Bjerga Haugen met gedichten van de Noorse Kjersti Annesdatter Skomsvold. Haugen heeft een wat diepere, vollere stem dan Drecker en geeft prachtig vorm aan deze prachtige, ietwat melancholieke liefdesgedichten.

Foto: Synnøve Barth Bredesen

Labels:

(Ben Taffijn, 17.10.19) - [print] - [naar boven]



Concert
Tussen traditie en toekomst

Guus Janssen: Tribute To Herbie Nichols, woensdag 9 oktober 2019, Brouwerij Martinus, Groningen

Het begint een mooie traditie te worden, het trio Janssen-Van Erk-Janssen dat in Martinus werk van specifieke componisten uitvoert. Dat begon met excerpten van Guus Janssens eigen oeuvre, werd vervolgd met stukken van Misha Mengelberg en nu lagen er composities van Herbie Nichols (1919-1963) op de lessenaars. (Een volgende keer Lennie Tristano of James P. Johnson zoals al gesuggereerd werd, of toch maar Earl Hines?)

Of de muziek van Nichols moeilijk te spelen is kan ik niet echt beoordelen. Ik kan me voorstellen dat de muzikanten soms binnensmonds tellen zitten te prevelen. Het merkwaardige is echter dat die grillig vormgegeven composities heel lekker klinken. Je zou ze zó mee kunnen fluiten. Misschien heeft dat met de achtergrond van het onderwerp te maken. Op zijn achttiende voegde Nichols zich bij een New Yorkse band van leeftijdgenoten, de Royal Barons. Die speelden een soort geavanceerde swingmuziek, geïnspireerd op het oeuvre van de band van Jimmie Lunceford en dan meer in het bijzonder van diens voornaamste arrangeur Sy Oliver. Het zal geen toeval geweest zijn dat toen Oliver in 1939 naar de graziger weiden van het Tommy Dorsey Orchestra verkaste, Billy Moore, de arrangeur van de Barons, zijn plek bij Lunceford innam.

Hoe dan ook, ik hoor in die excentrieke muziek van Herbie Nichols duidelijk sporen van die fantastische, halfvergeten ballads uit de jaren dertig en veertig. Een stuk als 'The Happenings' heeft een lineair karakter, mijlen verwijderd van de nerveuze opengeknipte composities van altist Charlie Parker en andere boppers. Ook in de 'Spinning Song' hoor je die continuïteit, die brug tussen de traditie en de avant-garde. 'Change Of Season' klinkt bedachtzaam, weemoedig en misschien wel toepasselijk, nu de zomer definitief tot het verleden behoort. Guus Janssen steeg boven zichzelf uit in 'Old 52nd Street Rag', dat Nichols als een geintje had geschreven, bedoeld als kerstwens voor zijn vrienden. Hier konden we onszelf verliezen in het ragfijne toucher van de pianist, de sublieme dynamiek, het weloverwogen gebruik van de pedalen - en de verre echo's van ragtime. 'Lady Sings The Blues', de enige hit die Herbie Nichols schreef, werd met een Bach-tic geserveerd.

Bij dat alles schitterde Wim Janssen achter de drumkit. Hij bleek - ook in zijn solo's - uitzonderlijk vormvast en ondersteunde zijn collega's voorbeeldig. Nichols zelf, die met beestmensen als Art Blakey, Max Roach, Art Taylor en Danny Richmond in de studio zat, zou hier goedkeurend hebben geknikt. Hij had een studie gemaakt van Afrikaanse muziek en volgens hem zouden jazzmensen veel meer ritmische variëteit in hun muziek moeten stoppen. Toen dat uiteindelijk op gang kwam was hij al twintig jaar dood.

Klik hier voor foto's van dit concert door Willem Schwertmann.

Labels: ,

(Eddy Determeyer, 14.10.19) - [print] - [naar boven]



Cd
Benedict Taylor & Anton Mobin - 'Close | Quarters' (A New Wave Of Jazz, 2019)

Opname: 4-5 september 2017

Een 'prepared chamber', zo noemt de Franse geluidskunstenaar Anton Mobin - het alias van de Franse componist Anthony Baron - zijn zelfgebouwde instrument. Het is een houten kistje met daarin verschillende objecten die met elkaar zijn verbonden en waarvan het geluid wordt versterkt door gitaarelementen en elektrische contactmicrofoons. Een soort combinatie van percussie en elektronica dus. Stop 'Close | Quarters', het album dat Mobin maakte met Britse violist Benedict Taylor, in de speler en u weet niet wat u overkomt. Het piept, gromt, knarst en knettert op grandioze wijze. Direct in opener 'For An Old Man'. Slaat dat op het stramme bewegen? Iets waar de klanken naar lijken te verwijzen. Dat een viool eveneens een grote variatie aan klanken in zich bergt, weten we. De twee zijn in 'Minimal Muck' dan ook amper van elkaar te onderscheiden. Samen creëren ze een overvloed aan onbestemde geluiden.

Dit 'Close | Quarters' is zonder meer een van de meest abstracte albums die ik de laatste tijd hoorde. De verrichtingen van Mobin en Taylor vragen dan ook een geheel andere wijze van benaderen. Hier vrijwel geen melodie, geen harmonie, geen ritme, geen klassieke aanknopingspunten van welke aard dan ook. Alleen geluiden, waar je je continu van zit af te vragen waar het vandaan komt en wie hier nu aan zet is. Het zegt veel over Dirk Serries dat hij juist dit duo vroeg voor een album op zijn New Wave Of Jazz-label, sterker nog: hij nodigde ze uit voor zijn eerste festival in oktober van dit jaar. Grenzen aftasten kunnen we dit gerust noemen, luisteraars uitdagen. Want dit is het soort albums waar hele volksstammen van roepen dat dit toch echt geen muziek is.

Onterecht, want dit is wel degelijk muziek, alleen niet verlopend volgens de geëigende hierboven geschetste patronen. Maar van een dialoog is in 'The Lumber Guy' intussen wel degelijk sprake en van afwisseling in klanken eveneens. Hier wordt zo maar een soort van muzikaal verhaal vertelt, vol spannende wendingen en mooie klankkleuren. Meer is niet nodig. In 'Lay In The Low' zit nog iets meer structuur, een vaag melodisch patroon van Taylor op een aanhoudende toon van Mobin. Nooit een krassende viool gehoord? Dit is uw kans! Groots krassend en met flair beweegt Taylor zich over die drone, de tandarts jaloers makend.

Een volgende stap in het op het verkeerde been zetten is 'Love Song'. Een titel die je op dit album nu niet een twee drie verwacht. Maar beluister het en u kunt waarschijnlijk een glimlach niet onderdrukken. Bekijk het als minnen tussen twee geliefden en de vreemde klanken van de beide instrumenten krijgen ineens een geheel andere lading.

Benedict Taylor en Anton Mobin spelen op de eerste dag, vrijdag 18 oktober, tijdens het A New Wave Of Jazz Festival in De Singer in Rijkevorsel.

Klik hier om dit album te beluisteren.

(Ben Taffijn, 14.10.19) - [print] - [naar boven]



Concert
Adembenemend en energetisch

Jeroen van Vliet & Mete Erker, donderdag 3 oktober 2019, TivoliVredenburg, Utrecht

Pianist Jeroen van Vliet en saxofonist Mete Erker zijn twee bevriende musici die elkaar al enkele decennia kennen en ook samenwerken in verschillende formaties, zoals Estafest en het project 'Zeeland Suite Revisited'. In 2004 namen ze als duo hun eerste plaat 'Unseen Land' op. Dit album was gebaseerd op schilderkunstwerken van Mattie Schilders.

Nu reizen de twee sympathieke muzikanten het land door om hun tweede duo album 'Pluis' te presenteren en te promoten. De cd, die live is opgenomen in het Beauforthuis, maakte al grote indruk en kreeg veel lovende recensies. Mooie eigen composities met een zekere prikkelende ingetogenheid en fraaie klankkleuren in een hecht samenspel. Mijn interesse was gewekt om te ervaren hoe deze muziek overkomt bij een liveoptreden.

Het was een indrukwekkende ervaring. In de eerste set speelden ze de composities grotendeels zoals ze ook op de cd zijn gerangschikt. In de tweede set waren ook wat nieuwe composities te horen. Dat leverde een fraaie afwisseling op van klankkleuren en dynamiek. Wat al vanaf de eerste minuut opviel was het intense samenspel. De twee musici voelen elkaar perfect aan en het publiek zat zeer aandachtig te luisteren. In de stiltemomenten kon je een speld horen vallen.

In het openingsstuk 'Seeker' hoorde je al direct de intensiteit, die eigenlijk het hele concert aanwezig bleef. Van Vliet beheerst zijn pianospel zo goed dat hij alle kanten op kan met zijn creativiteit, hetzelfde geldt voor Erker. Van Vliet kan als geen ander zijn akkoorden als het ware laten landen in afwisseling met melodische versnellingen. Hij legt zijn akkoorden met een zekere vanzelfsprekendheid neer op de toetsen. Dat geeft een extra energetisch element in zijn spel. Erker weet zijn tenorsax fenomenaal te doseren en kan ook heel fijnzinnig zacht spelen. Zoals 'Rond', een compositie die goed aansluit bij het idee waar de heren voor staan: prikkelend, dichtbij en intens spelen, soms wat wringend. De twee dartelen in dit stuk om elkaar heen en ze spelen als het ware naar de harmonie toe. Dat geeft een extra lading. Dit hoor je ook terug in 'Mick'.

Sommige stukken hebben een wat introvert karakter, zonder zwaarmoedig te worden. Afgewisseld met wat extraverte stukken zorgt dat voor balans. 'Dandelion' is bijvoorbeeld zo'n opgewekte compositie van Erker. Van Vliet heeft hier zijn piano iets bewerkt, wat voor extra accenten zorgt en tevens een versterkend ritmisch effect heeft. Erker heeft een fantastische sound op zijn sopraansax en improviseert met groot gemak, aangespoord door de groovende akkoorden van Van Vliet. 'Mick' is een hommage aan een vriend. Een gedragen stuk, met toewijding gespeeld. 'Flow' is een haast klassiek stuk, waarbij Van Vliet laat horen hoe goed zijn techniek is. Hij kan met de linker- en rechterhand onafhankelijk spelen, dat is razend moeilijk. Melodielijnen van piano en sax kruisen elkaar en de compositie is rijk aan harmonie en frasering. Op de toegift na was het titelstuk 'Pluis' het laatste stuk van de avond. Het is een allesomvattende compositie. Alle aspecten van voorgaande stukken en stijlen komen hier bij elkaar. De jazzakkoorden en melodielijnen van zowel Van Vliet en Erker op zijn sopraansax zijn van een adembenemende schoonheid.

Naast dat je naar twee fantastische musici hebt zitten luisteren gebeurde bij dit concert meer. Er vond een soort van energetische transitie plaats tussen de musici onderling, maar ook naar het publiek. Die energie ging niet verloren, integendeel, die bleef haast lijfelijk voelbaar. Als je dat voor elkaar hebt weten te krijgen bij een concert, kun je wel spreken van een enerverende ervaring. Want dat was het op die derde oktober in het Utrechtse TivoliVredenburg.

Foto's: Cees van de Ven

Labels: ,

(Koen Scherer, 12.10.19) - [print] - [naar boven]



In memoriam
Ginger Baker

19 augustus 1939 - 6 oktober 2019

Als 15-jarig jongetje begon Peter Edward 'Ginger' Baker zijn carrière in jazzbands. Hij kreeg les van de Engelse jazzdrummer Phil Seamen, om daarna door te gaan als een van de meest invloedrijke rockdrummers van zijn tijd.

Baker leidde een hard leven, getekend door ruzies, vechtpartijen en drugs. Diverse samenwerkingen in zijn muzikale carrière liepen stuk op zijn eigenzinnigheid en temperamentvolle karakter. Desondanks was hij een briljant drummer en werd hij door zijn fans op handen gedragen. Baker stierf afgelopen zondag op 80-jarige leeftijd. Hij was al jaren ziek en leed aan hartfalen, COPD en vele andere aandoeningen.

Ginger Bakers grootste succes was ongetwijfeld Cream. Een band die hij oprichtte met gitarist Eric Clapton en bassist Jack Bruce. Met de laatste had Baker een ontvlambare relatie, zowel persoonlijk als professioneel, stammend uit een eerdere samenwerking. Toch maakte Cream hem beroemd en rijk.

Geworteld in de jazz was Bakers speelstijl inventief en vrij en in zijn muziek vertoonde zich door de jaren heen een bijzondere mengeling van jazz, r&b, met Afrikaanse invloeden. Zijn drumkit met dubbele bassdrum en verticale opstelling van de tomtoms leende zich uitstekend voor instrumentale jams en lange, snoeiharde drumsolo's. In 'Toad' haalde hij soms makkelijk 20 minuten.

Cream (the cream of the crop) werd gezien als de beste rockband ooit, maar hield het - mede door de ruzies tussen Baker en Bruce - nog geen drie jaar vol. Ze maakten vier albums, met 'Sunshine Of Your Love' en 'White Room' als grootste hits. In 1968 nam Cream afscheid van het publiek in de Royal Albert Hall in Londen en in 2005 beleefde Cream een laatste reünie op dezelfde locatie.

Met Clapton en Steve Winwood begon Baker daarna de band Blind Faith, maar die samenwerking was geen lang leven beschoren. Weinig succesvol was ook de Ginger Bakers Airforce en in de jaren 70 verhuisde Baker naar Afrika, waar hij vaak met Fela Kuti speelde en muziek opnam in zijn studio. Ginger Baker werkte verder samen met onder anderen Gary Moore, Hawkwind, Public Image Ltd en met Bill Frisell en Charlie Haden in het Ginger Baker Trio.

In de Jazztube kun je kijken naar de geruchtmakende documentaire 'Beware of Mr. Baker' (2012) van de Amerikaanse regisseur Jay Bulger.

Foto: Geert Vandepoele

Labels: ,

(Donata van de Ven, 8.10.19) - [print] - [naar boven]



Concert / Jazztube
Over appels en peren

Tom Harrell: Infinity, zondag 29 september 2019, Bimhuis, Amsterdam

Waarom mag je eigenlijk geen appels met peren vergelijken? Het is tenslotte allebei fruit en daarnaast, afmetingen zijn vrijwel gelijk en de kleur vaak ook. Oké, ze smaken anders. Nee, vergelijken gaat prima. En dus mag ik ook het kwintet van Tom Harrell, dat onlangs het Bimhuis aandeed vergelijken met dat van Paul Van Gysegem, dat ik eerder hoorde bij JazzCase in Neerpelt. Het gaat in beide gevallen om een kwintet - dat Harrell een gitarist laat opdraven en Van Gysegem een pianist mag de pret niet drukken - en het is allebei jazz. Dat we daarmee de vergelijkingen wel ongeveer hebben gehad, doet al evenmin ter zake.

Tom Harrell is een gevierd trompettist en net als Patrick De Groote horen we ook Harrell op flügelhorn, toch nog een overeenkomst. Maar dan is er de muziek. Harrell kan melodieën schrijven, lyrische, perfect uitgebalanceerde melodieën. Ze zetten zich vast in je hoofd. En deze man gebruikt dat kwintet om die kleine verhaaltjes, want zo kun je die composities best noemen, te kunnen vertellen. Hier geen vreemde wendingen, dwarse experimenten, zijweggetjes en dwaaltochten. Dat leidt alleen maar af. En dus voegen tenorsaxofonist Mark Turner en gitarist Charles Altura zich perfect naar de lijn die Harrell uitzet. Het resultaat is luisterjazz op het allerhoogste niveau en een uitverkocht Bimhuis.

Wat voor de solisten geldt, geldt grosso modo voor de ritmesectie, die exact doet wat de naam belooft: ritme toevoegen en structuur brengen. De enige die zich zo nu en dan wat minder houdt aan die mores is drummer Jonathan Blake, die het op die momenten niet kan laten de muziek naar zich toe te trekken.

Dit alles laat onverlet dat er zeer goed wordt gemusiceerd. Harrell is als geen ander in staat om op koper wonderlijk subtiele, bijna liefelijke noten te blazen, iets dat voor Turner eveneens geldt. En dan hebben we Altura, die op zijn gitaar een al even fragiele klankwereld weet te creëren. Allemaal heel mooi, bijna te mooi, te perfect. Want hier valt geen onvertogen noot, het zijpaadje wordt niet gekozen, verdwalen kunnen we niet. Dat zou immers alleen maar afbreuk doen.

Appels en peren. Doe mij maar appels. Lekker stevig, ietwat zurig. U krijgt van mij die rijpe peer. Ruilen?

In de Jazztube hierboven kun je het concert integraal bekijken.

Labels: , ,

(Ben Taffijn, 7.10.19) - [print] - [naar boven]



Concert
Schakelen tussen bestaande melodie en gezochte improvisatie

Celano/Badenhorst/Baggiani featuring Wolfert Brederode, vrijdag 27 september 2019, Paradox, Tilburg

Het trio bestaat uit de Argentijnse drummer, componist en producer Marcos Baggiani, de Belgische (bas)klarinetist en tenorsaxofonist Joachim Badenhorst en de Argentijnse gitarist en componist Guillermo Celano. De Argentijnen werken al jaren in Nederland en maken deel uit van de Amsterdamse improvisatie-scene. Dit betekent dat zij voortdurend op zoek zijn naar vernieuwing, spanning en avontuur. Op het North Sea Jazz Festival 2013 is de samenwerking met rietblazer Badenhorst begonnen. Vanaf dat moment vormen de muzikanten een trio.

Vanavond zou de presentatie van het album 'Lili & Marleen' plaatsvinden, verschenen op het progressieve, avant-gardistische Clean Feed-label. Echter, verrassenderwijs is pianist Wolfert Brederode toegevoegd aan het trio. Dit is opmerkelijk, omdat de ECM-artiest bekend staat om zijn lange, lyrisch-melodische verhaallijnen. Tijdens het concert wordt duidelijk dat in deze samenstelling uit een veel breder repertoire wordt geput dan louter uit het voornoemde album. Er worden ook nummers gespeeld van 'Nothing Changes' en 'Erasing Borders' van de oorspronkelijke Celano/Baggiani Group. Dit vergroot de rekbaarheid, opwinding en intensiteit van de muziek. De meeste composities zijn door de groepsleden zelf geschreven, op een enkele uitzondering na (Dmitri Sjostakovitsj en Mischa Mengelberg).

Het amalgaam van stijlen en het overschrijden van genres is karakteristiek voor deze groep musici. Muzikale categorieën worden losgelaten en grenzen worden overschreden. Het improviserend gehalte van het intiem, knisperend en vervormend gitaarspel van Celano klinkt al even prachtig als ongrijpbaar. Het spelen met het ritme door versnelling, vertraging en onderbreking, het plaatsen van ritmische accenten en de cadans en dynamiek van Baggiani zijn miraculeus en maatgevend. Meestal onderhuids, maar ook meedogenloos en direct. De beheersing van Badenhorst op zowel klarinet, basklarinet als tenorsax is puik en zijn zeggingskracht op de drie instrumenten is grenzeloos. De vrijheid van Badenhorst bij het gebruik van een verscheidenheid aan klankkleuren is groot. Het biedt hem de mogelijkheid om met gevoel voor intimiteit te kunnen ontroeren, vurig te kunnen accelereren en om schurend naar een apotheose toe te werken. Brederode is een rasimprovisator, die zich prima staande houdt. Zijn bijdragen zijn avontuurlijk en effectvol, maar komen in het muzikaal geheel soms gekunsteld over.

Het handelskenmerk van deze unieke formatie is het schakelen tussen de bestaande melodie en de gezochte improvisatie. Ook het zoeken naar en het vinden van een muzikale balans tussen structuur en schijnbaar onbeperkte, muzikale vrijheden, vol abstractie. De deconstructie van de toegift 'Lili Marleen' is exemplarisch. 'Das Lied eines jungen Soldaten auf der Wacht' heeft net als bij Marlene Dietrich een dramatische lading. Maar het herkenbare thema wordt slechts fragmentarisch beroerd door Badenhorst, Celano en Brederode.

Klik hier voor foto's van dit concert door Louis Obbens.

Labels: ,

(Louis Obbens, 5.10.19) - [print] - [naar boven]



Vooruitblik
A New Wave Of Jazz Festival


Dirk Serries zit nooit stil. Niet alleen participeert hij als musicus in het ene project na het andere, iedere keer weer nieuwe uitdagingen aangaand; hij timmert ook druk aan de weg met zijn label A New Wave Of Jazz en, in het verlengde hiervan, met het organiseren van concerten. Maar niet te snel. Sta even met mij stil bij de naam van dit label. En neem die vooral letterlijk, want dit is wat Serries wil: het oprekken van wat we als jazz beschouwen, geholpen door het feit dat Serries zelf van huis uit geen jazzmuzikant is, al vertoeft hij de laatste jaren wel steeds vaker in de nabijheid van in de wereld van de vrije improvisatie opererende collega's. Maar juist die andere achtergrond van Serries, die van de ambient en de postrock, maakt dit label zo interessant.

Beperkte hij zich aanvankelijk tot zijn eigen muziek, een pas uitgekomen serie nieuwe albums en de line-up van een tweedaags festival in oktober tonen aan waar Serries heen wil: een synthese bereiken tussen hedendaagse gecomponeerde muziek en vrije improvisatie, waarbij hij tevens kiest voor muziek met een sterke gerichtheid op de aard van klank en zonder daarbij het bekende buiten te sluiten. Dat zien we terug in het programma van het festival dat op 18 en 19 oktober plaatsvindt in De Singer, Rijkevorsel.

Met drummer Tom Malmendier werkte Serries eerder samen in een duo, maar met de toevoeging van klarinettist Tom Jackson voegt Serries een ander element toe. Jackson komt uit de wereld van de hedendaagse gecomponeerde muziek en maakt deel uit van ensembles als Apartment House en het British Sinfonietta. Hetzelfde geldt voor een pianist als Dante Boon, die naast componist vooral actief is als uitvoerder van gecomponeerde muziek en voor iemand als componist Antoine Beuger. Boon is verder regelmatig te horen op albums van Beugers Wandelweiser label, waar Serries veel verwantschap mee voelt. Dit label brengt veelal muziek uit die te omschrijven valt als zeer minimalistisch, waarbij geluid een ongeveer even grote rol speelt als stilte en waarin het meer dan in welke ander muziek draait om de kleinste nuances en details. Bij Serries vinden we dit terug in zijn project Tonus, een steeds van samenstelling veranderend collectief dat ook tijdens dit festival zal optreden, maar we komen het ook tegen bij iemand als bassiste/pianiste Martina Verhoeven, die we tijdens dit festival horen in een duoset met de zeer veelzijdige percussionist Kris Verstraten.

Het optreden van saxofonist Colin Webster en gitarist Daniel Thompson zou wel eens een geheel ander aspect van Serries' muzikale universum kunnen gaan uitlichten. Met name Webster kennen we als iemand die de boel regelmatig flink op scherp kan zetten. Iets dat ook wel eens het geval kan worden met het optreden van violist Benedict Taylor en geluidskunstenaar Anton Mobin. Bijzonder zal ook zeker het optreden op zaterdag worden van de Duitse elektronicapionier Asmus Tietchens, die half jaren 70, samen met musici als Dieter Moebius, Conny Plank en Hans-Joachim Roedelius deel uitmaakte van de voorhoede van de elektronische Krautrock. Hier gaat hij aan de slag met Tonus-opnamen, waaraan hij ongetwijfeld een geheel eigen draai zal gaan geven.

A New Wave Of Jazz, inderdaad. Het mag met jazz wellicht niet veel meer te maken hebben, met muziek des te meer. Muziek die ertoe doet, die je stil doet staan en soms naar adem doet happen, muziek ook die gehoord moet worden. De Singer is er door zijn relatief geringe afmetingen en uitstekende akoestiek een prima locatie voor. Dus graag tot 18 oktober, aldaar.

Foto's: Cees van de Ven

Labels: ,

(Ben Taffijn, 5.10.19) - [print] - [naar boven]



Concert
De wonderen en de wereld

Mike Del Ferro & Andrea Caruso, zondag 29 september 2019, Brouwerij Martinus, Groningen

Bij wijze van preambule:
Wonder 1. Atelier Il Sole in Cantina, het Groninger podium voor kleinschalige hedendaagse improvisatiemuziek, is weer open. Na een angstig stille periode van een paar maanden ging het souterrain aan de X-straat in de nacht van 29 op 30 september van start met een intense set van gitarist Jorrit Westerhof, weer terug op het oude honk en slagwerker Aleksandar Skoric, die de oren in heel Europa laat suizen, maar Groningen nog altijd als basis heeft. Het Groninger volkje had goed naar de grapevine geluisterd (lees: Facebook) en was in recordgetale naar de Cantina getogen. Zeggen dat je er over de hoofden kon lopen zou een understatement zijn: de muziekliefhebbers waren in dichtste bolstapeling in het zaaltje geperst.

Wonder 2. Ik hoorde een dag eerder van de renaissance van het Atelier in een nieuw zaaltje voor theater, muziek en multimediaprojecten, FridayNite. Het podium is onderdeel van De Machinefabriek van het Noord Nederlands Toneel en de Club Guy & Roni. Twee solisten speelden er, de reeds genoemde Skoric en gitarist Arvind Ganga. Het spel van de percussionist zou je kunnen karakteriseren met intensief, geconcentreerd en ritualistisch. Wat ik nog nooit had meegemaakt: na het halve uur slagwerkgeweld bleef de zaal minutenlang doodstil. Alsof het spektakel in ieders hoofd nagloeide, als een soort audio-fosfeen.

Wonder 3. Korte inhoud van mijn voorafgaande. Van de fiets patsboem gepletterd, acht minuten morsdood, gereanimeerd, kunstmatig gekoeld en in coma gehouden (prognoses van de respectieve HH geneesheren: 'mooi dood'; 'prachtig plantje'; 'verregaande verlamming'; 'hardnekkige hersenschade'), maanden gerevalideerd en uiteindelijk kipjelekker. Een medisch godswonder! Mazzel, meneertje! Hallelu!

Zodat ik mij dus afgelopen weekend wederdoopte in het Groninger jazzleven. Na de nacht in de Cantina bijna op tijd voor het matinee van pianist Mike Del Ferro en bassist Andrea Caruso. Een en ander in het kader van de reeks Klassieke Affaires in Martinus. Kamerconcertjes op het snijvlak van klassieke muziek en jazz. Nu, dan waren we bij Del Ferro en Caruso aan het goede adres. Del Ferro senior was operazanger (nog met Maria Callas gewerkt) en Caruso speelde vanaf zijn tiende recitals met kamerorkesten. Er werd werk vertolkt van Antonio Carlos Jobim, Giacomo Puccini, Thijs van Leer, Giuseppe Verdi, Georges Bizet, naast eigen composities. Niet zo gek, de vrijmoedige aanpak van deze heren: klassieke componisten zullen hun werk doorgaans ook al improviserend hebben geconcipieerd. En improvisaties door solisten waren tot diep in de negentiende eeuw ook in de concertzaal heel gebruikelijk.

Van Van Leer speelde het duo 'Le Tango'. De fluitist/organist stopte in zijn muziek ook altijd klassieke elementen, legde Del Ferro uit. Deze tango was niet zozeer verfijnd of elegant, als wel razend en donderend. De pianist beukte in de lage registers van zijn instrument niet mis te verstane paukenslagen - om elders vaag aan Lennie Tristano refererende loopjes te spelen. Ook Art Tatum kwam even om de hoek kijken in de versieringen van Verdi's 'Brindisi'. Het tweetal werd duidelijk niet gekweld door eerbied voor de oude meesters. Wél respect.

Aan de bas werden hoge eisen gesteld. Caruso trippelde puntig en pittig door de partituren - of liet zijn instrument met strijkstok voluit zingen. Na zo'n gevoelige, gedragen solo mengden de klokken van de nabijgelegen Josefkerk zich naadloos en functioneel met de muziek. Inderdaad, zo langzamerhand hoogste tijd voor het Lof.

Men kent 'Carmen Murdered' van Spike Jones and his City Slickers? Welnu, de versie van Del Ferro en Caruso deed daar niet voor onder. Niet alleen werd Carmen gewurgd; onder de lading hardhandige noten en akkoorden van de pianist werd ze ook levend begraven. Dat komt er dus van, van al die jazz met die klassieke muziek.

Foto's: Bert van Erk & Govert Driessen

Labels: ,

(Eddy Determeyer, 3.10.19) - [print] - [naar boven]



Cd's
Zwerv - 'Music From Any Moment' (Creative Sources, 2018)

Opname: 14 december 2017
Xavier Pamplona Septet - 'Play The' (Casco, 2019)
Opname: 14 december 2017
Zyft - 'Midnight Tea Suite' (Creative Sources, 2019)
Opname: 2 mei 2018
Kuhn Fu - 'Chain The Snake' (Berthold, 2019)
Opname: 14-15 mei 2018

De uit Israël afkomstige basklarinettist Ziv Taubenfeld kwam naar Nederland om bij Michael Moore te studeren, bleef hier hangen en groeide uit tot een gezichtsbepalend lid van de Amsterdamse impro-scene. Een viertal albums van groepen waar hij deel van uitmaakt, laten die veelzijdigheid uitgebreid aan bod komen. Zo is hij leider of lid van groepen als: Full Sun, Bones, Kuhn Fu, Plots, het Xavier Pamplona Ensemble, Zwerv en Zyft. Van een aantal van deze groepen verscheen recent nieuw werk.

Zo bracht Zwerv, onder leiding van gitarist Henk Zwerver vorig jaar het bepalende 'Music From Any Moment' uit. 'Where We Are' vangt aan met stemmige, maar ook heerlijke rommelig aandoende geluiden, waar we naast Zwerver, bassist Raoul van der Weide, drummer George Hadow en pianist Nico Chientaroli in herkennen. Dan horen we hier Taubenfeld doorheen piepen met een geluid dat we niet in eerste instantie met een basklarinet associëren. Maar het wordt nog drukker met het aantreden van trompettist Luis Vicente en trombonist Salvoandrea Lucifora, alsof ze allemaal even willen laten horen dat ze ook meedoen. Vrije improvisatie op het scherpst van de snede. Muzikaal stormen - en wie welk geluid produceert is met geen mogelijkheid te achterhalen - doet het eveneens in 'Duo 3', 'Revolving Entrances' (waarin de drie blazers een vogelvolière lijken te imiteren) en 'The Startup'. Maar het kan ook oneindig subtieler, zo toont 'The Takeover' ons, een stuk met wonderlijke, intieme klanken waaraan de opgave om met zo minimaal mogelijk zo veel mogelijk te bereiken ten grondslag lijkt te liggen, totdat de leden van dit ensemble het genoeg vinden en de onstuimigheid weer toeslaat.

Het Xavier Pamplona Septet heeft Van der Weide als geestelijke vader, verder ook hier Hadow en Taubenfeld, aangevuld met pianiste Marta Warelis en de blazers Michael Moore op klarinet, Alistair Payne op trompet en Giuseppe Doronzo op baritonsax. Live kwamen ze op deze blog eerder aan bod, naar aanleiding van een concert in de PlusEtage. Een paar maanden daarna speelden ze in het Amsterdamse Splendor, waarvan op het album 'Play The' de opnames verschenen. De muziek van dit ensemble is een stuk gestructureerder dan die van Zwerv. Voorbeelden zijn 'Hawkwind' en het begin van het lange 'Ambitious Cyclus', die met hun ritmische structuur zo zouden passen in het circus. Er zit kortom humor in deze muziek. Voor een deel komt dit door de mix van ritmische structuren en pakkende melodieën enerzijds en vrije improvisatie anderzijds. Diezelfde aanpak kenmerkt het werk van pianist Guus Janssen, van wie we op dit album 'Koto A Gogo' horen, naast het inmiddels beroemde 'Jo-Jo Jive' en van cellist Tristan Honsinger, van wie 'Luce Nel Scuro' op het menu staat. Een vereiste bij deze muziek is wel dat musici goed op elkaar ingespeeld zijn, iets dat bij dit septet zeker aan de orde is.

Taubenfeld en Zwerver vormen samen met altvioliste Maya Felixbrodt Zyft. 'Midnight Tea Suite' is hun debuut. De combinatie basklarinet-gitaar-altviool mag dan een niet al te voor de hand liggende zijn, hij blijkt uitstekend te werken. Een onvermoede klankrijkdom krijgen we hier voorgeschoteld in allesbehalve hapklare brokken. Wat dat betreft lijkt de muziek van dit trio wel wat op die van Zwerv, niet zo gek natuurlijk met zowel Zwerver als Taubenfeld in de gelederen. Machtig mooi is Felixbrodts solo op 'And The Curtain Opens', gevolgd door een klinkend moment van Taubenfeld en verderop een krachtige gitaarsolo van Zwerver, die hier de stilte als hulpmiddel inzet. En over klankrijkdom gesproken, luister in ieder geval naar 'Sip, Sip, Sip'.

En dan is er het kwartet Khun Fu, dat net zijn derde album uitbracht: 'Chain The Snake'. Twee leden kwamen we hierboven reeds tegen, basklarinettist Ziv Taubenfeld en drummer George Hadow. Verder bestaat deze band uit de Duitse gitarist Christian Kühn en de Turkse bassist Esat Ekincioglu. Hier horen we weer een totaal andere kant van Taubenfeld. Khun Fu maakt muziek op het snijvlak van jazz en rock, een stijl waar de basklarinet prima bij blijkt te passen. Taubenfeld laat zijn instrument hier flink scheuren en creëert met zijn diepe klank menig spannend moment als onderdeel van dit boeiende kwartet. Lekkere, vlotte nummers maken deze heren, met een stevige groove die zich vastzet in je hoofd. Fascinerend klinkt de uitzondering op de regel: 'Oswaldo’s Waltz', met name vanwege het innemende duet van Kühn en Taubenfeld op een inderdaad walsende bedding van Ekincioglu en Hadow. In het aansluitende 'Gustav Grinch' gaat het echter weer vol gas en stoken Kühn en Taubenfeld, aangedreven door de stomende ritmesectie, het vuur weer hoog op. Blijf nu maar eens stil zitten. In 'Traktus' laten de heren echter andermaal horen ook prima raad te weten met de meer ingetogen klanken en het is vooral Taubenfeld die hier een prachtige klanksculptuur neerzet, voordat hij met de ritmesectie het nummer naar een daverende climax brengt.

Labels:

(Ben Taffijn, 2.10.19) - [print] - [naar boven]


Lees verder in het archief...








Menupagina's:




Cd van het moment:
Sylvie Courvoisier - 'Chimaera'

Klik op de hoes om een track te beluisteren en voor meer informatie





Nieuws, tips, suggesties, adverteren, meewerken?
Mail de redactie.