Draai om je oren
Jazz en meer - Weblog





 


Film / Jazztube
Jazz On A Summer's Day

Nog voor de sixties en Woodstock pionierde Bert Stern met de registratie van een meerdaags muziekfestival. 'Jazz On A Summer’s Day' werd een historisch document en de eerste markante concertfilm. Het betreft een klassiek geworden registratie van het Newport Jazz Festival, dat in juli 1958 tegelijk met America's Cup Race voor zeilboten plaatsvond. Stern was eind jaren vijftig al een bekend reclamefotograaf, maar met 'Jazz On A Summer’s Day' leverde hij zijn eerste film af. De film is onlangs uitmuntend gerestaureerd qua beeld en geluid en is vanaf deze week te zien in 45 bioscopen en filmhuizen.

"How you make me feel like a star!", murmelt Mahalia Jackson, de ogen afwendend van het applaudisserend publiek, net voordat haar versie van 'The Lord’s Prayer' de film adembenemend afsluit. Het illustreert de bescheidenheid van de gospelzangeres, maar ook hoezeer deze concertfilm uit 1959 een ander tijdperk weerspiegelt. Best bevreemdend, want door deze nieuwe restauratie lijken we zelf deel te nemen aan het meerdaagse festival. Alleen, in tegenstelling tot de aanwezigen is de kijker zich wél bewust van het unieke karakter van de performances van jazziconen als Thelonious Monk, Anita O'Day, Gerry Mulligan, Dinah Washington en Louis Armstrong tijdens deze editie van het Newport Jazz Festival.

Een van de mooiste optredens komt van zangeres Anita O'Day, gekleed in fraaie zwarte jurk, met witte handschoentjes en elegante hoed. Zij houdt het publiek in haar greep met een prachtige uitvoering van 'Sweet Georgia Brown' en een supersnel uitgevoerde versie van 'Tea For Two'. Stern wisselt de optredens af met shots van het publiek dat op houten stoeltjes zit. Soms lijken ze verveeld - eentje leest zelfs een boek - maar meestal reageren ze enthousiast.

Ook zien we een repetitie van het Chico Hamilton Quintet, met Eric Dolphy op fluit. Hamiltons band had een afwijkende bezetting, inclusief cellist Nathan Gershman, die we met sigaret tussen de lippen de prelude van Bachs eerste cellosuite zien oefenen.

Voor de jazzliefhebber is het achteraf betreurenswaardig dat Stern de optredens van bijvoorbeeld trompettist Miles Davis, met John Coltrane op tenorsax, niet vastlegde, evenmin als Sonny Rollins. In plaats van deze jazzvernieuwers - van Monk krijgen we één nummer - concentreert de film zich op vrij traditionele jazz, blues en gospel. Tekenend is het optreden van Louis Armstrong and his All-Stars, waarbij de nadruk ligt op humor en een gouwe ouwe als 'When The Saints Come Marching In'.

Wie opmerkzaam is, zal naast jazzcriticus Martin Williams ook Newport Jazz Festival-oprichtster Elaine Lorillard signaleren, al rept 'Jazz On A Summer’s Day' met geen woord over het tegendraadse van haar initiatief om jazz en zwarte muzikanten naar het Rhode Island van de witte plutocratische elite te brengen. Toch is Stern niet alleen in de groove geïnteresseerd. Heel subtiel brengt hij een ode aan de kracht van jazzmuziek en popcultuur om een verstarde samenleving wakker te schudden. Ook al is het eind jaren vijftig nog even wachten op 'veranderende tijden'.

In de Jazztube zie en hoor je het Chico Hamilton Quintet tijdens het Newport Jazz Festival 1958 met een uitvoering van 'Blue Sands'.

Bronnen: Filmkrant, NRC

Labels: , ,

(Maarten van de Ven, 31.7.21) - [print] - [naar boven]



In memoriam
Henk Coolen

Hij haalde grote namen zoals John Coltrane en Bill Evans naar Eindhoven en zette café Wilhelminadaarmee op de kaart. Henk Coolen, medeoprichter van Jazzclub Wilhelmina is afgelopen zondag op 83-jarige leeftijd overleden in zijn woonplaats Best. Als jochie was Coolen al bevangen door de jazz, zo vertelt zijn zoon Gijs namens de familie. "Amerikaanse jazz die na de oorlog met de bevrijders mee kwam naar Nederland. Hij vertelde ons dat hij er stiekem naar luisterde op de radio en een tik op de vingers kreeg als zijn ouders hem betrapten. Mijn vader kwam uit een muzikaal nest maar jazz vonden ze maar herrie. Klassieke muziek was de norm."

Het weerhield Coolen er niet van zelf ook muziek te maken. Jazz natuurlijk. In 1965 richt hij het Henk Coolen Trio op dat later werd omgedoopt tot Wheels. Ook was hij bestuurslid van de Eindhovense Jazz Sociëteit in café Poort van Kleef aan de Markt. Begin jaren 70 opende Will Klappe aan het Wilhelminaplein café Wilhelmina en hij vroeg Coolen om hier met Jazzclub Wilhelmina te starten. "Iedere maandag was er een jazzoptreden", aldus zoon Gijs. "Ze hadden goede contacten met een impresariaat dat veel beroemde muzikanten naar Nederland haalde. Maandag was altijd een soort tussendag en bij het impresariaat hadden ze er vooral belang bij dat de muzikanten geen gekke dingen gingen doen. Als die de hele avond naar de kroeg en de hoeren gingen, konden ze ze op de dag van het optreden opvegen. Ze hadden dus liever dat er een optreden in Wilhelmina werd geregeld. Het betaalde bijna niks maar ze wisten in ieder geval wel waar de muzikanten waren."

Coolen schreef ook recensies voor het Eindhovens Dagblad. Een baantje dat hij op een bijzondere manier overnam van Peter Koelewijn, vertelt laatstgenoemde. "In de jaren zestig schreef ik eerst zelf die recensies voor de krant. Punt was alleen dat ik niet altijd tijd of zin had om de hele avond te gaan. Dus dan liep ik tegen het eind nog even binnen en zocht ik Henk op aan de bar. Die had veel verstand van jazz en dan hoefde ik alleen maar te zeggen: 'nou Henk, dat was me het avondje wel'. Vervolgens begon hij breeduit te vertellen over de artiesten en hoe goed ze wel niet gespeeld hadden. Dat verhaal stond dan de volgende dag in de krant."

Het ging goed tot Koelewijn op een avond over een optreden begon dat nog helemaal niet geweest was. "De Amerikaan die zou optreden was ergens opgehouden en moest nog beginnen. Henk was echter allang blij met de publiciteit voor de jazz dus we hebben de samenwerking gewoon in stand gehouden. Toen ik stopte bij het ED heb ik hem voorgedragen als opvolger."

Coolen speelde gedurende zijn leven in meerdere bandjes, vaak als gastmuzikant. In 1995 start hij een samenwerking met de bekende Eindhovense saxofonist en producer Tony Vos. In 2010 stopt hij met muziek maken omdat pianospelen niet meer kan door zijn reuma. Behalve muzikant was Coolen grafisch ontwerper en in die hoedanigheid docent aan de Academie voor Industriële Vormgeving (de huidige Design Academy). Met in die jaren een hele succesvolle lichting met onder andere Piet Hein Eek.

Bronnen: AD, Eindhovens Dagblad | Foto: Cees van de Ven

Labels: ,

(Cees van de Ven, 25.7.21) - [print] - [naar boven]



Festival
Gent Jazz 2021

"Na de openingsdag viel er wat geëmmer te ontwaren over het dansende volkje dat aan het einde van de TaxiWars-set de beschikbare ruimte gebruikte om de benen te strekken, en vooral ook de reactie van het festival. 'Gent Jazz neemt maatregelen tegen dansers' kopte De Standaard een beetje surreëel. Koren op de molen van de vrijheidsliga of zij die er een kans in zagen om de jazzscene na de hippe opmars van de voorbije jaren terug in het duffe hoekje te duwen. Een scheet in een fles, ook. Op 10 juli waren we er vooral voor de muziek, en we waren niet alleen, want van het ontluisterende geroezemoes waar Naima Joris een dag eerder nog mee af te rekenen kreeg viel deze keer weinig te bespeuren. Een dag zonder jazztoeristen, ideaal!"

Op zaterdag 10 juli bezocht Guy Peters het festival Gent Jazz. Vanaf de Bijlokesite doet hij verslag van de concerten van Donder & Apeland, Antoine Pierre URBEX Electric, 3Men In A BoaT ft. Louis Sclavis en Richard Galliano New Musette Quartet.

Klik hier om zijn festivalverslag te lezen.

Foto: Cees van de Ven

Labels: ,

(Maarten van de Ven, 23.7.21) - [print] - [naar boven]



Concert
Visueel en auditief bombardement

Gido Lahuis & GEIT, vrijdag 17 juli 2021, VERA, Groningen

"Zo, dit wordt hersenschade morgen," stelde het meisje naast me grimmig vast. Dat was nadat gitarist/zanger Gido Lahuis en de zijnen weer eens een geslaagd bombardement op de bezoekers van VERA hadden uitgevoerd. Want het collectief GEIT van deze Friese toonkunstenaar heeft het begrip 'pianissimo' al lang geleden naar de vuilstort afgevoerd. Het volume varieerde van luid tot luid XXL.

Dat bombardement was van auditieve én visuele aard. De geluidsexplosies gingen namelijk gepaard met computeranimaties die Nanne Vuilmasker achter het trio projecteerde. Collages van abstracte golvende beelden en gemanipuleerde marathonlopers die verbeten door het overstroomde Limburg draafden. Inderdaad, de maakster mixte uitermate actuele informatie, water en vuur, op omineuze wijze met non-figuratieve beelden. Voor een deel ging dat à l'improviste. Ik moest op de een of andere manier sterk denken aan 'Koyaanisqatsi' van Godfrey Reggio en Philip Glass uit '82. Ook zo'n hallucinante collage van flitsende beelden en minimalistisch klanken.

De muziek van Lahuis heeft eveneens minimalistische trekjes. Gitaar en slagwerk leverden de repetitieve laagjes; best een avontuur, een minuut of tien identieke ritmische patronen, gelardeerd met de nerveuze apocalyptische visuals. En dat in een vervreemdende sfeer, tafeltjes en stoeltjes en waxinelichtjes - in VERA! Het geheel werd nog eens kracht bijgezet door de door Nanne ontketende lichtflitsen, die als zware wapens werden ingezet. Nikola Tesla was er niets bij. Ik had medelijden met de arme epileptici onder de bezoekers.

Toch eens informeren hoe het inmiddels met mijn buurmeisje gaat. De incubatietijd moet zo langzamerhand toch wel zo'n beetje voorbij zijn.

Foto's: Richard Postma

Labels: , , ,

(Eddy Determeyer, 19.7.21) - [print] - [naar boven]



Cd's
Eddie Prévost portret - deel 4

N.O. Moore, Eddie Prévost & Jason Yarde - 'Nous' (Matchless, 2020)
Opname: 22 februari 2020
John Butcher, Eddie Prévost en Guillaume Viltard - 'Iklectic Live One' (Matchless, 2020)
Opname: 23 november 2016

Tot slot van een serie rondom percussionist Edward (Eddie) Prévost nog twee trio's waarvan nieuwe albums verschenen, beiden bij Prévosts eigen Matchless Recordings. In 'Nous' horen we hem samen met N.O. (Nathan) Moore, een combinatie die eerder voorbij zagen komen op 'The Secret Handshake With Danger' en saxofonist Jason Yarde, die ook de elektronica hanteert. Op 'Iklectic Live One' horen we Prévost met saxofonist John Butcher en bassist Guillaume Viltard.

In het boekje bij 'Nous' wordt stilgestaan bij het wezen van improvisatie, net als Prévost uitgebreid doet in zijn boek 'An Uncommon Music For The Common Man', waar deze serie mee begon. Nogal eens wordt improvisatie 'instant composition' genoemd, een term waar Prévost het mee oneens is en - zo blijkt uit dit boekje - Moore eveneens. Die noemt het 'social composition', het gaat om "the construction of social situations where such music can be played and heard". Prévost zal instemmen met 'social', maar niet met 'composition'. Voor hem hebben compositie en improvisatie niets met elkaar gemeen. Over het eerste worden immers allerlei afspraken gemaakt, zowel vooraf als tijdens de uitvoering, bij het tweede ontbreekt dat totaal. En het is goed om ons dat weer eens te realiseren bij het beluisteren van deze twee albums: alles wat we horen ontstond in het moment, in de Vortex, respectievelijk Iklectic, twee jazzclubs in Londen. Dat juist deze muziek het afgelopen jaar in de verdrukking kwam, moge duidelijk zijn: juist bij improvisatie is een concert met publiek van enorm belang. De opnames van 'Nous' stammen dan ook van vlak voor de eerste lockdown, die van 'Iklectik Live One' van november 2016.

'Nous' bestaat uit vijf stukken, te beginnen met het vrij onrustige 'Attunement'. Yarde en Moore creëren repetitieve patronen, terwijl Prévost op de achtergrond de overgebleven ruimte vult, uitmondend in een relatief strakke solo van de laatste. Moore en Yarde sluiten weer aan, met elkaar zoekend naar klanken, boeiende lijnen trekkend. In 'Lorelei Of Music' trekt het trio deze lijn door. We horen Yarde hier op sopraansax, wat de 'Lorelei' van de titel verklaart. Hij laat zijn instrument vervaarlijk janken en krijsen. 'Between You And Me And' is het gewenste rustpunt, waarin vooral de elektronica een belangrijke rol speelt. Onbestemde klankuitingen krijgen gezelschap van Yardes melodieuze schermutselingen. In het lange 'Impossible Meaning' belanden we weer in een kleurrijke maalstroom, waarin andermaal dat prachtige spel van Yarde opvalt, maar waarin ook Moore flink aan de snaren trekt. Een bijzonder onstuimige set, die zijn voltooiing vindt in 'A Tune Meant'.

Na een korte, maar onstuimige drumsolo horen we John Butcher in 'Electric', het eerste deel van de 'Chinese Whispers Suite' oftewel 'Iklectic Live One'. Sputterende klanken op de sopraansax. Viltard voegt zich erbij met opvallend ritmisch basspel en dan valt het even helemaal stil. Prévost gaat met bekkens in de weer, waarna we wederom Butcher en Viltard horen. De bassist valt verderop op met een tegen een drone aanhangend klankpatroon, gerealiseerd door te werken met de strijkstok, waar Butcher en Prévost dankbaar gebruik van maken. Verder in dit eerste deel, van een set die net als 'Nous' raakvlakken met free jazz heeft, mooie solo's van zowel Butcher als Prévost. Dat bijzondere spel van Viltard vinden we ook in 'Light', het tweede deel. Het maakt dit tot een bijzondere set waarin twee vormen van improvisatie, zoals Prévost die ook in zijn boek beschrijft, samenkomen: de vorm die op de free jazz voortbouwt, naast een vorm die je meer Europees kunt noemen. De solo's van Butcher verderop, eerst op tenor- dan op sopraansax, zijn evengoed voorbeelden van dit balanceren tussen twee opvattingen van improvisatie. Maar ook 'On', het derde deel van deze suite, bevat prachtige momenten van de vorm van improvisatie die meer gaat om het zoeken naar de relatie tussen de klanken en waarin ritme en melodische patronen ontbreken. Alle drie de musici weten hier prima raad mee - zoals ook te horen is in 'Click' - maar schakelen even gemakkelijk weer over naar die andere vorm, waarvan ritme en melodie een onlosmakelijk onderdeel vormen. Wederom een zeer geslaagd album.

Klik hier voor de complete serie over Eddie Prévost.

Labels: ,

(Ben Taffijn, 13.7.21) - [print] - [naar boven]



Festival
Jazz & Impro Lokaal Feerwerd 2021

"Wanneer Andrea Caruso de Oscar Pettiford van het Noorden is, mag Bert van Erk als de Paul Chambers van die contreien beschouwd worden. Samen met Caruso zou hij met zijn voorkeur voor het laag een interessant orkest vormen, stel ik me zo voor."

Eddy Determeyer bezocht Jazz & Impro Lokaal Feerwerd. Hij zag er VrijJazzie, de Austèja Zvirblyté Group, Harry Niehof en het Alto Kwartet, Andrea Caruso All Stars en de Feerwerd Forever Hot Five.

Klik hier om zijn festivalverslag te lezen.

Foto: Hammie van der Vorst

Labels: ,

(Maarten van de Ven, 9.7.21) - [print] - [naar boven]



Interview / Jazzradio
Susana Santos Silva bij Radio Panik

De Portugese trompettist, improvisator en componiste Susana Santos Silva heeft zichzelf de afgelopen jaren sterk op de kaart weten te zetten. Opererend vanuit Stockholm is ze altijd al geïnteresseerd geweest in het uitbreiden van de mogelijkheden van haar instrument, het verkennen van nieuwe manieren van expressie binnen muziek en het oplossen van de grens tussen compositie en improvisatie. Haar invloeden reiken van klassieke en hedendaagse muziek tot jazz en geluidskunst.

DownBeat noemde haar 'een van de meest opwindende improvisatoren ter wereld'. Haar muziek is afwisselend beschreven als bedwelmend, intens, overweldigend, betoverend, innovatief, gedurfd en creatief.

Santos Silva kennen we als co-leader van duo's met Kaja Draksler en Torbjörn Zetterberg - ook in trio met Hampus Lindwall en Chris Pitsiokos (Child of Illusion) en de kwartetten Hearth en Here's To Us. Ook was ze te horen in formaties als Fire! Orchestra, Mats Gustafssons Nu Ensemble, Julien Deprez/Rob Mazureks T(ro)pic en ONJ.

In 2018 bracht ze op Clean Feed haar eerste soloalbum uit, 'All The Rivers', live opgenomen in het National Pantheon in Lissabon. Ze is inmiddels een veelgevraagd muzikant; zo speelde ze onder meer met Fred Frith, Evan Parker, Joëlle Léandre, Mat Maneri, Paul Lovens en Hamid Drake.

Nico Bogaerts van Radio Panik, een vrije radio die zichzelf definieert als associatieve radio van expressie en creatie en als multi- en intercultureel, heeft een tweedelig interview met Santos Silva. Het eerste deel van het interview kun je hier beluisteren. Het tweede deel volgt op 13 juli.

Foto: Cees van de Ven

Labels: , ,

(Maarten van de Ven, 6.7.21) - [print] - [naar boven]



In memoriam / Jazztube
Jon Hassell

Op zaterdag 26 juni overleed op 84-jarige leeftijd trompettist en componist Jon Hassell.

Gedurende zijn lange carrière waardeerde Hassell eclecticisme en experiment. Zijn eerste prominente release was het album 'Fourth World, Vol. 1: Possible Musics' (1980), een samenwerking met de Engelse artiest en producer Brian Eno. Door criticus Robert Christgau beschreven als "esoterische omgevingskitsch" en door Hassell zelf als "een verenigd primitief-futuristisch geluid dat kenmerken van etnische wereldstijlen combineert met geavanceerde elektronische technieken". De opname werd gedomineerd door Hassells bijzondere trompetwerk, te midden van tapeloops, lagen percussie, elektronica en effecten.

In 1980 was Hassell te horen op het gevierde album 'Remain In Light' van Talking Heads, en in latere jaren werkte hij met een breed scala aan artiesten, waaronder Peter Gabriel, David Sylvian, Ry Cooder, Jackson Browne, Tears For Fears, Ani DiFranco, Ibrahim Ferrer en producer Hal Willner.

Hassells eigen carrière als (co-)leider startte in 1977 met het album 'Vernal Equinox', waarop de ideeën te horen zijn die hij daarna als Fourth World zou bestempelen. Zijn definitie van die term bleef fluïde, maar in de kern beschreef het een stijl die moderne technologie omarmt en plaatst binnen een intercultureel kader, niet gebonden aan specifieke muzikale tijdperken.

Meer cryptisch schreef Hassell ooit over zijn concept: "Fourth World is an entire week of Saturdays. It's about heart and head as the same thing. It's about being transported to some place which is made up of both real and virtual geography."

Jon Hassell werd geboren op 22 maart 1937 in Memphis, Tennessee, waar hij een vroege liefde voor bigbandjazz ontwikkelde. Hij begon cornet te spelen en vervolgens trompet. Later behaalde Hassell een master in moderne klassieke compositie aan de Eastman School of Music in Rochester, New York. Hij bestudeerde zowel de jazztrompetstijlen van Miles Davis en Chet Baker als de baanbrekende vroege elektronische muziek van Karlheinz Stockhausen. In de jaren zestig en zeventig werd Hassell beïnvloed door avant-gardisten als Terry Riley en LaMonte Young.

Al vroeg begon Hassell de toepassing van elektronica op zijn trompetspel te onderzoeken, waarbij het natuurlijke geluid van het instrument vaak zodanig werd veranderd dat het niet langer leek op een hoorn die werd aangedreven door de adem van een mens. Hij raakte gecharmeerd van Indiase klassieke muziek en streefde ernaar raga's op trompet te interpreteren. Later introduceerde hij Afrikaanse, Pacifische, Zuid-Amerikaanse en Aziatische elementen in zijn muziek.

In de jaren tachtig verkende Hassell verschillende muzikale stijlen tegelijk, waarmee hij zijn eigen creaties uit de Fourth World verder ontwikkelde. Zijn trompetpartijen zijn te horen op diverse opnamen van progressieve popartiesten. Hij trad op op het eerste WOMAD-festival, het geesteskind van Gabriel, in 1982. Een tweede album, geproduceerd door Eno, dit keer in coproductie met Daniel Lanois, verscheen in 1986: 'Power Spot', een van de twee Hassell-albums die door het ECM-label werden uitgebracht. 'Seeing Through Sound', Hassells laatste studioalbum, verscheen in 2020.

In de Jazztube zie je een deel van het concert dat Jon Hassell gaf tijdens het festival Jazz Onze+ in Lausanne in oktober 2009.

Bron: JazzTimes | Foto: Henryk Kotowski

Labels: , ,

(Maarten van de Ven, 2.7.21) - [print] - [naar boven]


Lees verder in het archief...








Menupagina's:




Cd van het moment:
Sylvie Courvoisier - 'Chimaera'

Klik op de hoes om een track te beluisteren en voor meer informatie





Nieuws, tips, suggesties, adverteren, meewerken?
Mail de redactie.