Draai om je oren
Jazz en meer - Weblog





 


In memoriam | Jazztube
Tony Oxley
15 juni 1938 – 26 december 2023

Op een dag wilden Jost Gebers, de man achter het baanbrekende platenlabel FMP, en Tony Oxley de drumspullen van de percussionist in een Volkswagenbus van West- naar Oost-Berlijn brengen. De bewaker die hen bij de grens controleerde was verbaasd over de vreemde dingen die werden vervoerd. Geber legde hem uit dat Oxley een drummer was. Toen de grenswachter vervolgens een viool vond, was het hem duidelijk. Oxley moest wel een muzikale clown zijn! Na een lange ziekte is Tony Oxley - die verre van een clown was, eerder een fenomenale geluidsonderzoeker, percussionist, violist en componist - op dinsdag 26 december overleden.

Oxley werd geboren in Sheffield en leerde zichzelf het drummen aan. Tijdens zijn diensttijd voor het Britse leger werd hij percussionist in het militaire orkest. In die tijd reisde Oxley ook naar de Verenigde Staten, waar hij jazzgrootheden als Art Blakey, Horace Silver en Philly Joe Jones aan het werk zag. Het was een levensveranderende ervaring. Thuis in Sheffield vormde hij een jazzcombo dat hij drie jaar leidde. In 1963 volgde nog een beslissende ontmoeting: hij ontmoette gitarist Derek Bailey, die bij hem om de hoek bleek te wonen. "A once in a century coincidence," zoals Oxley die ontmoeting beschreef voor de Duitse muziekjournalist Bert Noglik. Samen met bassist Gavin Bryars vormden ze het trio Joseph Holbrooke, vernoemd naar de gelijknamige Britse componist (1878-1958). De groep begon jazzstandards te spelen, maar evolueerde snel naar andere soorten muziek, geleid door de interesses van de drie. Bryars was geïnteresseerd in avant-garde klassieke componisten, Oxley in de meer radicale muzikanten van de hedendaagse jazz en Bailey in beide. Geïmproviseerde muziek was de gemeenschappelijke noemer die het trio voortdreef. Hun muziek was destijds vrijwel ongehoord in Engeland en elders in Europa. De muziek van Joseph Holbrooke ontwikkelde zich volgens Oxley en Bailey vanzelf tijdens hun samenspel.

In 1967 verhuisde Oxley naar Londen. Het duurde niet lang voordat hij zich daar gevestigd had als huisdrummer van een van de populairste jazzclubs van de stad: Ronnie Scott's. Hoewel Oxley met zijn eigen muziek al verder was gegaan dan traditionele jazz, vond hij het ook leuk en inspirerend om op te treden met jazzlegendes als Ben Webster, Joe Henderson, Stan Getz en Bill Evans. Zo ontwikkelde hij een onderscheidende ritmische stijl, waardoor hij in staat was om vrij en polyritmisch te spelen zonder de originele groove te verliezen; hij kon die op ieder moment gewoon weer oppikken. Voor veel muzikanten was het een echte uitdaging om met Oxley te spelen.

Oxley's werk bij Ronnie Scott's had hem een solide reputatie als jazzdrummer opgeleverd, hoewel hij al verbinding had gemaakt met de vrij geïmproviseerde muziekscene. In 1969 speelde Oxley op op de eerste lp 'Extrapolation' van John McLaughlin. Zijn connectie met hem zou de reden kunnen zijn geweest waarom Oxley een platencontract kreeg aangeboden door CBS en hij 'The Baptized Traveller' kon uitbrengen, met leden van het Spontaneous Music Ensemble: Evan Parker op saxofoon, Derek Bailey op gitaar, Kenny Wheeler op trompet en Jeff Clyne op bas. Het resultaat was de weerklank van een vrij unieke visie op de toekomst van de jazz. De band van Oxley slaagde er zelfs in om nog een plaat te maken voor CBS, 'Four Compositions For Sextet', met Paul Rutherford op trombone als aanvulling. Commercieel waren de albums geen succes, geen wonder dus dat CBS het contract verbrak.

Financieel zat Oxley aan de veilige kant door zijn aanstelling bij Ronnie Scott's, maar over het algemeen deed geïmproviseerde muziek het in Groot-Brittannië bepaald niet goed. Het was voor de muzikanten nauwelijks mogelijk om optredens te vinden, media en platenlabels negeerden het eenvoudigweg. Dit was de reden waarom Oxley in 1970 samen met Bailey, Parker en verschillende andere muzikanten de Musicians Cooperative oprichtte. Samen met Parker en Bailey richtte hij het onafhankelijke platenlabel Incus Records op. Eindelijk konden de muzikanten hun muziek documenteren, hun albums uitbrengen en distribueren zonder afhankelijk te zijn van de majors.

Maar bovenal werd Oxley een invloedrijke drummer voor toekomstige generaties toen hij besloot zijn drumstel uit te breiden. Hij begon te experimenteren met verschillende vormen van versterking en elektronische apparaten, zoals bijvoorbeeld ringmodulatoren. Hij gebruikte ze vooral graag op de vreemde voorwerpen die hij in de kit had verwerkt: kommen, stukjes draad, schroeven en andere metalen voorwerpen die een breed scala aan pure geluiden konden creëren. Zijn toch al unieke ritmische stijl werd gekoppeld aan een nieuw klankuniversum. Vanaf dat moment klonk niemand meer als Tony Oxley.

Op muziekgebied waren nog twee ontmoetingen belangrijk in het leven van Toney Oxley. De eerste is die met de schilder Alan Davie, die hem zijn eerste viool gaf. Oxley was onmiddellijk geïnteresseerd in de ritmische mogelijkheden van het instrument (niet de melodische, wederom typisch Oxley) en daarom besloot hij met allerlei soorten strijkersensembles te gaan werken. De andere was Oxley's ontmoeting met Cecil Taylor. Hij ontmoette hem toen de pianist in de zomer van 1988 een FMP-residentie had in Berlijn. Hij speelde met hem als duo, met William Parker in het Feel Trio en in het 17-koppige Cecil Taylor European Orchestra. Bovendien stelde Taylor hem voor aan Bill Dixon, met wie hij ook verschillende albums opnam voor het Italiaanse Soul Note-label. Oxley werd Taylor's favoriete partner voor de rest van het leven van de pianist.

"I consider myself more a percussionist, in contrast to a jazz drummer who keeps time", vertelde Oxley aan Bert Noglik in het eerdergenoemde interview. "In the new improvised music, a percussionist can interrupt the flow of his playing without affecting the nature of his relationship to the other players." Als Petrus aan de hemelpoort Tony Oxley en zijn spullen zou moeten controleren, dan zou hij hem zeker niet voor een clown hebben aangezien, maar voor wat hij is: een van de grootste drummers van de afgelopen 60 jaar. De jazzband in de hemel kan naar hem uitkijken.

Tekst: Martin Schray, The Free Jazz Collective (met toestemming vertaald)
Foto's: Maarten Jan Rieder

In de Jazztube hieronder een concert van Tony Oxley met Cecil Taylor in Straatsburg, 2009.

Labels: , , , , ,

(Maarten van de Ven, 6.1.24) - - [naar boven]


Lees verder in het archief...








Menupagina's:




Cd van het moment:
Sylvie Courvoisier - 'Chimaera'

Klik op de hoes om een track te beluisteren en voor meer informatie





Nieuws, tips, suggesties, adverteren, meewerken?
Mail de redactie.