Cd
Mats Gustafsson/John Russell/Raymond Strid – 'Birds' (dEN, 2012)
Opname: 6 augustus 2011
Wie spierballen verwacht, komt bedrogen uit. Na 'Needs!' en 'Bengt' is dit al minstens de derde opname waarop Mats Gustafsson het voorheen ondenkbare doet door een heel album lang verstild te spelen. Ditmaal wordt hij echter begeleid door twee andere muzikanten met een uitstekend gevoel voor detail: gitarist John Russell en drummer Raymond Strid.
Dit album bevindt zich in een wereld die gaat over klankkleur en nuance, waarin een saxofoon meer klinkt als een druppelende kraan dan als een blaasinstrument en waarin de spanningsboog volledig afhankelijk is van sonoriteiten. Melodie, harmonie en ritme lijken voorgoed afgeschreven en vervangen door gekwetter en gekwaak.
Daarmee is deze opname zeker niet voor iedereen weggelegd, maar daardoor niet minder belangrijk. Voor wie muziek een onderzoek is naar de mogelijkheden van geluid, is 'Birds' juist zeer aan te bevelen. Bovendien is deze opname geen geïsoleerd geval, maar bevindt ze zich in een continuüm van soortgelijke platen, dat zich uitstrekt van de collectieve Britse impro, gekend om haar stilte, tot de percussieve experimenten van Stockhausen.
Daar komt bij dat het nog steeds overduidelijk een uitvoering is van mensen die weten wat ze doen. Het is immers onmogelijk voor deze muzikanten om de hoeveelheid techniek die ze bezitten volledig te negeren. Wat overblijft zijn flarden, restanten en ruïnes.
Meer horen?
Klik hier om van dit album 'The Birds. They Fly As They Want, Don't They?' te beluisteren. Labels: cd
(Sybren Renema, 4.10.13) - [print]
- [naar boven]
Nieuws
Muzikale dates in CLUB 100
Op woensdag 25 september ging een spannende nieuwe concertserie van start onder de naam CLUB 100. Elke laatste woensdag van de maand stelt gitariste/componiste Corrie van Binsbergen muzikale dates samen op het podium van Zaal 100, Amsterdam. Het wordt een ontmoetingspunt voor jong talent met gevestigde namen uit de wereld van de impro, rock, jazz, pop, world en hedendaags.
Van Binsbergen formeerde een muzikale denktank met vijf jonge musici. Deze club van vijf speelt in verschillende samenstellingen met Corrie én speciale gastmusici Bobby Petrov (drummer van Tin Men And The Telephone), Niels Broos (toetsenist van The Kyteman Orchestra) en Marcel Veenendaal (zanger van DI-RECT). De hoogtepunten van deze serie leiden naar het jaarlijkse BrokkenFestival op zondag 29 december in het Bimhuis.
Door een muzikale denktank met een melting pot aan stijlen samen te stellen, kiest Van Binsbergen voor nieuwe input. Het doel is het mixen van jong talent met gevestigde namen uit alle diverse muziekhoeken: een spannend ontmoetingspunt voor zowel publiek als musici. De denktank bestaat uit: multi-instrumentalist/componist Marnix Dorrestein, jazzhoornist Morris Kliphuis, bassist Lucas Dolls, harpiste Miriam Overlach en bassiste/toetseniste Jasja Offermans.
Klik hier voor meer informatie over CLUB 100.
Labels: nieuws
(Maarten van de Ven, 4.10.13) - [print]
- [naar boven]
Concert
Kan de lat nog hoger?
Eric Vloeimans' Gatecrash, North Sea Jazz Club, zaterdag 8 juni 2013, Amsterdam
In de North Sea Jazz Club, op het terrein van de voormalige Westergasfabriek in Amsterdam, klinkt Miles Davis. Vanavond komt hij, als achtergrondmuziek, bijna niet uit boven het geroezemoes en het gekletter van bestek. Het gaat nu nog vooral om eten en praten. Hoe zal Eric Vloeimans' Gatecrash het er vanavond afbrengen? De optredens en de eerste cd zijn met oorverdovend enthousiasme ontvangen. De reacties op de tweede en derde cd waren gemengd. Gaat de lat vanavond verder omhoog?
De heren van Gatecrash komen het podium op. Gulli Gudmundsson speelt twee krachtige melodietonen op zijn basgitaar en het is stil. Doodstil. Wat zal er volgen? Zachte drums van Jasper van Hulten en na een paar minuten de fluistertrompet van Vloeimans, zo teer en zacht als alleen hij dat kan. Toetsenist Jeroen van Vliet is nu nog dienstbaar met wat ondersteunende grooves. Het zwoele klankbriesje laat hier en daar het stof van grote, open vlaktes opwaaien. De klanken en improvisaties worden steviger en feller, met af en toe een lange noot als ijkpunt. Met de nieuwe compositie 'San Francisco' en 'Albuquerque', een nummer van Van Vliet, komt het hele klankenspectrum van de band voorbij.
Toen Vloeimans zich enkele jaren geleden, onder meer door muziekvriend Van Vliet, liet overhalen om met elektronische effecten te gaan experimenteren, waren de Becker Brothers en Weather Report zijn grote voorbeelden, net als Miles Davis in zijn latere periode. Aan die laatste is 'Prince Of Darkness' opgedragen. Vloeimans blaast een krachtige melodielijn, duister als de nacht. Het is alsof de knorrige prins zelf door de club dwaalt. Van Vliet gaat levendiger en opzwepend grooven. De nacht krijgt licht. Vloeimans volgt en laat de klanken over elkaar heen buitelen. De geluidseffecten worden extremer. De oude prins lijkt nu zelfs te glimlachen.
Gatecrash is een eenheid. En toch, Vloeimans is het middelpunt, of hij wil of niet. De muziek die in hem huist, kan niet anders dan er aan alle kanten uitspatten. Als hij luistert, doet hij dat zo intens dat het een feest is om te zien hoe hij staat te genieten, zacht wiegend, met de trompet als kostbaar kleinood tussen zijn handen gevouwen. Het applaus van het publiek na een improvisatie dirigeert hij direct naar de solist. Ook dat is samenspelen.
Van het viertal speelt drummer Van Hulten het meest dienend aan het geheel. Vloeimans maakt een grapje over de benjamin van de band, die aan vakmanschap en creativiteit niet onderdoet voor de rest. Dat is goed te horen in zijn compositie 'The Thunderbirds', met fraaie, uitgesponnen klanken en creatieve ritmes. 'Antropie', een compositie van Gudmundsson, vertelt een ander verhaal: dat van jonge kinderen die met autootjes over het parket scheuren en deze tegen de plint laten knallen. Zo gaat het er thuis bij de G'tjes aan toe. Vanavond racen de autootjes ook nog tegen de muur omhoog.
Na alle drukte is het goed slapen. Als je dan 's morgens naast je geliefde wakker wordt... ach, de trompet van Vloeimans loopt in 'When She Sleeps' zo mooi over van teder gefluister, dat woorden beter kunnen zwijgen. Na de zwoele, warme ochtendklanken wordt het geluid dieper. Van Hulten gaat steviger drummen en Van Vliet gaat feller grooven. De muziek reist door naar uitbundig. Het is te hopen dat je lief inmiddels wakker is geworden. Als je zo in haar oor tettert, zou het met de liefde snel gedaan kunnen zijn.
En dan is er 'Lola', een vrolijke viervoeter die Vloeimans heeft geholpen bij het componeren. De trompettist blaast hoge tonen en improviseert op één noot. De heren spelen met zoveel gemak, dat je bijna zou vergeten wat een uitstekend vakmanschap er in ieder van hen huist. 'Lola' is het meest uptempo nummer van hele de avond. Het is alsof het publiek hierop heeft gewacht. Bijna gaat het dak van de voormalige gasfabriek de lucht in.
Gatecrash speelt vanavond bijna allemaal nieuwe nummers. Of het nu gaat om het fluisterzachte spel, de klankexplosies of de felle melodische grooves: de klanken hebben zich verdiept, de elektronische effecten zijn gevarieerder en meer vanzelfsprekend ingebed in het geheel. Als deze muziek op cd komt, zullen de recensies weer lovend zijn. De lat ligt dus weer een stukje hoger. Ja, dat kan.
Labels: concert
(Heleen van Tilburg, 4.10.13) - [print]
- [naar boven]
Cd
Elliott Sharp/Melvin Gibbs/Lucas Niggli – 'Crossing The Waters' (Intakt, 2013)
Opname: maart 2012
Het gerenommeerde Zwitserse Intakt-label kreeg in maart van 2012 twee weken carte blanche in The Stone, de New Yorkse club die al jaren geleid wordt door avant-gardegoeroe John Zorn en intussen is uitgegroeid tot een van de cruciale trekpleisters voor liefhebbers van het vrije werk. Een van die avonden betekende het debuut voor dit trio van gitarist/componist Elliott Sharp, bassist Melvin Gibbs en percussionist Lucas Niggli. De dag erna trok het drietal ook de studio in, en de resultaten daarvan zijn te beluisteren op 'Crossing The Waters'.
Het zal niemand verbazen dat je dit moeilijk kan verkopen als een hapklaar improvisatieplaatje. Sharp is al meer dan drie decennia geworteld in de grootstedelijke scene, die aan de lopende band no wave, dissonante rock en atonale improvisatie uitbracht, en verenigt al die impulsen in een direct herkenbare stijl, die schijnbare chaos koppelt aan met wiskundige precisie uitgevoerde patronen en zorgvuldig gemanipuleerde stemmingen. Gibbs speelde nog bij de jazzfunkers van Defunkt, maar ook met John Zorn (op de klassieker 'The Big Gundown' zelfs!), wijlen Sonny Sharrock en zelfs een aantal jaren bij de Rollins Band. Niggli heeft vanzelfsprekend sterkere banden met de Europese traditie, maar je kunt hem bezwaarlijk een doorsnee percussionist noemen. Zijn werk met Steamboat Switzerland of samenwerkingen met Barry Guy behoren tot het betere avontuurlijke werk dat verscheen in de regio. Dat de man intussen al zijn opwachting maakte op een twintigtal (!) releases van het label, zegt voldoende.
'Crossing The Waters' klinkt zo'n beetje als de optelsom van al die achtergronden, maar verbluft hier en daar toch door zijn verschroeiende intensiteit. Vanaf opener 'Kunimasa Now' wordt meteen een trance opgezocht, die het midden houdt tussen atonale grootstadsrock en een tribaal ritueel. Er wordt bij de vleet gerotzooid met effecten, gitaar en bas lijken elkaar voortdurend te willen wurgen en hier en daar neigt Sharp sterker naar de schreeuwerige stijl en sound van Paul Leary (Butthole Surfers) dan Scofield of Metheny. De muziek is donderend én agressief tegelijk, op het scherp van de snee. De cocktailmuziek van de Village Vanguard of de Blue Note Jazz Club is veraf.
Daarna variëren de stukken tussen grillige klaterpartijen en met hoekige ritmes volgestouwde noisy free rock. 'Flow Fever' verenigt de twee: het ene moment ongedurig en schijnbaar zonder focus, maar even later uitpakkend met withete gitaarchaos, die in 'Waving High' het terrein tussen Sharrock, Frith en Eddie Van Halen opzoekt. De zotste effecten vliegen je intussen om de oren, terwijl Niggli op de achtergrond al even divers en gedreven in de weer is. Je zou het album eens moeten beluisteren en je enkel op hem richten. Wat een klepper.
Het beste wordt bewaard tot het laatst, met het tweeluik 'Kayak'/'Forellen'. Het eerste deel is aanvankelijk haast een drone van metalig gerammel en dreigende snarengolven in een sinistere schaduwenwereld. Gaandeweg wordt er meer kleur en variatie toegelaten, maar die onderliggende puls blijft kloppen als een blootgelegde zenuw. Afsluiter 'Forellen' mist die overdonderende power, maar is dan weer een festijn van onbenoembare klanken die op je afgevuurd worden. Een stukje pikzwart, ritualistisch theater, dat ontregelde melodie en bombastisch gehuil, geratel en gerinkel combineert. We hadden het de voorbije jaren eigenlijk zowat gehad met Sharp, maar in het gezelschap van deze twee maakt hij behoorlijk wat indruk. Een straffe plaat, en bij voorkeur op oorverdovend volume, zodat je hem voelt razen.Labels: cd
(Guy Peters, 2.10.13) - [print]
- [naar boven]
Lees verder in het archief...