Draai om je oren
Jazz en meer - Weblog





 


Concert
Night Porter mist de sjeu van jazz

Night Porter: Christina Branco & João Paulo Esteves da Silva, zaterdag 17 januari 2015, Paradox, Tilburg

Als je van fado houdt en Christina Branco brengt een bezoek aan jouw hometown, dan ga je erheen, toch? En al helemaal als ze dan naar het Tilburgse Paradox komt. Lekker intiem, dat wordt genieten! Maar je krabt je wel even achter de oren als blijkt dat ze niet voor de fado komt, maar voor de jazz! Als rasechte muziekliefhebber sta je natuurlijk overal open voor en krijgt iedereen het voordeel van de twijfel, maar eerlijk is eerlijk: een teleurstelling viel toch niet helemaal te onderdrukken. En dat was het geval bij een groot deel van het publiek in de uitverkochte zaal. Tegen beter weten in, iedereen had inmiddels de aankondiging gehoord, bleef het verlangen sidderen naar een onvervalste fadosong, zoals Branco dat kan. En dat bleef het hele concert aanwezig, tot de toegift, waarin eindelijk de ontlading kwam.

Branco zelf voelde dat feilloos aan. En - alsof ze er zichzelf ook onzeker over voelde - zo benaderde ze ook de liedjes. Stukken van de legendarische componist en liedjesschrijver Cole Porter. Porter schreef tijdens zijn leven meer dan 800 songs. Hij schreef musicals en Broadwayshows, en zijn wereldberoemde evergreens ('I’ve Got You Under My Skin', 'I Love Paris', 'I Get A Kick Out Of You', 'Every Time We Say Goodbye') werden vertolkt door grootheden als Billie Holliday, Ella Fitzgerald en Frank Sinatra. Bepaald geen sinecure dus. Branco zong ze met een klassieke stem, en durfde zich daarin nauwelijks nuances te veroorloven waardoor de vitaliteit uit de liedjes verdween. Ze misten de sjeu van jazz.

Maar ook het taalaspect speelde hier een grote rol in, haar Engelse uitspraak kwam niet goed uit de verf en Branco moest het telkens aflezen van haar blaadje. Jezelf inleven, en het liedje dragen wordt dan erg moeilijk. Ook bij de vertolking van een Franse chanson speelde de taalbeheersing haar parten, maar toch paste dat weer beter bij het timbre van haar stem en leek Branco zich iets vrijer te voelen. De twee sets werden verder afgewisseld door twee weinig imponerende instrumentale stukken, gespeeld door de pianist die Branco vergezelde, João Paulo Esteves da Silva. Ook in de begeleiding leek hij Branco niet echt te kunnen vinden. Zijn spel was af en toe best lekker swingend, maar ook chaotisch waardoor de balans in het toch al fragiele geheel soms ver te zoeken was.

Toch kan ik ook respect voor Branco hebben. Respect voor het feit dat ze een uitstapje wil maken en zich kwetsbaar op durft te stellen. Uit haar keus spreekt liefde voor muziek, Porter en jazz. Vlak voor mij stond een prachtige vrouw, met een prachtige stem, die fado ademt. En uiteindelijk kwam die ook, als toegift, als een beloning voor het publiek en een opluchting voor haarzelf. Ze kon niet anders.

Klik hier voor foto's van dit concert door Monique van der Lint.

Labels:

(Donata van de Ven, 30.1.15) - [print] - [naar boven]



Cd
Hiromi – 'Alive' (Telarc, 2014)

Opname: 5-7 februari 2014

Pianiste Hiromi is sinds enkele jaren gestart met 'The Trio Project'. Inmiddels zijn er in deze combinatie drie albums uitgebracht: 'Voice' (2011), 'Move' (2012) en 'Alive' (2014). De laatste cd is met de rock geïnspireerde ritmesectie – drummer Simon Philips en basgitarist Anthony Jackson – het logische vervolg op de vorige twee.

Hiromi, die op de Berklee School of Music pianist Ahmad Jamal als mentor had, bezit de capaciteit diverse stijlen in haar spel en composities te verenigen: rock, klassiek, jazz en fusion. Wat de jazz betreft met grote dank aan Jamal.

Op deze cd prevaleren de rockelementen en -invloeden, waarbij drummer Philips een zeer prominente en vooral dominante rol speelt. In het robuust rockende openingsnummer 'Alive' is de toon dan al evident gezet. Het is 'rock around the clock' dat de klok slaat. Er is dan geen houden meer aan. Ondanks dat geweld handhaaft de frêle ogende Hiromi zich moeiteloos met een stevig toucher, ferme rubato speelwijze, bonkende blokakkoorden en zeer virtuoze single-note improvisaties.

Het is power piano trio jazz in het kwadraat, met uitzondering van het klassiek preluderende solo pianonummer 'Firefly' en het gospel georiënteerde, langzaam gespeelde 'Spirit'. Dus, vooral voor de powerjazzliefhebbers een aan te raden cd, terwijl er voor de mainstreamjazzers genoeg te beleven valt aan het formidabele pianospel van Hiromi Uehara.

Labels:

(Jacques Los, 30.1.15) - [print] - [naar boven]



Concert
Zwevend door het Bimhuis

Jasper Blom Quartet & special guests Lilian Vieira & Ruben Hein, zaterdag 17 januari 2015, Bimhuis, Amsterdam

Het album 'Audacity' is het vierde album van het Jasper Blom Quartet sinds het debuutalbum 'Statue Of Liberty' in 2008. Bij de introductie van deze cd toont Blom niet alleen zijn vreugde met het uitverkochte Bimhuis. De tenorsaxofonist steekt de loftrompet uit naar zijn muzikale kompanen en verzekert het publiek op ludieke wijze dat hij niet zal rusten voordat het tiende album van deze formatie uitkomt. Dit open doekje mag dan wel op zijn plaats zijn, het neemt niet weg dat alle composities van de hand van Blom komen. Door de synergie die het kwartet uitstraalt en het vermogen om complexe stukken als vanzelfsprekend te laten klinken staat de visie van de componist haaks op de hedendaagse zapcultuur.

De opening 'Souk Indigo' refereert in een optimistisch sfeer en tempo aan het muzikale idioom van Duke Ellington. Gitaar en saxofoon laten de catchy melodie smeuïg resoneren. Direct hoorbaar is de elektronische finishing touch, die Jasper Blom aanbrengt om het kleurenpalet van zijn saxofoon te nuanceren. Daarna schroomt de groep niet om ook oudere stukken te spelen. Kortstondig maar ijzersterk lopen een romantische wals, afkomstig van het album 'Dexterity', en een romige ballad van het album 'Gravity' naadloos in elkaar over. Deze stukken vormen de opmaat voor een vocaal stuk.

Met gevoel voor understatement vertelt Blom dat niet hijzelf, maar Rubin Hein de uitverkorene is om het stuk 'Come Round' te zingen. "Zang is een kunst, nietwaar?" Met een soulvolle stem wordt het pakkende nummer ingezet en wanneer het stuk gaat overhellen naar funk toont de zanger de rauwe kant van zijn stem. Langzaam wordt duidelijk dat gitarist Jesse van Ruller bij alle composities veel ruimte wordt geboden om te excelleren, zowel tijdens de rustige passages als bij de snellere stukken. Al even gracieus als gedurfd. Net voor de pauze wordt de explosiviteit van de heren beproefd in 'Knorr'.

Na de break wordt een ode gebracht aan de Britse popmuziek uit de jaren zestig, met de hit 'Yummy, Yummy, Yummy, I Got Love In My Tummy' van Ohio Express als inspiratie. Verraderlijk uitdagend wordt tegendraads gesoleerd. Bij 'Circulaçao', een heftige Braziliaanse mix met afwisselend het zwoele Copacabana en de hectische grootstedelijke smeltkroes van rap en hiphop, gaat de nadrukkelijke wens in vervulling om Lilian Viera, van Zuco 103, voor het voetlicht te brengen. Na een pas op de plaats in een rustigere vocale sfeer introduceert Jasper Blom in rapvorm zijn kwartet.

Voor de toegift wordt nog eenmaal ritmisch en meedogenloos uitgehaald in 'Last Of Your Worries'. Urgent en bij vlagen risicovol ontregelend wordt ook nu de milde input van elektronica niet geschuwd. Rafelig solerend brengen Van Ruller en Blom het optreden naar een apotheose. Bloms solistische hoogtepunt is zijn emotioneel geladen saxofoon-excercitie opgedragen aan 'Alison', als definitieve afsluiter van de avond. Tijdens zijn tred naar de catacombe van het Bimhuis lijkt Jasper Blom, net als zijn muziek, te zweven. Op naar het tiende album!

Klik hier voor foto's van dit concert door Louis Obbens.

Labels:

(Louis Obbens, 29.1.15) - [print] - [naar boven]



Cd
Jasper van 't Hof & Tony Lakatos - 'Go With The Wind' (JARO, 2014)


Lang, lang geleden, toen ik nog een kleine bengel was en veelbelovend, maakte ik eens een orgelconcert mee dat mij altijd is bijgebleven. Bij wijze van afsluiting van de hoogmis speelde de (gast?)organist van de Bossche St. Pieterkerk een woeste improvisatie. Hij stapelde dissonant op dissonant en buitelde langs het zwerk van de kleine waterstaatkerk alsof hij aan de stuurknuppel zat van een Tiger Moth in plaats van achter de manualen van het Smitsorgel. Het merendeel van het kerkvolk kon dat absoluut niet waarderen, dat zag ik wel, maar zelf vond ik het fan-tas-tisch. Later bedacht ik dat ik misschien voor het eerst van m'n leven een stuk van Olivier Messiaen had gehoord, maar waarschijnlijker was het 'gewoon' een uitbundige improvisatie geweest.

De charmante St. Pieter heeft al lang plaats moeten maken voor een kloeke koopkuil en pianist/organist Jasper van 't Hof heeft het bewuste recital ongetwijfeld gemist. Hij zal destijds hooguit een peuter zijn geweest, 160 kilometer verderop. Inmiddels is de combinatie saxofoon-kerkorgel niet echt bijzonder meer (Alan Laurillard-Klaas Hoek, Gijs Hendriks-Berry van Berkum) en de samenwerking tussen Van 't Hof en saxofonist Tony Lakatos mag dat predicaat ook niet dragen. Die eerste componeerde alle stukken op deze cd en koos daarbij voor de veilige weg. De hem kenmerkende exuberantie komt slechts in een enkel nummer ('Makkunta') even om de hoek kijken, maar maakt net zo snel plaats voor eerbiedige contemplatie. Dat het openingsnummer 'Toto' introspectief van karakter is, is begrijpelijk: het is opgedragen aan gitarist Toto Blanke, met wie Van 't Hof veel heeft samengewerkt en die in 2013 stierf. Maar ook het reeds genoemde 'Makkunta' (=landschap) is een tribuut, ditmaal aan de Finse drummer Edward Vesala. Dit pakt een stuk beweeglijker en avontuurlijker uit.

'Mirror Of Broadway' is gebaseerd op een showtune, maar ik hoor er eerder Satie in dan Sondheim. Niet onaardig klinkt 'Blow Me Over The Highlands', waarbij een door de St. Fabian-St. Sebastiankerk zwervende Lakatos een ruimtelijke effect genereert en de organist met bourdontonen een doedelzak suggereert.

Ik moet nog zien dat ik ga kerken waar Jasper orgelt. Ja, na afloop in het café.

Labels:

(Eddy Determeyer, 27.1.15) - [print] - [naar boven]



Column Herbert Noord
Wat is jazz? (2)

"Een vraag die ik ook - in het Nederlands - op Google stelde en dan 447 antwoorden oplevert, waaronder de verwijzing naar het automerk Honda en een onverlaat die zijn shih tzu de naam Jazz heeft gegeven. Een sluitend antwoord stond er overigens niet tussen. Daarvoor dienen we te luisteren naar wat de echte architecten van de jazz over hun muziek te berde brachten."

In zijn nieuwe column gaat Herbert Noord andermaal in op het wezen van de jazz. Is hiermee de vraag 'wat is jazz?' afdoende beantwoord? "Nee natuurlijk, maar ik denk wel dat mijn definitie aardig overeind blijft."

Klik op de button om de column te lezen.

Labels:

(Maarten van de Ven, 26.1.15) - [print] - [naar boven]





Concert
Mechanical Duck steekt molenaarsdochter in eigentijds jasje

zaterdag 10 januari 2015, PlusEtage, Baarle-Nassau

Een jazzkwartet bestaande uit bas, drums, tenorsax en een klassiek geschoolde tenor is niet bepaald een alledaagse verschijning. En als dat kwartet dan ook nog eens de liederencyclus 'Die Schöne Müllerin' van Franz Schubert ter hand neemt, is het feest helemaal compleet. Dan kun je als kwartet vervolgens twee kanten op. Of het wordt een slechte persiflage die grenst aan heiligschennis, of het wordt een zinvolle bewerking, die ook nog iets toevoegt aan het origineel. Alleen dat laatste is vanzelfsprekend geoorloofd, maar tevens een enorme uitdaging. Maar, eerlijk is eerlijk, Mechanical Duck slaagt erin de luisteraar mee te voeren, te ontroeren en op een nieuwe manier te laten kijken naar dit overbekende werk.

'Die Schöne Müllerin' is een liederencyclus, bestaande uit 20 liederen, een epiloog en een proloog, die Franz Schubert in 1825 schreef op evenzoveel gedichten van Wilhelm Müller. Het verhaalt van een jongeman die gaat zwerven en na een lange tocht bij een molen uitkomt. Hij voelt zich hier thuis, solliciteert als molenaarsknecht en wordt aangenomen. Vervolgens wordt hij tot over zijn oren verliefd op de molenaarsdochter. Die kiest helaas echter voor een knappe jager en onze molenaarsknecht verdrinkt zich, vanwege liefdesverdriet, in een beek. De verdienste van Schubert is dat hij de diverse stemmingen waarin de jongeman verkeerd op een perfecte manier op muziek heeft weten te zetten. Hij is dan ook niet voor niets zo ongeveer de beroemdste liederencomponist aller tijden.

In het tweede lied, 'Das Wandern' - met die overbekende eerste zin 'Das Wandern is der Müllers Lust, das Wandern!' - spat de vrolijkheid en levenslust er direct van af. Bij Mechanical Duck is dat al niet anders. Om ons rustig voor te bereiden start tenor Charles Henk solo, maar dan, na de eerste paar zinnen, vallen organist Folker Oosterbeek, tenorsaxofonist Jasper Blom en drummer Felix Schlarmann bij, om de luisteraar mee te nemen in een zinderende beat, Schubert in een jazzjas stekend. 'Das Wandern' is ineens een funktrack. En dit lied kan het hebben! Wat volgt is 'Wohin?', die mooie ballade. Hier zorgt Blom voor een gevoelige inkleuring met zijn saxofoon op een lichte spanning veroorzakende brom van het hammondorgel. 'Halt!' daarentegen, als de jongeman de molen ziet liggen en het gevoel heeft dat dit hem wel past, wordt vormgegeven met een krachtige groove op het orgel, ondersteund door creatief slagwerk van Schlarmann en met daaroverheen een zinderende saxsolo met krachtige uithalen van Blom.

Ook de tekstbehandeling door Charles Henk is verrassend. Zo kiest hij ervoor om 'Ungeduld' met de beroemde frase 'Dein ist mein Herz' voor te dragen in plaats van te zingen. Maar echt opvallend is de versie van 'Des Baches Wiegenlied'. Door te werken met loops zingt Henk hier een canon. Het heeft een bedwelmend effect dat past bij het sterven, want daar gaat deze tekst over. Als de canon wegsterft, pakt Oosterbeek het over met een indringende, repetitieve melodie op het orgel. Het nummer komt tot een apotheose in een intens geblazen solo door Blom, waar de weemoed in doorklinkt. Aan het eind komt de canon van het begin weer even terug om heel langzaam weg te sterven. De molenaarsknecht is dood en de cyclus ten einde.

'Die Schöne Müllerin' blijkt zo, in deze uitvoering, veel eigentijdser dan gedacht. Liedjes over de liefde zijn dan ook van alle tijden. Schubert zou nu wellicht een singer-songwriter zijn. Dat is het gevoel wat je krijgt als je Mechanical Duck bezig ziet en hoort. Helaas kwam op deze avond slechts een selectie van de twintig liederen voorbij. Het wachten is nu op een mooie cd-uitgave van de complete cyclus door dit kwintet.

Labels:

(Ben Taffijn, 26.1.15) - [print] - [naar boven]





Poll
De beste jazzalbums van 2014 volgens onze lezers


Een tijdje terug vroegen we onze lezers wat hun mooiste jazzplaten van het afgelopen jaar waren. Er werden veel verschillende titels genoemd in de verschillende lijstjes, maar drie cd's kregen meerdere nominaties. Dat leidde tot de volgende top 3:

1. Jeroen van Vliet -
Wait (Challenge Records)
2. Angles 9 - Injuries (Clean Feed)
3. Luc Ex' Assemblée - Luc Ex' Assemblée (Red Note)

Verder werden er nog cd's genoemd van onder meer Christian Mc Bride, Ernst Reijseger, Batik, Brad Mehldau & Mark Guiliana, Paul van Kemenade's Three Horns And A Bass, Arve Henriksen, Gideon van Gelder, Cactus Truck en het Sylvie Courvoisier-Mark Feldman Quartet.

Labels:

(Maarten van de Ven, 25.1.15) - [print] - [naar boven]



Cd
Thomas Martens Quartet – '5 To 9' (eigen beheer, 2014)


Je realiseert het je misschien niet, maar als je naar een concert gaat op je vrije avond staan daar musici die aan het werk zijn. Gitarist Thomas Martens wilde ons hier nog eens aan herinneren en noemde zijn album daarom '5 To 9' En dat hij hier aan werk is, is te horen. De stoom komt regelmatig uit je luidsprekers.

Martens is geen onbekende meer in het Nederlandse jazzlandschap. Met zijn felle, rockgeoriënteerde gitaarspel speelt hij een goed herkenbare rol in bands als Blaufunk, Eddy & The Ethiopians, Cube X en Wildcart. En nu dus ook met zijn eigen kwartet. De muziek is in het algemeen te beschrijven als goed in het gehoor liggend, coherent, met een duidelijke kop en staart en met pakkende melodieën. Slagwerker Onno Witte en bassist Sven Happel laten horen goed op hun plek te zijn in deze band. De solo's, vooral van Martens en tenorsaxofonist Volker Winck zijn stevig, krachtig en soms gruizig en broeierig.

De titelsong is wat dat betreft direct exemplarisch. Een stevige en strak gedrumde groove zet de toon en de aanstekelijke melodie, culminerend in een refrein dat in je hoofd blijft rondspoken, doet de rest. Voeg daarbij de krachtige, licht overstuurde solo van Martens en de scheurende solo van Winck en het plaatje is compleet. 'We Have This And That' begint met een duet tussen Witte en Winck, zoekend, stotterend. Martens komt erbij met zijn rockend gitaarspel en de spanning loopt op. Het saxspel van Winck krijgt langzamerhand steeds meer vorm, waarbij hij grossiert in groovende loopjes en lange lijnen. Maar ook de aansluitende gitaarsolo is niet te versmaden: gierend, jankend en net niet uit de bocht vliegend.

Dat dit kwartet ook prima overweg kan met meer ingetogen nummers is goed te horen op 'Travel'. Waarbij de klagende, jankende saxsolo in het hogere register goed kleurt bij de breed uitgesponnen, slepende en gruizige gitaarklanken. Of luister naar 'She Moves Me' met een subtiele, zingende baspartij, dito slagwerk en met zeer delicaat, akoestisch gitaarwerk, waarbij je Martens vingers over de snaren hoort glijden. Met als hoogtepunt het duet tussen Happel en Martens, waarin bas en gitaar elkaar perfect aanvullen. 'Home' tot slot heeft de sfeer die past bij de titel. Ofwel hoe je naar thuis kijkt als je er niet bent. Een vleugje heimwee met andere woorden, intens verklankt door een duistere en licht overstuurde gitaar. Prima passend bij de kleine uurtjes ergens tussen vijf en negen uur.

Meer horen?
Klik hier om drie tracks van dit album te beluisteren: '5 To 9', 'The Unexpected' en 'She Moves Me'.

Labels:

(Ben Taffijn, 24.1.15) - [print] - [naar boven]



Concert
Op leven en dood

Warped Dreamer featuring Arve Henriksen, Stian Westerhus, Teun Verbruggen & Jozef Dumoulin, vrijdag 16 januari 2015, Paradox, Tilburg

Onder de gemeenschappelijke noemer van Warped Dreamer heeft het Paradox publiek het wordingsproces van deze jamband live waargenomen. Dit optreden vormt namelijk de première van deze improvisatievernieuwers. Drummer Teun Verbruggen is de initiator van de groep en een van de meest in het oog springende muzikanten uit de Belgische impro-scene. Echter, tijdens het optreden ligt de operationele leiding volledig in handen van de Noorse trompettist Arve Henriksen.

Wie de eerste tien minuten van het concert als maatgevend heeft beschouwd, is van een ijskoude kermis thuisgekomen. Henriksen opent ingetogen en fluisterzacht op de trompet. In zijn voetsporen voegen andere klanken zich vertraagd toe en langzaam openbaart zich een fraaie, spookachtige, muzikale ambiance. De neiging ontstaat dit te beschouwen als een stereotype van de Noorse melancholie. Maar schijn bedriegt. Na de vervormende country voeden subtiele ritmische versnellingen, knisperende computergestuurde tonen uit de synthesizer en de milde sustain uit de Gibson van Stian Westerhus de onderhuidse spanning. Geleidelijk wordt de gehele klassieke klankwereld meedogenloos en compromisloos binnenstebuiten gekeerd. De groteske geluidsorgie zorgt voor verwarring, verstoring en ontreddering. Voor velen te laat, voor anderen tijdig, worden de zwemvesten uitgegooid in de vorm van een sacrale trompetsound, de ijle tonen vanuit de gestreken gitaarsnaren en de tikkende percussie. Aan deze tombola komt echter nog geen einde. De beklemmende sfeer keert spoorslags terug en eindigt al even abrupt als hij gekomen is. De elektrische Miles-trompet doemt kortstondig op aan de horizon, waarna het groepsgeluid onnavolgbaar buitenaards omgebogen wordt en catastrofaal zijn einde vindt.

Een aantal mensen heeft het naderende einde niet afgewacht en een veilig heenkomen gezocht. Na deze exercitie van een uur hebben de meesten weer de moed bijeengeraapt om de provocatie van het tweede deel aan te gaan. Na de spaarzame, angstige begintonen wordt de sfeer uiteindelijk macaber. Net als bij de openingsjam vervolgt het patroon zijn weg langs dezelfde lijnen. De ingekleurde contrasten - ordening versus chaos, licht versus donker, bevallig versus naargeestig - kunnen niet anders worden opgevat dan de metaforen voor de verkwikking van het paradijs en het verderf van de hel. Leven of dood. Niet om van weg te lopen...!

Klik hier voor foto's van dit concert door Louis Obbens.

Labels:

(Louis Obbens, 23.1.15) - [print] - [naar boven]



Cd - Clean Feed Stock Off Special
Platform 1 - 'Takes Off' (Clean Feed, 2012)

Opname: 27-28 mei 2011

Een nieuwe lente, een nieuwe band, moet de Amerikaanse saxofonist Ken Vandermark gedacht hebben. Dankzij zijn achtdaagse werkweek had hij nog wel een gaatje voor een nieuw project, dus maakte hij in mei 2011 met het kwintet Platform 1 opnames die een klein anderhalf jaar later op het Clean Fead-label zouden verschijnen.

Vandermark is hier in mooi gezelschap, met muzikanten die net als hij lekker jazzy kunnen klinken, zonder zomaar traditioneel te worden. 'Takes Off' van Platform 1 klinkt dan ook direct en toegankelijk, maar laat ruimte voor collectieve improvisaties. Die worden echter mooi gekaderd binnen strakke of minder strakke composities en wervelende, zangerige of mistige thema's, waarbij de dissonante, soms haast claxonachtige arrangementen niet gemeden worden.

Buiten drummer Michael Vatcher draagt iedereen composities aan. Trombonist Steve Swell heeft duidelijk een zwak voor grillige en nerveus zigzaggende thema's, die het homoritmische spel van de blazers op de proef stellen. Trompettist Magnus Broo levert enkele stukken aan die meer dan vettig knipogen naar de traditie: 'Portal #33' klinkt als Duke Ellington 2.0 en in 'Dim Eyes' loopt zelfs een latin brassband rond.

Mede hierdoor bestrijkt de band een stevig scala aan sferen en emoties. Er kan bij momenten stevig doorgetrokken worden, maar muzikaal machogedrag is niet aan de orde. Zelfs in de gezamenlijk geïmproviseerde stukken mag de verfijning doorschemeren, zoals te horen is in 'Deep Beige' van bassist Joseph Williamson. Het is Vatcher die hier met zachte stokken de sfeer zet onder dissonante wolkakkoorden van de blazers. De delicate sfeer blijft bewaard wanneer Vandermark, Swell en Williamson later ijlere atmosferen opzoeken om vervolgens de bassist alleen achter te laten. Met een brede melodie in de blazers belandt de groep tenslotte in Swells 'For Derek’s Kids', waarbij Swell growl-effecten levert, af en toe geprikt door korte tussenkomsten van zijn collega-blazers.

De finesse in het spel van Vatcher is ook elders een bepalende factor, net als het donkere geluid van Williamson (die helaas in het schitterende, lichtvoetig schuifelende 'Stations' van Vandermark zijn intonatieproblemen niet kan wegstoppen). Het evenwicht in de zachte passages is indrukwekkend: iedereen heeft genoeg kracht en fijnbesnaardheid om te voelen wat wanneer kan of niet. Broo heeft dan misschien niet de ijzersterkte toon van sommige van zijn collega's, maar zijn grillige melodielijnen geven hem hier een speciale, alternatieve zeggingskracht. Swell staat geregeld op het randje van scheuren, maar kiest voor ontwikkelende solo's zonder te vluchten in bruut machtsverstoon. Vandermark tenslotte is vooral op klarinet zijn genuanceerde zelve, waar hij op tenorsax gevoelig holler en houteriger klinkt, alsof hij onder vrienden een imitatie van een alles goed bedoelende rhythm-and-blues saxofonist neerzet.

Hoogtepunten zijn er op deze cd meer dan genoeg: van de uitgebalanceerde en fragiele groepsimprovisaties tot de kolkende groepsdynamiek in 'Compromising Emanations'. 'Takes Off' is een cd die vlot genietbaar is, zonder dat er ergens muzikale toegevingen gedaan worden: een geslaagde muzikale evenwichtsoefening tussen compositie en improvisatie, energie en latente spanning, fascinatie voor geluid en muzikaal materiaal.

Deze recensie verscheen ook op het helaas ter ziele gegane Kwadratuur.

Meer weten?
Dit album is een van de Clean Feed-cd's die momenteel in de aanbieding zijn tijdens de Stock Off van dit Portugese kwaliteitslabel. Klik hier voor een overzicht.

Labels:

(Koen Van Meel, 23.1.15) - [print] - [naar boven]



Concert
Jazz als metafoor

Talking Cows, donderdag 15 januari 2015, JazzCase, Dommelhof, Neerpelt

Jazzmuziek als metafoor gebruiken om te laten zien hoe vrije meningsuiting in de praktijk werkt. Het is nog niet zo gek in deze tijd van groeiende radicalisering. Musici, vooral bij vrije improvisatie, moeten respect hebben voor elkaars geluid en stijl, elkaar de ruimte geven om te musiceren. En de luisteraar? De luisteraar stelt zich open voor nieuwe klanken, ook als die niet direct passen binnen zijn smaak. Naar sommige muziek moet je leren luisteren! Het was dan ook niet meer dan terecht dat JazzCase-programmeur Cees van de Ven deze vergelijking trok bij de opening van het nieuwe jaar. En het was tevens een goede inleiding op het concert van Talking Cows.

Niet alleen omdat Talking Cows op een boeiende manier de meer harmonieuze jazz combineert met vrije improvisatie, maar ook omdat het kwartet deze avond met een vervanger speelde. Drummer Yonga Sun was net vader geworden en had daarom Michael Vatcher gevraagd voor hem in te vallen. Nu zijn deze musici geen van allen onbekenden van elkaar, maar het blijft lastig om als hecht trio zomaar ineens met een andere drummer te werken. Het duurde dan ook wel even voor het kwartet echt op gang kwam. De hoogtepunten zaten in de tweede set, culminerend in 'For Dewey', een ode aan saxofonist Dewey Redman, onder andere actief in het begin van de jaren zeventig in het American Quartet van Keith Jarrett.

'For Dewey' startte met een sfeervol duet tussen bassist Dion Nijland en Michael Vatcher. De zangerige bastoon werd door Vatcher louter ondersteund met de bekkens. Frans Vermeerssen sloot aan met een strak geblazen melodie op zijn tenorsax, begeleid door staccato pianospel van Robert Vermeulen. Verderop in het nummer zorgde de combinatie sax–drums voor een kolkende en zinderende maalstroom van klanken. De vonken spatten ervan af! Vatcher was hier volledig op zijn plaats. Het hierop volgende 'Everybody’s Blues' was weliswaar heel anders van karakter, maar stond eveneens als een huis. Nijland stond, al slappend, duidelijk te genieten van de vette blues die hij produceerde. En Vermeerssen liet hier een krachtige monoloog van weemoed horen in een intense en gevoelige solo, die aan alle kanten schuurde en knarstte. Ook de notenregen van Vermeulen raakte hier. Intens en vol pathetiek.

Humoristisch was de toegift 'Two Guys And A Beer'. Vormgegeven in een slepende, laid-back stijl van musiceren. Echt een niets-aan-de-hand nummer, passend bij de titel. En mooi op zijn plek aan het eind van dit concert: op naar het bier!

Klik hier voor foto's van dit concert door Cees van de Ven. En hier vind je foto's van de soundcheck.

Labels:

(Ben Taffijn, 22.1.15) - [print] - [naar boven]



Cd
Rick Kostelijk Project - 'Compass' (eigen beheer, 2014)

Opname: mei-juli 2014

Na de EP 'Don’t Lose It!' uit 2010 ligt er nu het debuut van de gitarist Rick Kostelijk. Op 'Compass' nodigde hij een keur aan jazzmusici uit om hem te vergezellen.

Kostelijks brede muzikale belangstelling leidde tot een eclectisch album met heel veel verschillende stijlen. Dat hij met al deze muziek veel affiniteit heeft is goed te horen, maar het zorgt er wel voor dat 'Compass' een wat onevenwichtig album is geworden. Zo leunen een aantal nummers duidelijk op het werk van gitaristen als Joe Satriani, Jan Akkerman en Al Di Meola, terwijl andere nummers hun inspiratie halen uit de klassieke muziek en zelfs uit de barok. En dat allemaal op één album! Dat is wat veel van het goede. Tevens zijn een aantal nummers behoorlijk lang uitgevallen, wat de interne samenhang ook niet geheel ten goede komt.

In 'View To A Secret', waarvan Kostelijk zelf schrijft dat het geïnspireerd is op het werk van Satriani, laat hij goed horen dat hij deze gitarist intensief bestudeerd heeft. Een breed uitgesponnen solo ontvouwt zich op een rustige beat, neergelegd door drummer Arno van Nieuwenhuize en bassiste Phaedra Kwant. De combinatie met de percussie van Janco van der Kaaden roept overigens ook het werk van Santana in herinnering. Aan het andere uiterste staat 'Allons-Y Tous', een duidelijk klassiek georiënteerd stuk met invloeden uit barok en Zuid-Amerikaanse muziek en mede geschreven voor klarinettist Peter Habraken. Er wordt subtiel gespeeld, waarbij vooral Habraken zorgt voor mooie accenten. 'The Purpose Of Love' is een ballad voor alleen piano, met een gastrol van Bert van den Brink, en akoestisch gitaar. Van den Brink zorgt voor een intense en gevoelige pianopartij, die vooral in de combi met Kostelijk bijzonder goed werkt. De lage tonen van de piano afgezet tegen de redelijk hoge van de akoestische gitaar, waarop Kostelijk subtiel soleert.

Maar om Goethe maar eens te citeren: 'in der Beschränkung zeigt sich erst der Meister'. En Kostelijk is duidelijk nog geen Meister. Dat kan ook niet, want hij is nog maar net begonnen. Met 'Compass' laat hij zien wat hij allemaal kan en dat is veel. Kijk, dit is mijn portfolio, dit zijn de stijlen die ik beheers en dit zijn de solo's die ik kan spelen. Maar nu wordt het tijd voor een hechter en compacter album, dat echt iets toevoegt. In de gaten houden dus, deze gitarist.

Meer horen?
Klik hier om dit album te beluisteren op de Luisterpaal van Radio 6.

Labels:

(Ben Taffijn, 22.1.15) - [print] - [naar boven]



Concert
Een schep erbovenop

Lynn Cassiers & STUFF., SATELLIET, zaterdag 10 januari 2015, De Werf, Brugge

De eerste SATELLIET op het podium van De Werf in Brugge werd opgestart door artist in residence Lander Gyselinck. Hij programmeerde een tweetal concerten: Lynn Cassiers en de formatie STUFF. (inderdaad, met hoofdletters en een punt erachter).

Lynn Cassiers (stem, effecten, synths) leverde een prestatie van formaat. Was haar solo-cd 'The Bird, The Fish And The Ball' al een smaakmaker van jewelste, haar liveoptreden vanavond deed er nog een schepje bovenop.

Terwijl haar cd in alle rust in de studio tot stand is gekomen, bewees Cassiers hier dat zij over zoveel bagage, kennis en instant improvisatorisch vermogen beschikt, dat zij in staat is zonder de minste twijfel van handelen met haar elekronische gereedschap het publiek muisstil en in opperste verbazing aan zich te binden. Haar zeggingskracht is gelegen in de boeiende soundscapes en intrigerende samenstelling en opbouw ervan. Dit alles op een aangenaam verteerbaar geluidsniveau. Deze bescheiden fragiele Cassiers is een dame van belang geworden. Toonaangevend en met internationale potentie in het veld van elekronische klankkunstenaars.

Het tweede deel van de avond werd gevuld door STUFF., met Andrew Claes (EWI en saxofoon), Dries Laheye (basgitaar), Joris Caluwaerts (keys), Mixmonster Menno (turntables) en Lander Gyselinck (drums). Zij brachten een oorverdovende set met rudimenten van jazz, impro, disco en meer. Zeker en vast niet te missen voor de liefhebber, mits oorbeschermers binnen handbereik zijn. Maar het spelen in het bijna volledig donker en met een over-de-top geluidsniveau impliceren niet per se ook topkwaliteit en zeggingskracht. Niettemin een compliment voor de organisatie voor hun moed om ook dit genre een podium te bieden. En via dit genre kan mogelijk nieuw publiek aangespoord worden om ook jazzconcerten van De Werf te gaan bezoeken.

Klik hier voor foto's van dit concert door Cees van de Ven.

Labels:

(Cees van de Ven, 19.1.15) - [print] - [naar boven]



Cd
Sebastiaan van Bavel Trio - 'As The Journey Begins' (O.A.P., 2014)

Opname: december 2013

Het leven zien als een reis is reeds een oude metafoor. Denk maar aan de Odysseus van Homerus. Net als in een reis maak je in het leven van alles mee dat je vormt en maakt tot wie je uiteindelijk wordt. Ook pianist Sebastiaan van Bavel heeft iets met deze metafoor, want hij heeft hem leidend gemaakt voor zijn eerste trio-cd. Het debuut heet dan ook heel toepasselijk: 'As The Journey Begins'. Ook de tracks op dit conceptalbum spreken wat dat betreft voor zich. Naast de titelsong, in twee uitvoeringen, vinden we ook nog titels als 'The Pathway Through' en 'As the Journey Progresses'.

'As The Journey Progresses' is overigens het scharnierpunt op de plaat, met een gastrol voor zangeres Vera Naus die de korte tekst zingt:
Life is a journey
a journey of time
Where a heart needs another
to give it a shine


We're all on a journey
with two paths to take
One that is right
and the one that can break


In dit nummer horen en zien we direct wat de stijl is van Van Bavel. De pianopartij start rustig met een duidelijk klassiek romantische touch. Hier is te horen dat Van Bavel in 2008 het Prinses Christina Concours won in de categorie jazz en drie jaar later in de categorie klassiek. Beide muzieksoorten zitten in zijn spel verweven en dit nummer vormt hier een mooi voorbeeld van. Naast Van Bavel excelleren hier slagwerker Remi Troost - vooral door zijn bekkenspel - en bassist Maciej Domaradzki, die door het gebruik van de strijkstok het nummer extra lading geeft. Bijzonder is ook het pianospel tijdens de zang van Naus, sterk gebaseerd op het idioom van minimal music. Hier heeft Van Bavel wel iets weg van iemand als Michael Nyman. Na de laatste zin, and the one that can break, laat het trio horen ook prima tegendraads te kunnen musiceren, als Troost en Domaradzki een onrustige partij inzetten, een draaikolk van klanken, terwijl Van Bavel zijn repeterende pianospel handhaaft. Mooi uitbeeldend wat de laatste zin in zich heeft.

In 'The Ramster' laat het trio horen ook prima met het meer uptempo repertoire overweg te kunnen. In dit stuk valt vooral de dialoog op tussen Van Bavel en Domaradzki. Vurig, gepassioneerd en zeer beeldend is het gesprek tussen de twee, mooi begeleid door Troost. Bijzonder is ook 'The Pathway Through', waar Troost weer vrijwel alleen de bekkens gebruikt en daarmee een ijl patroon neerlegt. Van Bavel legt hier zijn pad overheen, noot voor noot. Je hoeft er alleen maar achteraan te lopen. Een overrompelend nummer.

Labels:

(Ben Taffijn, 18.1.15) - [print] - [naar boven]



Concert
Kleuren met Zawinul

Zawinul Ziggurath, zondag 11 januari 2015, Buckshot, Groningen

Wanneer je je als bassist geposteerd hebt pal voor een grote foto van Bootsy Collins en ook nog eens het oeuvre speelt waarmee Jaco Pastorius (en Miroslav Vitous, Alphonso Johnson en Victor Bailey) wereldberoemd werden, wel, dan mag je hopen dat je schoenen een beetje ruim zitten. Dat is gelukkig het geval bij Martijn Schuppers, die met Zawinul Ziggurath de tijden van Weather Report laat herleven.

Bij deze tribuutband vervult hij duidelijk een spilfunctie. Zijn speelse, doch exacte spel fungeert als wegwijzer voor de overige drie leden. In zijn onaardse laagste noten herkenden we het in Groningen vertrouwde geluid der bevingen. Zijn fretloze basgitaar kan hij melodieus en elegant laten zingen en zwiepen.

De jongens van Zawinul Ziggurath hebben een tempel gebouwd, voor Joe Zawinul, maar ook voor Wayne Shorter. Hits als 'Birdland' en 'A Remark You Made' kwamen voorbij, maar ook minder bekende nummers van het zeventiental albums dat de beste jazzrockgroep aller tijden naliet. Kenmerkend voor Weather Report was de samensmelting van de individuele kleuren.

In café Buckshot, de enige tapperij die ik ken waar de nacht reeds om vijf uur 's middags valt, werkten met name de unisono lijntjes van tenorist Sander Baan en toetsenspeler Felix Degenaar in dit opzicht voortreffelijk. Ook het huwelijk tussen de bekkens van Jeroen van Olphen en het geroezemoes op de achtergrond (tussen de dertig en veertig decibel, vergis je niet) mag als geslaagd aangemerkt worden.

Voor het overige mag je hopen dat de band, die vijf maanden geleden op het Groninger zomerfestival Noorderzon debuteerde, de komende tijd veel kan repeteren en optreden. Wat meer cohesie, met name in de ballads, zou Zawinul Ziggurath geen kwaad doen. Voor het overige klonken de arrangementjes en met name de spatgelijke slotakkoorden al behoorlijk strak.

Labels:

(Eddy Determeyer, 18.1.15) - [print] - [naar boven]





Cd / Jazztube
Baloni - 'Belleke' (Clean Feed, 2014)

Opname: 31 mei 2012

Het begint er stilaan op te lijken dat Joachim Badenhorst zijn eigen stekje afgebakend heeft binnen de hedendaagse geïmproviseerde muziek. Of het nu is aan de zijde van buitenlandse kleppers als Han Bennink en Tony Malaby of bij zijn eigen projecten: de muze die hem de voorbije jaren gidste heeft haar werk goed gedaan. Het eerder dit jaar verschenen soloalbum 'Forest/Mori' mag gerust een mijlpaal van de Belgische improvisatie genoemd worden en de passage van zijn zevenkoppige Carate Urio Orchestra tijdens de voorbije editie van Jazz Middelheim was al net even beklijvend.

Het was dus uitkijken naar wat de tweede samenwerking met twee leden van dat orkest – altviolist Frantz Loriot en bassist Pascal Niggenkemper – zou opleveren. Voor wie dat concert al een brug te ver was, wordt het echter uitkijken geblazen, want 'Belleke' verkeert in een hoogst opmerkelijk universum, waarin andere regels gelden. Het openende titelnummer klinkt nog vrij conventioneel, als kamermuziek die een beetje plagerig maar goedbedoelend de kantjes eraf loopt, maar het is misleidend, want de rest van het album laat doorgaans een erg grillig verhaal horen.

Ondanks zorgvuldig gecomponeerde passages laten de tien stukken zich ook leiden door een poëtische en associatieve improvisatie, die het behaaglijke mysterie soms laat voor wat het is en heil zoekt in unheimliche oorden. Het resultaat: verwarrende, wringende en soms haast angstaanjagend intense momenten, waarbij harmonie en filmische meeslependheid onderworpen worden aan ontsporingen vol ontredderd gejammer, obsessief geschraap en gekmakend gekwetter. Muziek met een verrassende verbetenheid soms, maar die nooit gratuit of richtingloos meandert.

En toch: het is ook muziek die getuigt van een opmerkelijke verbondenheid en in beide uitersten van het spectrum terug te vinden is, maar het allermooist wordt uitgewerkt in het toepasselijk getitelde 'Snowflakes', een zacht schuifelend klankgedicht dat met de delicate soberheid van een Japanse houtgravure in elkaar gepast wordt.

Deze recensie verscheen ook op
Cobra.be

Bekijk de Jazztube!
Klik op de afbeelding linksboven om Baloni live aan het werk te zien tijdens het Météo-festival op 31 augustus 2013 in Mulhouse, Frankrijk.

Labels: ,

(Guy Peters, 17.1.15) - [print] - [naar boven]



Concert
Baas boven baas

New Rotterdam Jazz Orchestra & Reinier Baas, vrijdag 9 januari 2015, Paradox, Tilburg

Het begint zo langzamerhand een traditie te worden in Paradox: het nieuwe jaar starten met een nieuwjaarsconcert door het New Rotterdam Jazz Orchestra. Steevast vergezeld van een gearriveerde jazzcoryfee. Na Eric Vloeimans, Anton Goudsmit en Ernst Reijseger was het podium dit jaar voor Reinier Baas. In totaal stond er dus twaalf man op het podium: vijf koperblazers, vier rietblazers, bas, slagwerk en gitaar.

In twee sets speelde het orkest vooral composities van Baas en van trombonist Louk Boudesteijn. Composities op het snijvlak van jazz en meer populaire vormen van muziek als rock, soul, funk en blues. En altijd weer met veel passie en enthousiasme, over elkaar heen duikelend als muzikale acrobaten en solerend op het scherpst van de snede. Dan even de baas!

Het begint al direct goed met 'The 2ND Coming Of Homunculus'. Hortend en stotend groeit de beat en komt er een aanstekelijke melodie bovendrijven, geblazen door de rietblazers, rechts op het podium, terwijl het koper, links, samen met de ritmesectie zorgt voor de straffe beat. Een trompetsolo van Jan van Duikeren en een gitaarsolo van Baas zijn volledig op hun plaats in het stuk. Van Duikeren scherp en loepzuiver blazend, iedere noot ertoe doend en Baas met een perfecte groove en een sluimerende blues.

'Do You Know Ben Van Gelder?' is een vette knipoog naar één van onze betere saxofonisten, die vaak samenwerkt met Baas. Het nummer start met een gitaarsolo, duidelijk geworteld in het klassieke genre met Spaanse invloeden, zeer subtiel gespeeld. Na toevoeging van de ritmesectie ontpopt dit nummer zich tot een soepele, energieke ballad. De komst van de blazers zorgt voor verdere inkleuring. Een hoogtepunt is het deel waarin de tenorsax (Cyrille Oswald), de hoorn (Morris Kliphuis), de trombone (Boudesteijn) en de tuba (Juliane Gralle) een dialoog met elkaar aangaan en tot oorstrelende klankcombinaties komen.

Bijzonder is ook 'Waterboarding'. Op een duidelijke rockbeat is het goed soleren voor Boudesteijn en voor Miguel Boelens op tenorsax, vooral die laatste gaat hier helemaal loos. De licht scheurende accenten van Baas doen de rest. Frank Zappa had verantwoordelijk kunnen zijn voor deze overrompelende compositie. Verder is hier de rol van de dwarsfluit, bespeeld door Oswald, nog het vermelden waard. De hoge, schrille klanken vormen de finishing touch.

'A Million Escapes' is van een heel andere orde. Dit is filmmuziek. Baas creëert met zijn effectpedalen door gebruik van noise en distortion een sinistere, broeierige sfeer, waar Boudesteijn een zoekende, aftastende en fragiele solo op blaast. Subtiel slagwerk op de rand van de snaredrum (Mark Schilders) en een even subtiele baspartij van Clemens van der Feen completeren het geheel. Ook in 'Squarepusher' speelt Van der Feen een belangrijke rol, door een elektrificerende solo neer te zetten met gebruik van de strijkstok, dramatisch en duister. Om het roer vervolgens volledig om te gooien, zodra hij zijn strijkstok neerlegt. Met een paar krachtige grepen op zijn bas start hij de beat, die door het orkest wordt opgepakt. En in één klap zitten we in de beginjaren van de jazz, de tijd van de street parades. Het swingt en bruist van de energie, culminerend in een solo van altsaxofonist Bart Wirtz, die met felle uithalen een stevige groove neerzet en de longen uit zijn lijf blaast.

Andere bijzondere momenten zijn de solo van Kliphuis in 'Squalor', waarin het bijzondere geluid van de hoorn goed tot zijn recht komt - speels, creatief en met veel overtuigingskracht gebracht - en de solo van basklarinettiste Tini Thomsen en trompetist Rob van der Wouw in de toegift 'Smooth Jazz Apocalypse', beiden de balans zoekend én vindend tussen smooth en apocalypse.

Een mooiere start van een nieuw muziekjaar is niet denkbaar. Waarvan akte!

Labels:

(Ben Taffijn, 17.1.15) - [print] - [naar boven]



Vooruitblik
Young VIPs Tour 2015


Programmeurs van de beste jazzclubs van ons land kiezen jaarlijks voor de Young VIPs Tournee de meest veelbelovende talenten uit, die ook hun eigen muziek componeren. Dit jaar kozen zij de jonge pianiste Kaja Draksler. Loran Witteveen won met zijn kwintet de Dutch Jazz Competition en is daarmee ook geselecteerd. Vanaf maart touren zij als 'Young VIPs 2015' door Nederland.

Pianist en componist Kaja Draksler werd in 1987 in Kranj, Slovenië geboren. Ze kwam naar Nederland en studeerde af als bachelor in jazz piano en master in klassieke compositie. Kaja trad in verschillende formaties op in Europa, Egypte en de VS. Ze bracht maar liefst zeven albums uit als bandleider/componist, waaronder haar soloalbum. Het Amerikaanse jazzmagazine DownBeat schreef daarover: 'The young Slovenian pianist Kaja Draksler shows off a wealth of sturdy ideas and nonchalant technique on this stunning solo recording.'

Kaja treedt op met twee duo's: Feecho en Čudars-Draksler Duo. In Feecho speelt ze met de Nederlandse drummer Onno Govaert en samen met gitarist Matīss Čudars vormt zij Čudars-Draksler. Beide duo's spelen vrije improvisatie. Bij Feecho gaat het vooral om de ritmische mogelijkheden. Met Čudars draait het om korte motieven en melodieën. De Young VIPs Tour zorgt voor een mooie gelegenheid voor deze drie musici om de diverse mogelijkheden van het repertoire te onderzoeken. Een trio is niet uitgesloten.

Loran Witteveen (1988) studeerde in juni 2014 af voor de master jazz piano, waar hij studeerde bij onder anderen Harmen Fraanje. Na het winnen van de solistenprijs bij de Keep an Eye international jazzcompetitie 2013 kreeg Loran de mogelijkheid om lessen te volgen in New York en studeerde daar bij grote namen als Fred Hersch en Aaron Parks. Afgelopen jaar won hij de Dutch Jazz Competition met zijn kwintet en speelde o.a. op het North Sea Jazz Festival.

Het Loran Witteveen kwintet bestaat naast pianist Loran uit Toms Rudzinskis en Jasper van Damme op alt sax, Lennart Heyndels op bas en Pit Dahm op drums. De composities zijn avontuurlijk, speels en verrassend. Ze laten zich onder andere inspireren door 20e eeuwse klassieke muziek. Uit het juryrapport van de Dutch Jazz Competition: 'Geweldig goed samenspel, waarmee ze complexe composities in vervlochten melodielijnen ontspannen live wisten te brengen.'

Young VIPs Tour 2015
07-03  Hot House, Leiden
14-03  Porgy & Bess, Terneuzen
17-03  SJAZZ, Musis Sacrum, Arnhem
03-04  Bimhuis, Amsterdam
11-04  LantarenVenster, Rotterdam
13-04  Axesjazzpower, Wilhelmina, Eindhoven
16-04  SJIG, Platformtheater, Groningen
17-04  Paradox, Tilburg

Klik hier voor meer informatie.

Labels:

(Maarten van de Ven, 16.1.15) - [print] - [naar boven]



Concert
Het begin van iets moois?

Lode Vercampt & Bram De Looze, zondag 21 december 2014, Opatuur, De Centrale, Gent

Opatuur nodigt op zondagavond in de bar van de Centrale te Gent geregeld duo's en trio's uit. Geluidsversterking is niet voorzien, want ook niet nodig in een compacte ruimte met een publiek dat vooral komt om te luisteren. De low profile-aanpak werkt voor veel muzikanten inspirerend. Ze zien soms in een concert bij Opatuur een mooie gelegenheid om een proefballonnetje op te laten. Later kunnen die experimenten uitgebreid worden tot grotere groepen, maar voor hetzelfde geld blijft het bij een eenmalige ontmoeting, hoe goed het concert ook geweest moge zijn. Welke kant het bij het duo van cellist Lode Vercampt en pianist Bram De Looze zal uitgaan, valt niet te zeggen en doet eigenlijk niet ter zake.

Bram De Looze had er nog maar net een tournee opzitten met Septych, zijn half NY/half Benelux septet met onder anderen drie blazers en twee Amerikaanse cellisten. Na een verblijf in New York kon je hem dit jaar in de lage landen aan het werk horen met het prikkelende LAB Trio en zette hij met een ander trio een aantal minder evidente standards volledig en eigenzinnig stijlvast naar zijn hand. Lode Vercampt kennen we dan weer als een cellist die met sprekend gemak pendelt tussen jazz, impro, klassiek en wereldmuziek. Met Bart Maris maakte hij de cd 'Krommekeer', een pareltje dat het ontdekken meer dan waard is. Voldoende om benieuwd te zijn naar de ontmoeting van deze twee zoekers.

Het concert begon met een pianolijntje, ergens tussen medium en traag tempo in, geen clusters, maar fijn gedetailleerd spel. Na enige tijd viel de cello in en kwam structuur in het stuk, ook omdat De Looze een paar akkoorden plaatste. Een pizzicato passage van Vercampt gaf het stuk opnieuw een andere kleur. In dit openingsnummer waarin de improvisatie de overhand had, namen ze de tijd om een verhaal te ontwikkelen in een stream of consciousness van noten. Naarmate het concert vorderde, kregen de composities de overhand of werd de structuur achter de dialogen meer en meer duidelijk. 'Ambiguous' bijvoorbeeld dreef op een grappige start/stop-pianolijn met geplukte bas, uh, cello.

Een compositie van de Canadese René Lussier - nog een muzikale zwerver - gaf Vercampt de kans om middels een gestreken motiefje hemels mooie horizonten in kaart te brengen. In het laatste nummer haalde De Looze boventonen uit de piano zonder de toetsen te beroeren maar door de snaren met een elektronische stemvork te manipuleren. Een aantal composities stonden de week voordien nog op de playlist van De Looze's Septych, maar met die grote bezetting vroeg het enige tijd om laag na laag te ontwikkelen. In dit duo waar het geluid minder gelaagd is, kon korter op de bal gespeeld worden. De manier waarop De Looze gedurende het concert impro, compositie en elementen uit de hedendaagse muziek gebruikte, dreef de muziek in sferen waarin Marilyn Crispell soms ook wel eens vertoeft en waarin Vercampt zich met al zijn muzikale bagage vermoedelijk ook thuisvoelt.

Vercampt-De Looze bij Opatuur, mogelijk het begin van iets moois, voor hetzelfde geld een eenmalige gebeurtenis, maar dan wel eentje om te koesteren.

Deze recensie verscheen eveneens op Jazz'Halo.

Klik hier voor foto's van dit concert door Cedric Craps.

Labels:

(Iwein Van Malderen, 15.1.15) - [print] - [naar boven]



Cd
Luigi Martinale Trio - 'Strange Days' (Albore Jazz, 2013)

Opname: 23-24 juli 2012

De Italiaanse pianist/componist Luigi Martinale grossiert ook op zijn laatste trio-cd, uit 2013 alweer, in veel swingende jazz, met aantrekkelijke melodieën die zich gemakkelijk in je hoofd nestelen en dat niet meer een-twee-drie verlaten.

Dat begint al meteen met het titelnummer 'Strange Days'. Martinale zet een stevige groove neer op het bijzonder laid-back basgepluk van Reuben Rogers en het doeltreffende drumspel van Paolo Franciscone. Maar ook in 'The Electric Blue Flight Case' schiet Martinale over de toesten. Een ware klankenregen brengt hij hier voort. Terwijl in 'Oops, A Pop One' inderdaad het populaire centraal staat. Hier wordt fris gemusiceerd, met veel drive en schwung. Probeer daar maar eens bij stil te blijven zitten.

De paar ballades die dit album telt, laten zien dat dit trio ook met het subtielere werk raad weet. Ballades overigens waarin het grote talent van Rogers kan schitteren. We kennen de bassist onder andere van zijn samenwerking met Joshua Redman en Charles Lloyd. Hij is nu dus dit trio komen versterken in plaats van Drew Gress. In een overbekende klassieker als 'Bewitched, Bothered And Bewildered' gaat hij de dialoog aan met Martinale. De pianist kiest voor een ragfijne en bewogen inkleuring van het thema. Rogers reageert verkennend, aftastend en zet hier vooral een kwetsbare partij neer, recht doend aan de kern van deze standard. Maar echt opvallend is Martinale's 'Passaggio Ad E.S.T.' en dan vooral het gedeelte waarin Rogers de strijkstok hanteert en met vibrerende muzikaliteit inkleuring geeft aan dit nummer. Hij weet dan echt te raken.

Geen hemelbestormend schijfje, dit 'Strange Days', maar wel een lekkere cd als je gewoon eens zin hebt in 'ouderwetse' jazz met een goede melodie en een lekkere groove.

Meer horen?
Klik hier voor geluidsfragmenten van dit album.

Labels:

(Ben Taffijn, 15.1.15) - [print] - [naar boven]



Interview
Frank Vaganée


"Als je kijkt naar de geschiedenis van de jazz hebben alle groten op een of ander moment in hun loopbaan in een bigband gespeeld. Je leert er echt de stiel. Jazz is per definitie redelijk individueel en in zo'n orkest leer je omgaan met een grote groep. In een bigband heb je het individuele in de vorm van solo's en het dienende - een deeltje zijn van een groter geheel - in het sectiewerk."

Iwein Van Malderen had een interview met Frank Vaganée, saxofonist/bandleider van het Brussels Jazz Orchestra, naar aanleiding van het programma 'New York, City of Jazz', waarmee het BJO volgende maand in Lokeren en Dendermonde op de bühne staat. Een gesprek over zijn bewondering voor New York, het belang van muziek in grote bezettingen en zo meer.

Klik hier voor het volledige interview.

Labels:

(Maarten van de Ven, 12.1.15) - [print] - [naar boven]



Nieuws
Jazz Factory geopend


In de Verkadefabriek in Den Bosch werd gisteren door presentator, dj en jazz-adapt Wilfried de Jong een nieuwe jazzclub geopend: de Jazz Factory. Aansluitend verzorgde BRUUT! het openingsconcert. Vanaf deze maand verandert de Verkadefabriek Clubzaal elke twee weken op zondagmiddag in een intieme jazzclub met een informele sfeer, waarin ruimte zal zijn voor jazz in alle soorten, maten en maatsoorten en cross-overs richting wereldmuziek, hiphop en soul.

De concerten in de Jazz Factory beginnen om 15.00 uur (zaal open vanaf 14.30 uur) en de bar blijft open tijdens de optredens. Voorlopig zijn er een tiental jazzconcerten geprogrammeerd door Koen Graat, die tevens programmeur is van de Bossche festivals November Music en Jazz in Duketown. Zo brengt het podium de komende maanden onder andere de Amsterdam Klezmer Band, het Benjamin Herman Trio featuring Daniel von Piekartz, Arifa, het Bart Wirtz Sextet en Bl3nder.

Klik hier voor meer informatie over de Jazz Factory.

Labels:

(Maarten van de Ven, 12.1.15) - [print] - [naar boven]



Lp's
Yodok III - 'Yodok III' / 'The Sky Flashes, The Great Sea Yearns' (Tonefloat, 2014)

Opname: 24 augustus 2012 / 9-11 juni 2014

Yodok III is een relatief nieuw trio rond de Belgische gitarist Dirk Serries. Met naast hem twee Noorse muzikanten: Kristoffer Lo op tuba en flugabone en Tomas Järmyr op drums. Voorwaar geen alledaagse triobezetting. Maar wat dit trio maakt is dan ook geen alledaagse muziek.

Serries heeft de afgelopen decennia zijn sporen verdiend binnen het ambient genre, maar heeft zich hier zeker niet toe beperkt, gezien zijn samenwerking met musici als Steven Wilson, Steve Von Till, Justin Broadrick, Teun Verbruggen en John Dikeman. En nu dus met Lo en Järmyr in Yodok III. Voor dit tweetal geldt dat zij beiden actief zijn in zowel de wereld van de improvisatie als die van de experimentele rock. Järmyr in bands als Pelbo, Highasakite en Sunswitch. En Lo is actief binnen het Trondheim Jazz Orchestra en maakt deel uit van Microtub.

Het eerste album van Yodok III, zonder titel, verscheen begin 2014 als lp - Serries brengt het merendeel van zijn werk louter op plaat uit, vergezeld van een downloadcode - en het tweede, het dubbelalbum 'The Sky Flashes, The Great Sea Yearns', verscheen eind vorig jaar.

Dit is muziek waar ogenschijnlijk weinig in gebeurt. Er is geen sprake van ritme en geen sprake van melodie, noch van onverwachte wendingen of anderszins van elementen die normaal gesproken muziek spannend maken. Dat wil geenszins zeggen dat deze muziek saai is, integendeel, maar het openbaart zich op een andere manier dan we meestal binnen de jazz gewend zijn. Zo vallen hier de drie instrumenten die worden gebruikt (met daarnaast elektronica) meestal eerder samen dan dat ze tegenover elkaar worden gezet. Vooral de klanken die Lo en Serries voortbrengen, zijn vaak vrijwel niet van elkaar te onderscheiden. Het slagwerk van Järmyr is beter herkenbaar, maar voegt zich tegelijkertijd zeer harmonieus naar de twee andere instrumenten. Die harmonieuze samenhang is waar de muziek het van moet hebben en tevens van de sfeer die daarmee wordt opgeroepen: sereen, hypnotiserend en vaak duister. Die samenhang ontvouwt zich ook niet direct. De muziek zit zeer ingenieus en in elkaar en de dynamiek, die er absoluut is, openbaart zich pas in volle glorie na meerdere keren luisteren. Dan pas vallen de verschillende facetten en schakeringen op die de muziek in zich heeft.

Luister bijvoorbeeld naar kant twee – alle nummers beslaan één lp-kant - van het eerste titelloze album. Het nummer start in een bijna middeleeuwse sfeer. De klank van gitaar en tuba heeft de mystiek van een Gregoriaans gezang. Dit effect wordt versterkt door de regelmatige drumslagen van Järmyr die een serene dreiging uitademen. Gaandeweg neemt de intensiteit en de heftigheid toe. Of neem 'In A Realm Of Wander Behold The Fleeting Shadows Exclaim In Delight', oftewel kant twee van de eerste plaat van 'The Sky Flashes...'. Het nummer begint met hoge, ijle klanken die van ver lijken te komen. Er ontstaat een rustige, doch sterk aanwezige drone, wat een zinderende sfeer oplevert als van een luchtspiegeling, hypnotiserend en mysterieus. En door de lengte van het nummer ontstaat een soort van trance, zoals in de meeste nummers van deze lp's. Een mooi voorbeeld is ook 'Together We Transcend Into This Wreckage Called Heart', kant twee van de tweede plaat. De subtiele klanken van het slaan op de bekkens zwellen hier aan tot een storm, duisternis alom. En dan de tuba die erdoor heen klinkt als een misthoorn, de dreigende sfeer verder benadrukkend.

Een echte aanwinst dus, dit Yodok III, met een geslaagde mix van ambient, jazz en rock.

Meer horen?
Klik hier om van een track van 'The Sky Flashes, The Great Sea Yearns' te beluisteren: 'Watching The Stone Of Celestial Flaw Rush Down'.

Labels:

(Ben Taffijn, 12.1.15) - [print] - [naar boven]





Festival
Brokkenfestival

zondag 28 december 2014, Bimhuis, Amsterdam

"Sousafonist Arno Bakker, gitarist Anton Goudsmit en drummer Gerri Jäger zorgden voor een werkelijk doldwaze set met veel humor en begeestering. Maar wat werd hier ongelofelijk gemusiceerd! Het had nog het meest weg van een toverbrouwsel in een exploderende, overkokende pan. Pure improvisatie met een flinke scheut post-rock. Het gierde, krijste, beukte en bracht ons in alle staten."

Ben Taffijn bezocht het Brokkenfestival, waar gitariste Corrie van Binsbergen met hulp van een denktank met jonge muzikanten uit verschillende muziekhoeken hoogtepunten uit de concertserie CLUB100 presenteerde. Die concertserie is een meeting point van impro, pop, jazz en hedendaags. Het programma van deze laatste zondag van 2014: Duo Moiseenkov & Roux, Orlando, Art Of The Eyebrow, Rev Trigger, Diamanda La Berge Dramm, MIDAS, CUT_ & Corrie van Binsbergen, Bakker, Goudsmit & Jäger, Kombranie & Esmée Olthuis.

Klik hier om het festivalverslag te lezen.

Klik hier voor een fotoverslag van het Brokkenfestival door Maarten van de Ven.
En bekijk hier de festivalfoto's van Willem Schwertmann.

Labels:

(Maarten van de Ven, 11.1.15) - [print] - [naar boven]



Cd
Vlek - 'Smoking Gun' (eigen beheer, 2014)

Opname: april 2014

Bij Nederlandse jazz en improvisatie hebben we vaak de oncontroleerbare neiging om aan Amsterdam te denken. Het zevenkoppige Vlek komt echter uit Noord-Brabant, de zone boven de Noorderkempen die probeert de ontsnappen aan de hegemonie van Noord- en Zuid-Holland en Utrecht. De muzikale verwantschap met de Amsterdammers is er wel, maar dit gezelschap vaart een eigen koers. Eigenzinnig, eclectisch en speels.

Er zijn voor deze kerels, die hun wortels hebben in de grond tussen 's-Hertogenbosch, Tilburg en Eindhoven, trouwens wel betere referenties dan - pakweg - het ICP Orchestra. Flat Earth Society bijvoorbeeld, om maar een voorbeeld te geven. Ook Vlek zit dikwijls op dat raakvlak tussen elektrische grootstadsmuziek en akoestische improvisatie, tussen Zappaiaanse rock en jazz, met uitstapjes richting funk, soul en Afrikaans getinte spielereien. Een weids stilistisch bereik, waar de enorme gezamenlijke ervaring vast aan bijgedragen heeft.

De band bestaat dan ook uit veelzijdige muzikanten en componisten (maar liefst zes van hen hebben daadwerkelijke composities bijgedragen aan 'Smoking Gun') die hun sporen al verdiend hebben met talloze andere projecten. In de frontlinie vind je de driekoppige blazerssectie van Edward Capel (sax, klarinet), Hans Sparla (trombone) en Jeroen Doomernik (trompet). Zij worden ondersteund door gitarist Jacq Palinckx en bassist Bert Palinckx (ooit nog de leiders van, inderdaad, Palinckx), toetsenman Bart Van Dongen en drummer Pascal Vermeer. Samen goed voor ruim 150 jaar ervaring.

Eclecticisme en humor zijn de twee opvallendste pilaren van Vlek en daarvoor hoef je niet verder te kijken dan het onbehouwen, kleurrijke artwork en veelzeggende titels. 'Smoking Gun' herbergt een trilogie over Vlekje ('Vlekje In Afrika', 'Vlekje En De 7 Kristallen Bollen', 'Vlekje En De Geheimzinnige Ster') die de wereld van Hergé op z'n kop zet met soulvolle, funky ambiance en tegendraadse avant-jazz met donkere fanfaredreiging in de buurt van Monks 'Brilliant Corners'.

Daartussen: een uitgebreide staalkaart met meer stijlen en ideeën dan beschikbare vingers. En toch strekt het hen ook tot eer dat ze niet meteen al die troeven ineens op tafel smijten, wat geleid zou hebben tot een kleurboek met zo'n wanordelijke chaos dat het een ideeëndiarree werd. In plaats daarvan wordt het regelmatig erg sober gehouden, waardoor 'Double Blues' opvalt door dat Spartaans stampende ritme en 'Icebreaker' door een bezoekje aan onvervalst rock-'n-rollterrein met knetterend gitaarwerk en opzwepende drum shuffles.

Maar ook: 'Traumwalzer', een ingetogen stukje dat helemaal tegemoet komt aan die titel, het zoekende verkeer van 'Spock', en het bezopen zwalpende, met tempoversnellingen en - vertragingen volggestouwde 'Vastenavond'. En dan nog bonustrack 'Laura', een innemend brokje dat de plaat met een kinderlijke aandoenlijkheid afsluit. Kortom: 'Smoking Gun' is een veelzijdige, knap gedoseerde en vernuftig in elkaar gestoken plaat geworden.

Deze recensie verscheen ook op Enola.be

Meer horen?
Klik hier om 'Somking Gun' te beluisteren.

Labels:

(Guy Peters, 8.1.15) - [print] - [naar boven]





Festival
Stranger Than Paranoia 2014 Part 2


"Busch is een fijnzinnige pianist, die met zijn ingehouden en subtiele toucher een bijzondere klankwereld tevoorschijn tovert. Je voelt daarbij de onderhuidse spanning die in de muziek zit en die vooral wordt versterkt door het slagwerk van Ounaskari. Met even subtiele als kleurrijke accenten voorziet de Finse drummer de muziek van een extra lading."

Op maandagavond 29 december 2014 bezocht Ben Taffijn de laatste dag van Stranger Than Paranoia 2014, waar hij concerten zag van New Figura, David Murray/John Betsch en het Jorge Pardo Trio.

Klik hier voor zijn festivalverslag.

Klik hier voor het fotoverslag van deze avond door Cees van de Ven.
En hier voor een fotoverslag van Stranger Than Paranoia 2014 door Louis Obbens.

Labels:

(Maarten van de Ven, 8.1.15) - [print] - [naar boven]



Cd
Joachim Badenhorst/John Butcher/Paul Lytton - 'Nachtigall' (Klein 2013)

Opname: 23 & 24 maart 2013

Pas onlangs kwam mij de nu voorliggende cd ter ore. Natuurlijk, rietblazers Joachim Badenhorst en John Butcher kende ik reeds van andere formaties en ook percussionist Paul Lytton is geen onbekende voor mijn platenkast, maar dit trio-album, de eerste release op Badenhorst eigen Klein-label, kwam toch als prettige verrassing, een oorgasme van het meer verfijnde soort.

Op 23 maart 2013 nodigde Badenhorst beide eminente vertegenwoordigers van de Britse vrije muziek uit voor een concert in de Rataplan te Borgerhout ("een topavond voor improvisatieliefhebbers", aldus recensent Guy Peters), waar zogezegd de tape meedraaide. Daags erna trok het drietal de Antwerpse Rodenbach Studio in om nog een aantal improvisaties aan de opnamerecorder toe te vertrouwen. Het resultaat 'Nachtigall' is al even betoverend en fascinerend als de zang van de gelijknamige vogel.

De muzikanten klinken als een hechte combine, cirkelen om elkaar heen, elkaar becommentariërend en aanvullend in een compacte, warmbloedige setting. Subtiele klankverkenningen, miniatuurpercussie, crescendi met overstuurde klarinet- en saxtonen, verrassende ritmische verschuivingen en spannende verstilde passages: het is allemaal aanwezig op dit fascinerende album, dat de luisteraar met iedere draaibeurt verder meevoert in een intimistisch audio-avontuur, om hem of haar in verwondering achter te laten.

Labels:

(Maarten van de Ven, 6.1.15) - [print] - [naar boven]





Festival
Uiteinden 2014


"Pianist Ralph van Raat stelt met zijn noot-voor-noot reproductie van Keith Jarretts succesnummer 'The Köln Concert' een interessante kwestie aan de orde. Kan dat wel, zo'n stuk zo perfect mogelijk naspelen? In de jazz wordt oorspronkelijkheid altijd toegejuicht. Ook wanneer een saxofonist er niet in slaagt, de stijl van Charlie Parker echt te benaderen, wordt diens onvermogen eerder gezien als een verdienste, iets waarmee hij zich onderscheidt, dan als een falen."

Eddy Determeyer bezocht het festival Uiteinden, dat het jaar 2014 in het Groningse Grand Theatre muzikaal afsloot met drie concerten van Ralph van Raat, Zapp 4 en Jasper van 't Hof-Han Bennink.

Klik hier om zijn festivalverslag te lezen.

Klik hier voor een fotoverslag van Uiteinden door Willem Schwertmann.

Labels:

(Maarten van de Ven, 6.1.15) - [print] - [naar boven]



Cd
De Beren Gieren & Susana Santos Silva - 'The Detour Fish - Live in Ljubljana' (Clean Feed, 2014)

Opname: 4 juli 2014

Het is altijd weer bijzonder om te zien waar artiesten hun inspiratie vandaan halen. Neem nu De Beren Gieren met hun nieuwe cd 'The Detour Fish', opgenomen samen met de Portugese trompetiste Susana Santos Silva. Zij haalden hun inspiratie uit de forel: levend en gebakken! Dat lijkt bijzonder, maar ene Franz Schubert, ver voordat de jazz ontstond, was hun reeds voor. Hij schreef een heus pianokwintet rondom deze zelfde vis wat, niet geheel toevallig natuurlijk, eveneens een belangrijke inspiratiebron voor dit kwartet vormde.

De Beren Gieren is een relatief jong trio bestaand uit Fulco Ottervanger op piano, Lieven Van Pée op bas en Simon Segers op drums. Zij maken muziek op het snijvlak van modern gecomponeerd en jazz met een flinke dosis improvisatie. En was het laatste album 'A Raveling' uit 2013 nog een trioalbum, 'The Detour Fish' is dat zoals gezegd niet. Eén en ander hing samen met het Jazzfestival in Ljubljana waar De Beren Gieren optraden met Santos Silva, onder andere bekend van Lama. De opnames van dit concert zijn nu op cd verschenen bij Clean Feed als onderdeel van de nieuwe serie Ljubljana Jazz Series.

Maar goed, de forel dus. Dit kwartet slaagt er bijzonder goed in om beeldend te musiceren en zo recht te doen aan de gekozen titels. De Beren Gieren spelen soms zeer melodieus, om even later te culmineren in aritmische patronen vol dissonanten en verrassende, overrompelende klanken. De blaaspartijen van Santos Silva passen daar perfect bij, alsof ze al jaren samenspelen. Ook zij beheerst immers die combinatie van enerzijds lyrische expressie en anderzijds het vertolken van hoekige, dwarse dissonanten.

Zo bestaat 'Aquarium Benefits' uit een opvallende staccato gespeelde melodie door de ritmesectie, waar de piano en de trompet op soleren. De piano springerig als de vissen en de trompet lyrisch. Het geheel onderbroken door stevige stukken dissonanten, alsof het helemaal mis gaat in het aquarium. In 'Weirs' is in de pianopartij de invloed van dat fameuze Forellenkwintet van Schubert te horen. Het roept verder een wat vervreemdende sfeer op. De donkere klanken van de flugelhorn, het bonkende slagwerk van Segers en de spaarzame noten van Ottervanger. Klinkt het zo als vissen met elkaar praten?

Een hoogtepunt is 'Slippery Men (On The Riverbank)'. Je ziet ze staan: de vissers, op de rivieroever op de natte stenen, waarbij het oppassen is dat je niet uitglijdt. De muziek hortend en stotend. Het water stroomt om je heen in het gestage ritme, soms kolkend als in een stroomversnelling.

Meer horen?
Klik hier om het album op Spotify te beluisteren.

Labels:

(Ben Taffijn, 5.1.15) - [print] - [naar boven]



Concert
Een ingetogen en poëtisch concert

Tineke Postma/Nathalie Loriers/Philippe Aerts, zaterdag 27 december 2014, De Singer, Rijkevorsel

Tijdens het Gaume Jazzfestival van 2013 stonden pianiste Nathalie Loriers en bassist Philippe Aerts, die reeds sinds jaar en dag met elkaar samenspelen, voor die gelegenheid samen met saxofoniste Tineke Postma in triobezetting op het podium. Dat smaakte naar meer en na het uitbrengen van dat bewuste concert op cd - 'Le Peuple Des Silencieux' - besloot het trio samen te gaan toeren.

In De Singer werden een aantal nummers van deze en de vorige cd en niet op album verschenen werk gespeeld. Het merendeel van de nummers bestond uit composities van Loriers, met uitzondering van Postma's 'The Line' en de standard 'How Deep Is The Ocean'. Het is daarmee wel in eerste instantie een trio van Loriers. Tineke Postma beweegt zich prima naast Loriers en Aerts en krijgt zeker de ruimte, maar een volwaardig trio staat hier niet. Daarvoor zijn Loriers en Aerts te goed op elkaar ingespeeld en is de samenwerking met Postma nog te recent.

Het is allemaal niet bijzonder vernieuwend wat hier gebeurt, maar er wordt wel op zeer hoog niveau gemusiceerd. Loriers heeft een subtiel en klassiek aandoend toucher. Iedere noot is op zijn plek en haar timing is perfect. En in samenspel met Aerts, die op zijn contrabas een volle en warme toon produceert, is het af en toe net kamermuziek. Dat wordt nog versterkt door het feit dat hier een trio staat en geen kwartet. Geen slagwerk inderdaad en dat is mede bepalend voor die specifieke sound. Maar Postma sluit hier goed bij aan. Ook zij kan immers prima uit de voeten met het lyrische genre. Niet dat er geen spanning in de muziek zit. Momenten waarop er moderne jazz voorbijkomt zijn er genoeg, maar echt rauw en ongepolijst wordt het nooit. Dit trio is op zijn best in de ballads, zoals 'Canzoncina', 'Le Peuple Des Silencieux' (een eerbetoon aan Charlie Haden, die ons in 2014 ontviel) en 'Silent Spring'.

'Canzoncina' begint met Loriers solo, al snel begeleid door Aerts, nadrukkelijk aanwezig met zijn contrabas. Het is een lichte, stemmige melodie. Op het moment dat Postma inzet op sopraansax brengt dit de nodige levendigheid in het geheel. Postma speelt krachtig, met lange lyrische lijnen. Maar het hoogtepunt is wel 'Le Peuple Des Silencieux'. Postma begint solo op de sopraansax. Een langzame, intens gespeelde melodie, met veel vibrato, het gehele bereik van het instrument benuttend. Krachtig en ingetogen tegelijk. Loriers sluit aan en onderbouwt zo de melodie tot een meeslepend geheel. Als Aerts er dan tot slot bijkomt en zo voor de inkleuring in het donkere gedeelte zorgt, ontstaat er een nummer dat als hommage aan Charlie Haden, een van de grootste bassisten binnen de jazz, prima op zijn plek is. Ook 'Silent Spring' is zo'n ballad, met onder andere een prachtig duet tussen piano en sopraansax, als een rustige dans, ingetogen en poëtisch.

Labels:

(Ben Taffijn, 5.1.15) - [print] - [naar boven]



Concert
In de geest van Henri

Hans Verschoor-Jenne Meinema All Stars: Blije Biggetjes Voor De Wolf, zondag 28 december 2014, Pinakotheek Forma Aktua, Groningen

Alsof Henri de Wolf zelf, over het graf heen, de regie voerde. De informatieve, doch volstrekt onverstaanbare aankondigingen van trombonist Hans Verschoor. Het gammele karakter van het kwintet (een vluchtige repetitie en huppekee). Het bier dat reeds tijdens 'Blue Bossa' opraakte. En de triomfantelijke intocht van vers bier tijdens het laatste akkoord van 'Satin Doll', dat na Kenny Dorhams stuk werd gespeeld.

Henri de Wolf (1938-1986) was een Groninger kunstschilder, typograaf, galeriehouder en onruststoker. Hij was ook een fervent liefhebber van jazzmuziek en speelde twee à drie noten trompet. Dat ging dan zo: thuis oefende hij zich het leplazarus op een loopje, dat hij vervolgens tijdens een jamsessie ten gehore bracht. Alle aanwezige muzikanten en kenners waren er dan van overtuigd dat hier de nieuwe Fats Navarro was opgestaan – tot het loopje zijn beloop had gehad en roem- en vormloos in een krachteloos kreunen crepeerde.

Pinakotheek Forma Aktua, zijn uit 1983 daterende geesteskind, heeft 2015 tot Henri de Wolfjaar uitgeroepen. Op 1 januari 2016 zal het dertig jaar geleden zijn dat de kunstenaar overleed en dat werd zondag ingeluid met een optreden in de galerie door vijf muzikanten, die voor een deel nog met De Wolf hadden gespeeld. De muziek geurde naar mottenballen en ik stel me voor dat het sowieso een tricky combinatie is, trombone en altsax. Die alt werd bediend door Jenne Meinema, die zelf ook een jubeljaar instapt: hij zit 65 jaar in het vak. De tand des tijds heeft stevig in zijn spel gehapt. Het gehoor is niet meer wat het ooit was en ik stel me voor dat ook de longetjes een veer hebben moeten laten. Nochtans weerde de Harenaar zich stevig – zijn solo's waren kort, doch allerminst loos.

Toen de band Charlie Parkers 'Confirmation' inzette, kreeg de happening schier bijbelse proporties. Lammen wierpen hun krukken aan de kant, een indiaan voerde een pow wow uit, menig gewricht kraakte vervaarlijk en zo danste een selecte menigte temidden van grafiek en plastiek, schilderijen en beeldschermen alsof het leven ervan afhing. Zoals we weten zijn goede dansers zich te allen tijde bewust van hun coördinaten (plaats, snelheid en versnelling), zodat er niets van waarde sneuvelde. Behalve dan het bierrecord, dus.

Labels:

(Eddy Determeyer, 3.1.15) - [print] - [naar boven]


Lees verder in het archief...








Menupagina's:




Cd van het moment:
Sylvie Courvoisier - 'Chimaera'

Klik op de hoes om een track te beluisteren en voor meer informatie





Nieuws, tips, suggesties, adverteren, meewerken?
Mail de redactie.