Draai om je oren
Jazz en meer - Weblog





 


Concert
Humorvolle vrije improvisatie

Alexander von Schlippenbach / Rudi Mahall / Kasper Tom, zaterdag 21 september 2019, PlusEtage, Baarle-Nassau

En zo stond binnen enkele dagen een andere icoon uit de Europese free-jazz op het podium. Konden we op 19 september nog Paul Van Gysegem, Cel Overberghe en Patrick De Groote horen bij JazzCase in Neerpelt, zaterdag 21 september was het de beurt aan niemand minder dan Alexander von Schlippenbach. Ook hij was erbij eind jaren 60, toen deze specifieke vorm van jazz in Europa zijn intrede deed. Klarinettist Rudi Mahall is van een generatie jonger, maar heeft inmiddels - vooral op basklarinet - in de vrije improvisatie een al even grote reputatie opgebouwd. Als lid van Von Schlippenbachs Globe Unity Orchestra kent hij de meesterpianist als geen ander, iets dat we duidelijk merken hier op het podium van de PlusEtage in Baarle Nassau, nog immer een van de meest interessante podia die Nederland rijk is. Als drummer vroegen de twee de nog een generatie jongere Deen Kasper Tom. Een perfecte keuze, zo blijkt al snel.

Voortvarend gaat men van start, direct met drie man sterk in een wonderlijke mix aan noten. Von Schlippenbach speelt hermetische clusters, vaak op een redelijk percussieve wijze. Tom voedt hem met een opmerkelijk losse stijl, die eerder tegen het ritme aanleunt dan dat het ritmisch is. Ten slotte Mahall, die het ene moment opvallend lyrisch en melodieus klinkt en op andere momenten kleurrijke abstracties met dansende noten de zaal inslingert. Alles geïmproviseerd natuurlijk, maar je merkt dat ze elkaars stijl van spelen kennen, de maniertjes. Je ziet ze kijken, opletten en uitzoeken waar een interval het beste past. Het voordeel van een liveconcert is dat je dat als luisteraar allemaal meemaakt. Hoe mooi een cd ook kan klinken, dat is absoluut een meerwaarde.

Op stoom zijn ze het beste, dan zitten ze in de flow en vallen de klanken het prachtigst met elkaar samen. Wat niet wegneemt dat een aantal intiemere momenten ook zo hun kwaliteiten hebben, zoals te horen valt in de duo's. Als Von Schlippenbach en Tom samen bezig zijn bijvoorbeeld en hun klanken langs elkaar heen schuren, de onderzoekshouding op scherp.

De tweede set brengt humor en Von Schlippenbach geeft de aanzet. Ineens horen we een fragment van Thelonious Monks 'Four In One' en je ziet Mahall kijken: wat doet hij nu? Maar natuurlijk gaat hij mee, met die aanstekelijke lach van hem, en passant non verbaal communicerend met Tom. Het blijft er niet bij en verderop geeft Mahall ook zelf de aanzetten. 'Skippy' (eveneens van Monk) volgt, waarna we nog citaten uit 'Oh, Lady Be Good!' van Gershwin en 'Tea For Two' van Vincent Youmans en Irving Caesar voorbij horen komen. Dit alles tot grote hilariteit van Mahall, Tom en het publiek. Von Schlippenbach vertrekt geen spier. Wat niet wegneemt dat de wijze waarop deze drie musici de geschiedenis van de jazz inpassen in hun eigen klankwereld getuigt van lef en smaak. Een beetje humor kan daarbij zeker geen kwaad.

Concertfoto's: Jef Vandebroek

Labels: ,

(Ben Taffijn, 30.9.19) - [print] - [naar boven]



Jazz Class-X / Jazztube
Dinah Washington - 'Dinah Jams' (EmArcy, 1955)

Opname: 15 augustus 1954

Als tienermeisje zong Ruth Jones (1924–1963) gospel in een kerkkoor en bij de Sallie Martin Group. Toen zij nog geen twintig was, zong zij bij de bigband van Lionel Hampton onder de artiestennaam Dinah Washington. Onder impuls van jazzcriticus Leonard Feather maakte zij haar opnamedebuut met zijn 'Evil Gal Blues'. In 1946 zei ze de band van Hampton adieu.

Dinah Washington had al een resem top tien-hits gescoord in de R&B-lijsten toen zij 'Dinah Jams' live in de studio opnam. Bij deze sessie waren het kwintet van trompettist Clifford Brown en drummer Max Roach betrokken, plus nog vijf jazzmuzikanten, onder wie de trompettisten Clark Terry en Maynard Ferguson. De weergave van deze sessie vormt een jazzalbum om U tegen te zeggen.

Na een korte intro van de ritmesectie en Dinah die een eerste keer de tekst zingt van 'Lover Come Back To Me' vliegen de solo's en handgeklap je rond de oren. De muzikanten laten het hoge tempo geen tel zakken en voor je het weet zijn de eerste tien minuten bijna voorbij. Als de zangeres de tekst hartstochtelijk herneemt, gaat het muzikale vuurwerk verder. Dat 'Alone Together' en 'Summertime' daarna in een instrumentale versie volgen, zet fijntjes in de verf dat we met een jam te maken hebben waarbij deelnemers komen en gaan. Jam betekent dan weer niet dat alle nummers een lange versie krijgen. De instrumentale zijn als kleine, schitterende edelstenen - 'Summertime' is een vrijgeleide voor heerlijk trompetspel dat bijna zo hoog mikt als de zon.

Als de zangeres 'Come Rain Or Come Shine' zingt, gooit ze welgemikt haar gospelachtergrond in het spel. Als zij 'No More' zingt, haalt zij overtuigend haar blueskant uit de kast. Haar articulatie en frasering maken dat je moeiteloos de tekst volgt, het gevoel dat zij er inlegt dat je kan meeleven. Hoe zij met deze band 'I’ve Got You Under My Skin' vertolkt mag graag aan tintelende verliefdheid doen denken. Dat geldt niet minder voor 'You Go To My Head' met een sobere intro van piano en zang, een inleiding voor een muzikaal feestje. Op deze plaat zijn de muzikanten niet minder dan de diva de sterren.

Op de originele plaat draaiden enkel de opener en afsluiter 'You Go To My Head' rond de tien minuten. De heruitgave op digitale drager met drie bonustracks voegde er nog 'I’ll Remember April' aan toe, met een speelduur van twaalf minuten de langste imponerende track, maar 'Darn That Dream' en 'Crazy He Calls Me' zijn ook echt niet te versmaden.

Dinah Washington klonk met een acrobatische souplesse zo vleselijk, zo entertainend en overtuigend. Zij werd in de sixties niet voor niets een voorbeeld voor soulzangeressen als Aretha Franklin. Aretha droeg met 'Unforgettable' een heel album op aan nummers die Dinah, toen pas gestorven, bij leven had gezongen. Na haar jazzplaten had Dinah met gemak en commercieel succes haar horizon verbreed naar het grote publiek. Voor de danslustige jazzminnaar maakte zij nog interessante opnamen gearrangeerd door een jonge Quincy Jones. Denk maar aan die van december 1956, verschenen als 'The Swingin’ Miss “D”'. Wie echt voor haar stem valt, kan zelfs vandaag nog genieten van haar grootste hits van luttele jaren later, 'What A Diff’rence A Day Made' en 'Unforgettable'. Zij stierf jong, maar maakte haar zangtalent onvergetelijk.

In de Jazztube zie je Dinah Washington live aan het werk op het Newport Jazz Festival in 1958. Samen met Terry Gibbs, Max Roach en Don Elliot brengt ze 'All Of Me'.

Labels: , ,

(Danny De Bock, 29.9.19) - [print] - [naar boven]



Concert
Egoloos musiceren in dienst van het geheel

Paul Van Gysegem Quintet, donderdag 19 september 2019, JazzCase, Dommelhof, Neerpelt

Mijn beeld bij de klassieke kwintetbezetting: de messscherpe, flamboyante solo's van de trompettist, respectievelijk de saxofonist, ego's in de schijnwerpers. Mooi, maar het zou wel iets korter mogen. Idem dito voor de pianist die zo nu en dan al te opvallend uit zijn begeleidersrol valt. De ritmesectie beweegt zich veel meer op de achtergrond, bepaalt ritme en structuur. En ja, soms is daar die solo. Even laten horen dat ze meer kunnen, de bassist en de drummer.

En dan staat Paul van Gysegem met zijn kwintet bij JazzCase in Neerpelt, de opening van een nieuw seizoen, en slaat dat beeld volledig aan gruzelementen. Aan het einde van een driedaagse residentie op deze prachtige plek worden we verrast door een geheel ander beeld, dat in niets lijkt op het hierboven geschetste cliché. Geen grote dynamische contrasten, geen overkill, geen flamboyante solo's, maar ook geen ritmesectie die zich beperkt tot begeleiden.

Dat zit hem deels in de musici die dit kwintet vormen. Drie van de vijf leden, naast bassist Van Gysegem treffen we saxofonist Cel Overberghe en trompettist Patrick De Grootte aan, behoren bij dat selecte groepje musici die eind jaren 60 en begin jaren 70 in België de free jazz op de kaart zette. Ze staan dus ieder reeds zo'n 50 jaar op het podium. Dat heeft als voordeel dat ze weten wat ze willen, weten hoe je samen iets kunt neerzetten wat de luisteraar raakt en bijblijft en hun eigen rol ten dienste kunnen stellen van het geheel. Pianist Erik Vermeulen en drummer Marek Patrman mogen dan nog een stuk jonger zijn, ook zij getuigen van diezelfde houding en beheersen diezelfde muzikale taal. Een taal die gericht is op de schoonheid van de klank, het leggen van verbindingen, het zoeken naar nieuwe wegen in het nu en waarbij het zoeken van de schijnwerpers volledig afwezig is. Egoloze muziek, met name in die eerste set.

Er wordt gesoleerd, zeker. Door Overberghe bijvoorbeeld, maar die solo's zijn dan zo kort dat je er bijna geen erg in hebt dat het een solo is. En bij De Grootte is het al niet veel anders; die speelt zo zacht, fragiel, genuanceerd en in dienst van het geheel dat je ook al niet echt van solo's kunt spreken. De enige bij wie dat onvervalst wel het geval is, is Van Gysegem, die zijn bas opvallend genoeg nogal eens inzet om melodieën te creëren in plaats van een ritmisch patroon neer te leggen en zo bepalend is voor de sfeer in de meeste stukken.

Zoals reeds gezegd, geldt deze wijze van aanwezig zijn evengoed voor Vermeulen en Patrman. We horen ze, maar nooit meer dan nodig is. Dit kwintet speelt de noodzakelijke noten, soms dwarrelend als losse puzzelstukjes die nog in de goede volgorde in elkaar gepast moeten worden, maar ook niet meer dan die noodzakelijke noten. Karige, soms grillige muziek, die veel overlaat aan onze eigen verbeelding en ruimte biedt voor onze eigen mijmeringen. Muziek ook die klinkt alsof het toevallig, terloops tot stand komt, alsof er geen structuur is. Maar blijf luisteren en je ontdekt dat die structuur er wel degelijk is, alleen je bemerkte haar nog niet.

En er is groots samenspel dat klinkt op onverwachte momenten, als de klank van Overberghe's sopraansax zich subtiel mengt met die van De Grootte's flügelhorn, wanneer de bas van Van Gysegem de nabijheid zoekt van Vermeulens piano, of in de complexe patronen die Van Gysegem en Patrman kunnen bouwen. Nooit voorspelbaar, nooit voor de hand liggend, maar altijd ontstaand uit spontaniteit.

Een prachtig concert kortom, waarvan de muziek het zonder meer verdient om uitgebracht te worden in de reeks cd's die JazzCase heeft lopen bij El Negocito Records. Gewoon doen, heren.

Klik hier voor foto's van dit concert door Cees van de Ven.

Labels: ,

(Ben Taffijn, 25.9.19) - [print] - [naar boven]



Cd / Jazztube
Toine Thys Trio - 'The Optimist' (Igloo, 2019)

Opname: 2018

Saxofonist Toine Thys is inmiddels uitgegroeid tot een van de belangrijkste saxofonisten van België, met eigen projecten als zijn trio, het Orlando Quartet en met een aantal projecten waarin hij de samenwerking opzoekt met musici uit andere culturen als de Egyptische ud-speler Ihab Radwan. Verder maakt hij deel uit van Antoine Pierre's Urbex, het Ed Verhoeff Quartet en Crazy Men, een groep van pianist Bram Weijters. Maar de reden dat we hier bij Thys stilstaan is een nieuw album van zijn trio, zeg maar zijn basisgroep. En alhoewel het trio verder bestaat uit Hammond-organist Arno Krijger en drummer Karl Jannuska, treffen we op 'The Optimist' een iets andere bezetting aan. De Amerikaan Sam Yahel, een autoriteit op het Hammondorgel, vervangt Krijger en het trio is uitgebreid tot een kwartet door de medewerking van gitarist Hervé Samb.

Die aandacht voor andere muzikale culturen horen we direct in 'Lullaby Of Gounguin', een van de negen stukken op dit album, alle van de hand van Thys. Het ritme dat Jannuska speelt is overduidelijk Afrikaans en de soepelheid waarmee Thys met zijn basklarinet hier de melodie speelt, verraadt meer dan affiniteit met deze muziek. Dan komen Yahel en Samb erbij en wint het geheel aan diepte en expressief vermogen. Ook 'Tête Brûlée' ademt een Afrikaanse sfeer, maar minder nadrukkelijk. Dit is toch in eerste instantie een heerlijk stevig en swingend nummer, met vooral een prachtige bijdrage van Yahel.

Het Hammondorgel klinkt ook prominent in 'Samuraï'. Yahel laat hier andermaal horen waar zijn faam op berust; sfeer bouwen middels een uitstekend uitgebalanceerde klankwereld. Thys laveert hier op tenorsaxofoon soepel doorheen. Bijzonder ritmisch - met name door de bijdrage van Jannuska - klinkt ook het titelstuk, 'The Optimist'. Mooi ook om Thys hier op sopraansax te horen, wat het stuk een aangenaam licht karakter geeft. Een bluesgevoel treffen we aan in 'Masks And Feathers'. Yahel en Jannuska zorgen voor het juiste, lome, maar tevens zeer kleurrijke ritme, terwijl Thys hier indrukwekkend intense lijnen blaast.

Op 'Warthog' is Samb nadrukkelijker aanwezig dan in de eerdere stukken. We horen hem hier in een aantal flitsende solo's, waarbij hij zijn gitaar heerlijk laat knetteren. Met 'Cosmic Wassyl' brengt Thys een hommage aan de Oekraïense operazanger Wassyl Slipack, die in 2016 werd vermoord door een sluipschutter. Bijzonder ingetogen en weemoedig, met een zeer intense partij van Thys op basklarinet, prachtig verweven met het geluid van orgel en gitaar, tot een waaier van donker geschakeerde klanken. De tweede keer dat we Sambs aanwezigheid nadrukkelijk horen is in 'Bravo', een opwindende ballade. Het hierop volgende 'Bowing #1' trekt deze verstilde lijn door, met een laatste luisterrijk duet van Thys met Yahel, waarmee een zeer gevarieerd en bijzonder album wordt afgesloten.

In de Jazztube een live-uitvoering van het titelnummer van deze cd, opgenomen tijdens een concert in Centre Wallonie-Bruxelles in Parijs op 22 februari 2019.

Labels: ,

(Ben Taffijn, 25.9.19) - [print] - [naar boven]



Concert
De magie van Trinity

Under The Surface, cd-presentatie 'Trinity', vrijdag 13 september 2019, Paradox, Tilburg

Drie-eenheid Trinity, in de Bijbelse betekenis één God met drie goddelijke entiteiten: de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Drummer/percussionist Joost Lijbaart, gitarist Bram Stadhouders en vocalist Sanne Rambags getuigen tijdens dit optreden dat jarenlang gezamenlijk musiceren leidt tot een creatief en een synergetisch samenspel. De stukken op het livealbum 'Trinity' zijn opgenomen tijdens concerten op verschillende podia en festivals. Anders denken en vooral anders durven te musiceren, wars van hokjes. Lef voor het nastreven van vernieuwing en improvisatie is overduidelijk het credo.

In twee lange sets rijgt het trio de nummers van het album naadloos aan elkaar. Bij aanvang spaarzaam, ingetogen en met voldoende aandacht voor het aanbrengen van de noodzakelijke spanningsbogen. De muzikale landschappen dienen zich in vele gedaanten aan en tonen zo nu en dan kenmerken van naderend onheil. Maar opvallend genoeg laat de muzikale ambiance sporen, kleuren en geuren na van hemelse of kosmische allure. De elementen melodie en structuur ontbreken en worden gecompenseerd door empatisch en intuïtief samenspel.

In het tweede deel van het optreden wordt de muziek urgenter en het gevoel voor ritme direct invoelbaar. De elastische, instrumentale en vocale verbuigingen worden afgewisseld met gepaste provocaties en overdonderende apotheosen. De onderlinge interacties blijven ongemeend boeiend. Slechts sporadisch is er ruimte voor kortstondige, individuele vrijheden. Zelden doet de muziek te bombastisch aan.

Bram Stadhouders gebruikt zijn elektrische gitaar voor het aanbrengen van delicate, elektronische soundscapes. Joost Lijbaart creëert ruimte en brengt heimelijke verbindingen aan. Door het gebruik van een rijk arsenaal aan belletjes, gongs, shakers en strijkstokken zorgt hij voor ragfijne, percussieve nuances. Zangeres Sanne Rambags grossiert met haar stem uit een breed scala aan stemmingen, klanken, kreten, oergeluiden en zo nu en dan hanteert zij een tekstgedicht. Superzachte vocalen worden afgewisseld met stevig gearticuleerde voordrachtkunst met impact, direct geadresseerd aan de luisteraar. Er is geen ontkomen aan.

Het optreden is universeel en omarmt getuigenissen en karaktertrekken van muzikale vondsten over de hele wereld. De muziek is rijk vanwege de vrijheid in keuzes, maar de samensmelting van de drie muzikanten leidt, zeker deze avond, tot een goddelijk resultaat.

Klik hier voor foto's van dit concert door Louis Obbens.

Op donderdag 26 september speelt Under The Surface in TivoliVredenburg, Utrecht.

Labels: ,

(Louis Obbens, 22.9.19) - [print] - [naar boven]



Festival
An Interplanetary Night: The Ex-40 Festival

woensdag 11 september 2019, Bimhuis, Amsterdam

The Ex bestaat 40 jaar! En dat is natuurlijk een feest waard. En dan eentje dat vier dagen duurt, met de start in het Amsterdamse Bimhuis en verder optredens in Groningen, Rotterdam en Nijmegen. Ik was erbij in het Bimhuis en kan dus getuigen van het feest, dat duurde van half negen 's avonds tot half twee 's nachts.

Overigens was wat eerder beginnen zo gek nog niet geweest - nu kon ik er, wegens het niet meer rijden van het openbaar vervoer na half een, niet de gehele avond bij zijn. Maar goed, in de vier uur die ik er wel bij kon zijn, klonk er weer veel moois. Bijzonder daarbij is de zeer eclectische smaak van de musici om wie het allemaal draaide, want op deze avond kwam werkelijk alles voorbij. Van klassieke muziek uit Armenië en volksmuziek uit Iraaks Koerdistan, via free jazz naar een conceptuele performance en van poëzie, via noise naar explosieve pop.

Tekenend voor de band is tevens dat hun eigen rol relatief marginaal is. Sterker nog, hun eigen optreden maak ik niet eens mee, omdat ik dan al in de tram zit. Weliswaar komen we alle leden individueel tegen, maar pregnant aanwezig zijn ze zeker niet. Ook tekenend: het mag dan feest zijn, er is geen reden om de ogen te sluiten voor mindere zaken. Zo herinnert de uit Iraaks Koerdistan afkomstige, maar reeds 30 jaar in Nederland woonachtige Brader Musiki ons in een schrijnend lied nog eens aan de gifgasaanval van Sadam Hoessein in 1988 op Halabja, met Nederlands gas. Musiki vertelt zijn aandoenlijke verhaal aan de Rijn en het vormt een van de hoogtepunten van de avond. Ook dichter Tsead Bruinja betoont zich kritisch over Nederland en dan met name over onze omgang met vluchtelingen in een prachtige set met Zea, het soloproject van The Ex-gitarist Ronald de Boer. Die laatste is overigens ook te horen in schitterende Friese liedjes. Poëzie klinkt er meer en wel van Anne James Chaton, die een reeks albums opnam met dat andere lid van The Ex, Andy Moor. Daverend ritmische gitaarpartijen flankeren hier Chatons monotone, maar zeer indringende monologen. Meer luisteren? Schaf onverwijld 'Heretics' en 'Tout Ce Que Je Sais' aan, albums waar de hier gespeelde tracks op staan. Wel jammer dat Thurston Moore niet meedoet, zoals op 'Heretics'. En dat terwijl hij er wel is!

Alles weggegeven natuurlijk in die oorverdovende set met Paal Nilssen-Love. U kent beiden en weet dat dat op zo'n festival maar één ding kan betekenen. Juist: we gaan tot het einde. Wat Moore allemaal uit die gitaar weet te halen, gelukkig voorzien van een tremelo-arm, blijft indrukwekkend, om over Nilssen-Love's ritmische kunsten nog maar te zwijgen. Heftig gaat het er natuurlijk ook aan toe bij The Ex-gitarist nummer drie, Terrie Ex, die een set verzorgt in het café met stemkunstenaar Jaap Blonk en bij het treffen van de drummers Katherina Bornefeld - het vierde lid van The Ex - en George Hadow. Bijzonder is ook zeker de combinatie van de drie saxofoon spelende dames - The Ex zet ook hier een standaard: de helft van de musici vanavond is vrouw - Ada Rave, Hanne De Backer en Christine Abdelnour. Stemmig beginnend met heerlijke piep-, knor- en plopgeluiden, belanden we al snel in een subtiel en sonoor klanklandschap vol onverwachte contrasten.

Grenzen? The Ex heeft er duidelijk nog nooit van gehoord. Niet tussen stijlen, niet tussen landen. Broodnodig zo'n band en nu meer dan ooit. Nog maar eens veertig jaar dus!

Foto's: Geert Vandepoele & Cees van de Ven

Labels:

(Ben Taffijn, 18.9.19) - [print] - [naar boven]



Interview
Cees van de Ven


Met een concert van het Paul Van Gysegem Quintet gaat aanstaande donderdag het dertiende seizoen van start van JazzCase, het inmiddels gerenommeerde jazzpodium in Belgisch Limburg. Het is tevens een proeve van hét visitekaartje van het huis: een in residence-concert.

Initiatiefnemer en stuwende motor achter dit alles is Cees van de Ven, gepassioneerd jazzfan in hart en nieren en tevens fotograaf. In die laatste hoedanigheid is hij al jarenlang aan onze website verbonden.

Georges Tonla Briquet sprak met deze gedreven Peltenaar. "Bij de programmatie stel ik een heel gerichte visie voorop: geen obligate mainstream, maar vooral avontuurlijker werk met ruime aandacht voor het potentieel van de jonge generatie."

Lees hier het volledige interview.

Foto: Gemma van der Heyden

Dit interview verscheen ook op Jazz'Halo.

Labels:

(Maarten van de Ven, 17.9.19) - [print] - [naar boven]



Cd's
Chasing Penguins - 'Chasing Penguins' (Rat, 2019)

Opname: februari 2018
Too Noisy Fish - 'Furious Empathic Silence' (Igloo, 2019)
Opname: juni 2018
Chaos Of The Haunted Spire plus Jack De Digitale - 'Live At Walter #1' (Rat, 2019)
Opname: februari 2018

Zijn er eigenlijk bands waar drummer Teun Verbruggen niet in zit? Onzin natuurlijk, maar toch, het is een vraag die je bekruipt als je de lange lijst van bands ziet staan op zijn website. En dat zijn niet de minsten. Natuurlijk Flat Earth Society, een van 's werelds interessantste orkesten/bigbands; maar ook het orkest van Bruno Vansina, de trio's van Jef Neve en Igor Géhenot en de kwartetten van Alexi Tuomarila en Pascal Schumacher. Daarnaast zijn er de eigen projecten als Warped Dreamer, The B.O.A.T, Too Noisy Fish, Chasing Penguins en Chaos Of The Haunted Spire. Kijkend naar het lijstje - en we zijn niet eens op de helft - valt op dat Verbruggen niet alleen zeer productief is, maar ook zeer veelzijdig. Wie opnames van het trio van Jef Neve naast die van The B.O.A.T. legt, begrijpt wat ik bedoel. Om die veelzijdigheid recht te doen presenteren wij hier drie recente albums van de meesterslagwerker. Het debuut van Chasing Penguins, het derde album van Too Noisy Fish en een liveopname van Chaos of the Hauted Spire.

Chasing Penguins is een kwintet. Verbruggen vormt het ritmetandem met bassist Nathan Wouters. Verder treffen we aan pianist Bram De Looze, die ook de Fender Rhodes bespeelt, tenorsaxofonist Steven Delannoye en gitarist André Fernandes. Op het titelloze album begint 'Dragao' opvallend sfeervol en ingetogen. Het is hier vooral Fernandes die opvalt met zijn luisterrijke klanken. Delannoye komt erbij, al even ingetogen, en dan horen we Verbruggen een ritmisch tapijt neerleggen, sluit Wouters aan en De Looze. Het ritme doet zijn intrede op 'Elon Musk Go'. En ja, zo horen we De Looze graag: een mooie melodie, prachtig uitbouwend naar een swingende climax, overigens prima ondersteund door de ritmetandem. Met 'Uphill' zoekt het kwintet wederom de nuance. Delannoye en Fernandes komen hier weer prima tot hun recht, evenals Wouters, die voor een vruchtbare humuslaag zorgt. En dan ineens, halverwege, trapt Fernandes op het gaspedaal en laat zijn gitaar aantrekkelijk janken. In 'Inhale' komen al die werelden samen. Stevig, aan rock gerelateerd gitaarspel in het begin, naast stevig slagwerk van Verbruggen en ankerpunten van De Looze; ritmische jazz ergens in het midden, met een stuwende De Looze voorop en naar het einde toe de ingetogen klankwereld, met De Looze nu op Fender Rhodes. Het meest experimentele stuk is het titelstuk. De Looze rommelt lekker aan, Verbruggen grossiert in aangename patronen, Delannoye legt mooie accenten.

Too Noisy Fish klinkt, met pianist Peter Vandenberghe en bassist Kristof Roseeuw, al even avontuurlijk en grensverleggend. Al overheerst hier, met name door Vanderberghe, het melodieuze aspect. Een mooi hoogtepunt zit vrij aan het begin in de vorm van 'FSS (Frequently Shaken Not Stirred)'. Zeer loom slagwerk en ontregelend elektronisch geknetter, een mooi ritmisch baspatroon van Roseeuw en aangenaam heldere pianoklanken van Vandenberghe. Mooi afgewogen en zoekend pianospel horen we in 'FUQ (Frequently Unanswered Questions)', prima passend bij deze mooie titel, aangevuld met al even verkennende klanken van Roseeuw en Verbruggen. Tot ze een lome groove te pakken hebben en subtiel uitbouwen. Bijzonder is ook de klankwereld die Verbruggen en Roseeuw bouwen in 'Fluicidal' en waar Vandenberghe een klinkend lyrisch patroon overheen legt. Lyriek die we ook terugvinden in het aanstekelijke 'Aerobstology M2' en in 'FWM (Fractal Wrist Movement)', dat zich opvallend goed nestelt in je hoofd. Het album wordt afgesloten met het mooi ingetogen 'Nordic Laundry', deels geluidssculptuur, deels bijna klassieke pianomuziek.

Werkplaats Walter is een ander initiatief van Verbruggen. Op zijn site zegt hij hierover: "Werkplaats Walter wil Brussel een werkplaats bieden die beeldend kunstenaars en muzikanten bij elkaar brengt en hun artistieke input in de stad zichtbaar maakt en versterkt... Walter wil onder hun (die van de oprichters, RED.) impuls de processen en technieken van jonge en gevestigde professionele artiesten uit Brussel en ver daarbuiten verzamelen, samenbrengen en doorgeven." Eén manier is door dit eerste album, waarop we Verbruggen horen samen met saxofonist Andrew 'Chi' Claes, een duo dat luistert naar de naam Chaos Of The Haunted Spire, aangevuld met Jaak De Digitale. Het is het meest experimentele album van de drie die hier aan bod komen en laat een geheel andere kant van Verbuggen horen. Vier geluidssculpturen krijgen we hier voorgeschoteld, waarin we de invloed van ambient, veldopnames, experimentele elektronica en post-rock terugvinden en waarbij allerhande elektronica een grotere plaats inneemt dan de akoestische instrumenten. Het lange 'Django En Rani' is daarbij wellicht het meest bijzondere: een kolkende stroom machinaal klinkende elektronica, doorbroken door Verbruggens experimentele slagwerk.

Op 14 september treedt Teun Verbruggen met Chaos Of The Haunted Spirit op tijdens Dock Fest in Breda.

Foto: Cees van de Ven

Labels:

(Ben Taffijn, 12.9.19) - [print] - [naar boven]



Festival
ZomerJazzFietsTour 2019


"Tijdens de Proloog van de ZomerJazzFietsTour in het Groninger VERA was Kuhn Fu uitgebreid met saxofonist John Dikeman, waardoor het ontstane vijftal het karakter kreeg van een bigband. De contrasten tussen totale chaos en totale beheersing waren groot. Tijdens een drumsolo van George Hadow krijsten deftige zilvergrijze grootmoeders alsof ze weer prille teenagers, sorry, bakvissen waren in het Mokumse Concertgebouw, waar Gene Krupa het stof van de hanenbalken sloeg."

Op 31 augustus bezocht Eddy Determeyer in het Groningse Reitdiepdal de ZomerJazzFietsTour. Hij zag er optredens van Kuhn Fu vs Dikeman, Harald Austbo, Trio Kalfa/Warelis/Ekincioglu, Bert van Erks ZJFT Band, Jasper van 't Hof/Jamie Peet, Louis Moholo-Moholo 5 Blokes, Hi There: The Music Of Sean Bergin en Michael Vatcher/Joke Lantz.

Klik hier om zijn festivalverslag te lezen.

Bekijk hier een fotoverslag van de ZomerJazzFietsTour 2019 door Willem Schwertmann.

Labels: ,

(Maarten van de Ven, 9.9.19) - [print] - [naar boven]



Cd's
Escalator - 'No-Exit Corner' (Not Two, 2018)

Opname: 12 december 2016
Paal Nilssen-Love & Ken Vandermark - 'Screen Off' (PNL, 2019)
Opname: 2008-2018
Ken Vandermark & Terrie Ex - 'Scaffolding' (Terp, 2019)
Opname: 2-3 december 2017

De uit Chicago afkomstige Ken Vandermark, zowel actief op saxofoon als op klarinet, is een graag geziene gast op Europese podia en festivals, waaronder die in Nederland en België. Zo speelt hij regelmatig op concerten georganiseerd door Sound in Motion en het Bimhuis, speelt hij graag samen met The Ex - waarover later meer - en vroeg hij nog niet zo heel lang geleden Jasper Stadhouders als bassist voor zijn formatie Made To Break. De drie albums die hier aan bod komen, zijn dan ook allemaal met Europese musici opgenomen, het beste bewijs van Vandermarks kosmopolitisme.

Zo stond hij in december 2016 in de Alchemia Club in het Poolse Krakow, met Escalator, een trio dat Vandermark vormt met bassist Mark Tokar en drummer Klaus Kugel. Vandermark gaat, zoals we dat eigenlijk wel van hem gewend zijn, in 'Left Sided Driver' direct van start met een meesterlijke solo op tenorsax, de noten buitelen over elkaar heen, terwijl Tokar en Kugel al even voortvarend ondersteuning bieden. Soms woest en rauw, vaak zeer ritmisch en meeslepend, maar continu in dat adembenemend hoge tempo. Ook als Vandermark even zwijgt en de ritmesectie alleen verdergaat en zelfs in die solo van Tokar. De belofte die de titel van dit tweede album doet, 'No-Exit Corner', wordt hier direct ingelost. Bijzondere bassolo's zijn er meer, maar die aan het begin van 'Everyday Fabric' mag er beslist zijn, zie het als een ietwat ludieke monoloog. Het is de opmaat tot een nieuw en bruisend hoogtepunt. 'Objective 49' en 'Message To The Past' zijn het meest experimenteel. In 'Objective 49', schieten de klanken alle kanten op is het wederom vooral de solo van Tokar die opvalt, terwijl we in 'Message To The Past' uitgebreid kunnen genieten van de kunsten van Kugel als percussionist, driftig in de weer met een strijkstok en zijn bekkens. Verder Vandermark hier op klarinet, op luisterrijke wijze de hoogste regionen afspeurend. Dan schakelt hij over op tenorsax en daveren we naar de uitgang.

In de 17 jaar dat Vandermark reeds met drummer Paal Nilssen-Love optreedt, onder anderen samen met The Ex-leden Andy Moor en Terrie Hessels in Lean Left, hebben zij al heel wat keren samen op het podium gestaan. En zoals dat gaat bij een concert maken fans met hun mobiele telefoon opnames die dan vervolgens op YouTube terechtkomen, meestal fragmenten van niet al te beste kwaliteit. Samen met producer Lasse Marhaug besloten de beide musici om met dit gegeven aan de slag te gaan. Ze kozen 21 fragmenten die door Marhaug als muziekclips in de meest logische volgorde aan elkaar werden geplakt tot een nieuwe, ruim 42 minuten durende compositie. Dat deze wijze van werken tot gevolg heeft dat de geluidskwaliteit niet altijd maximaal is, moge duidelijk zijn. Sterker nog, het is vaak eigenlijk niet om aan te horen wat hier gebeurt, geluidstechnisch dan, muzikaal is er niets mis. Tegelijkertijd verleent dit amateurisme, inclusief rauwe, ongepolijste overgangen en majeure verstoringen iets bijzonders aan dit album. Noem dit totaal niet coherente album gewoon maar een getuigenis van de mogelijkheden van de mobiele telefoon, een hommage aan de fan die het gehele nummer met zijn apparaat omhoog zit - overigens vaak behoorlijk irritant en, voorruit, een terugblik op tien jaar samenspelen. Maar een aanwinst binnen het oeuvre van deze twee kunnen we dit niet echt noemen. Alleen geschikt dus voor de trouwe fans van Vandermark en Nilssen-Love, die iedere noot in huis willen hebben.

In mei en juni van dit jaar deden Vandermark en Terrie Hessels (beter bekend als Terrie Ex) nog een aantal optredens, onder andere in De Ruimte en bij Sound in Motion, maar de opnamen op 'Scaffolding' stammen uit december 2017. De twee kennen elkaar niet alleen van Lean Left, maar ook van de talloze keren dat Vandermark de afgelopen jaren met The Ex samenspeelde. Maar hier dus als duo en wel op de meest hectische cd van de drie die hier aan bod komen. Direct in 'Fixed Length Pelican' botsen de twee in een krachtige explosie van klanken, om aansluitend in 'New Paper' nog een stap verder te gaan en onze zenuwen danig op de proef te stellen, terwijl Vandermarks melodie in 'Paid By The Kilometer' door Hessels vakkundig wordt ondermijnd. Boeiend samenspel ook in 'All The Numbers Across A Danish Car'. Lange lijnen blaast Vandermark op zijn klarinet, terwijl Hessels zijn gitaar als percussie gebruikt. Elkaar aftasten doen ze tevens in 'Second Hand Diary' - de twee zijn goed in het verzinnen van ludieke titels zoals u reeds merkte. Vandermark hier weer eens op tenorsax en Hessels zijn gitaar voor de verandering eens redelijk normaal hanterend. En zowaar subtiel: 'Instant Extant'. Een enkele aanslag op gitaar, spaarzame hoge noten op klarinet, stiltes. Boeiend tenslotte, 'Another Good Idea' en 'This Is Not Han’s Pipe', heerlijk sputterend spel hier van de twee, een creatief feest vol onverwachte geluiden.

Helaas is Ken Vandermark er niet bij als op 11 september The Ex zijn 40-jarig bestaan viert in het Bimhuis, Amsterdam. Verdere concerten volgen op 12 september in Vera, Groningen; 13 september in Worm, Rotterdam en 14 september in Doornroosje, Nijmegen. Terrie Ex is er vanzelfsprekend wel bij en ook Paal Nilssen-Love zal zijn opwachting maken.

Labels:

(Ben Taffijn, 8.9.19) - [print] - [naar boven]



Festival
Summer Bummer 2019 Dag 2


"Een belangrijk treffen op deze tweede dag - we keken er allemaal reikhalzend naar uit - was dat tussen pianist Fred Van Hove en saxofonist Peter Brötzmann. Ooit, maar dat is inmiddels een halve eeuw geleden, werkten ze samen in Brötzamnns octet, met als absoluut hoogtepunt 'Machine Gun', en nu spelen ze als duo, voor één keer."

Op zaterdag 24 augustus zag Ben Taffijn op Summer Bummer in DE Studio, Antwerpen concerten van Emmeluth's Amoeba, Cath Roberts/Tullis Rennie/Dirk Serries, Angel Bat Dawid/Jeb Bishop/Frank Rosaly, Peter Brötzmann/Fred Van Hove en M.A.N. oftewel Thurston Moore, Farida Amadou en Steve Noble.

Klik hier om zijn festivalverslag te lezen.

Klik hier voor een fotoverslag van deze tweede dag van Summer Bummer door Cees van de Ven.

Labels: ,

(Maarten van de Ven, 6.9.19) - [print] - [naar boven]



Cd
Mary Halvorson - 'The Maid With The Flaxen Hair - A Tribute To Johnny Smith' (Tzadik, 2018)

Opname: 15 augustus 2018

Mary Halvorson (°1980) houdt ervan om samen te spelen met andere gitaristen. Joe Morris, Noël Akchoté, Ben Monder, Liberty Ellman, Brandon Seabrook, Miles Okazaki... het is een groeiende lijst. Halvorson houdt ervan om verbindingen te maken.

Bill Frisell (°1951) behoort al langer tot het rijtje van Grote Gitaristen. Hij heeft iets met folk en americana, maar vooral staat hij voor een diep gewortelde, persoonlijke blend. In een recent interview in The Irish Times zegt hij: "For me, jazz is not so much a style as a way of thinking, a process of transforming what’s around you. What bothers me is when the word is used to describe some music that excludes something else(...) I'm just trying not to shut anything out."

Zowel Halvorson als Frisell brengen graag schoonheid met een bijzondere draai aan. In hun gitaarspel paren zij vaak een versierend effect aan mooie gitaarklanken. Dat doen zij samen prachtig in een eerbetoon aan Johnny Smith. Op deze cd spelen zij negen ballads uit het repertoire van deze cooljazz-gitarist, plus zijn compositie 'Walk Don’t Run' - die het bekendst is in de uitvoering van The Ventures, een sixties-hit. Met de heldere luchtigheid van dit antwoord op 'Softly, As In A Morning Sunrise' voegen Halvorson en Frisell iets verlossends toe na hun reeks pakkende uitvoeringen van gevoelige stukken.

Hoewel niet de grootste gitarist aller tijden, was Johnny Smith met zijn zachte klank en technische ontwikkeling een invloedrijk muzikant bij wie het adjectief 'fijnbesnaard' op zijn plaats was. Op eigen wijze en met veel aandacht voor precisie doen Halvorson en Frisell zijn nalatenschap alle eer aan. Om te beginnen met 'Moonlight In Vermont' waar Smith in 1952 mee scoorde - met Stan Getz op sax. Zij recreëren hier fijntjes met vervormende effecten de dromerige sfeer van de romantische standard. Hun aanpak wordt alleen maar indrukwekkender in de ruim acht minuten lange uitwerking van 'The Maid With The Flaxen Hair' van Claude Debussy. Pure, klassieke schoonheid krijgt eigentijdse ornamenten mee.

Of het oorspronkelijke lied ging over een kinderwens, de smachtende gedachten van iemand die alleen wakker wordt, verwondering over verliefdheid... het maakt in de odes op dit album zeker wat uit. Tederheid, gemis en verlangen worden woordeloos bezongen in muzikale bespiegelingen en liefdevol gemijmer dat soms van tristesse doordrongen is en elders van hoop. Soberheid, magistrale finesse en liederlijke verschuivingen komen heerlijk samen. Daarbij kan de luisteraar zich verheugen in uiteenlopende technieken en kleine details - om er maar een te noemen, het rammelen van de snaren op de klassieker 'Misty' van Erroll Garner. Wie into de troostende en inspirerende mogelijkheden van muziek is, zou hier wel eens een ontdekking kunnen doen.

Klik hier om dit album te beluisteren.

Deze recensie verschijnt ook op Jazz'Halo | Foto: Cees van de Ven

Labels:

(Danny De Bock, 4.9.19) - [print] - [naar boven]



Festival
Summer Bummer 2019 Dag 1


"Angel Bat Dawids kracht zit in de volstrekt authentieke wijze waarop ze haar show neerzet. Ze speelt klarinet en piano, buitengewoon scherp en helder, en ze zingt. Of beter gezegd: ze zet haar stem in. Door te zingen, maar ook door midden in een tekst te lachen, te huilen en te schreeuwen. En dat alles klinkt, vanwege de enorme intensiteit waarmee ze het doet, volstrekt logisch en op zijn plek."

Ben Taffijn trok naar Antwerpen om op vrijdag 23 augustus tijdens de eerste dag van Summer Bummer concerten te zien van Bone-Crusher, Hanne De Backer & Paal Nilssen-Love, Audrey Lauro/Pak Yan Lau/Ada Rave/Jasper Stadhouders/Adam Cadell, Anna Högberg Attack, Angel Bat Dawid en B.A.N. oftewel Peter Brötzmann, Farida Amadou en Steve Noble.

Klik hier om zijn festivalverslag te lezen.

Concertfoto: Jef Vandebroek

Labels: ,

(Maarten van de Ven, 2.9.19) - [print] - [naar boven]


Lees verder in het archief...








Menupagina's:




Cd van het moment:
Sylvie Courvoisier - 'Chimaera'

Klik op de hoes om een track te beluisteren en voor meer informatie





Nieuws, tips, suggesties, adverteren, meewerken?
Mail de redactie.