Draai om je oren
Jazz en meer - Weblog





 


Festival
Gent Jazz 2023 Part 5

Herbie Hancock, BJO Invites Aka Moon & Immanuel Wilkins Quartet, zaterdag 15 juli 2023, Bijlokesite, Gent

We pikten een kort stuk mee van het Immanuel Wilkins Quartet, dat op de Garden Stage helaas af te rekenen kreeg met een tegenvallende sound. De band rond de bejubelde altsaxofonist die vinnige slierten de weide in slingerde, speelt hedendaagse jazz met wortels in free en gospel, en dat met een drukke energie die soms wat vormeloos aanvoelde, alsof het verhaal niet helemaal uit de verf kwam. Jammer, want het was snel duidelijk dat er een hoop talent bij elkaar stond.

Bij BJO Invites Aka Moon klopte daarentegen alles. De combinatie van het Brussels Jazz Orchestra én het doorgaans al redelijk drukke Aka Moon suggereert bijna een overdadige, corpulente weelde, maar het was eigenlijk genieten - op voorwaarde dat je je gordel om deed. Veel ademruimte zat er immers niet in het concert, dat verpulverend van start ging met de suite 'The Why And The How', die meteen liet horen tot wat die optelsom kan leiden. Je kan spelen met secties en bijvoorbeeld de tandem Galland/Hatzigeorgiou uitspelen tegen de blazers van het BJO, of Cassol met de Portugese gast, accordeonist João Barradas, die zijn MIDI-accordeon liet klinken als een Fender Rhodes. Of je kan ze natuurlijk allemaal bij elkaar zetten.

Het was een feest van ingenieuze arrangementen en voluptueuze gelaagdheid. En indrukwekkende solo's, zoals die eerste van Frank Vaganée, die er haast bij stond als een waakhond die maar blééf rukken aan die leiband op sopraansax, zo fel was zijn fysieke intensiteit. Er werd lekker gepompt, gejakkerd en breed uitgesmeerd, ook in het aan Pierre Van Dormael opgedragen 'Peace' of het veelzeggend getitelde 'Scofield', dat gearrangeerd werd door Harrison Steingueldoir. Dit was turbojazz op het scherp van de snede, met een combinatie van strakheid en flexibiliteit, en een weelde aan kleuren en klanken. 'Aka Truth' beloofde "iets rustiger" te zijn, maar dat was eigenlijk een leugen, want er werd al bewogen naar een kolossale finale én een energiestoot die zou aanhouden tot 'Galileo Galilei'. Enige bedenking dus: iets minder voluit gaan had geen kwaad gekund, wat reliëf is altijd mooi. Anderzijds: wat ga je toch zitten emmeren als je zo'n genereuze bak orkestrale jazz over je heen krijgt? Strak, bevlogen en gevarieerd, zonder goedkope krachtpatserij of effecten. Op-en-top Belgisch ook, maar van internationaal niveau en meteen de onbetwiste piek van de slotdag.

Niet veel later kwam Herbie Hancock (83) het podium op gejogd met een overwinnigsgebaar. "We're gonna play weird music, is that ok?", vroeg de man, die er oprecht zin in leek te hebben. En het kwintet was vertrokken voor een concert dat met haken en ogen aan elkaar hing, een paar keer z'n flow volledig verspeelde (vooral door ellenlange bindteksten) en uiteindelijk afgleed in een bedenkelijke effectenshow. Als het goed zat, dan was het sterk: in de 'Overture', een vergaarbak van gecondenseerde publieksfavorieten waar Hancock zijn concerten al een eeuwigheid mee aanvangt, was het een schizofreen potje genrehoppen, met fijne oldskool jazz die bruusk overging in pompende funk, spacey spelletjes op de synthesizer, kale grooves en gerotzooi met loops van gitarist Lionel Loueke, die demonstreerde hoe je in geen tijd en met talloze effecten eighties-reliek 'Rockit' in elkaar kan steken.

Allemaal behoorlijk maf, maar dat zou eigenlijk niet mogen verbazen. Keer nog eens terug naar een album als 'Sextant' (1972), uit een tijd dat geen idee te gek was, en je hoort die grilligheid, die onvoorspelbaarheid en die drang om buiten de lijnen te kleuren in al zijn jonge glorie. 'Footprints', de bekendste compositie van Hancocks beste vriend, wijlen Wayne Shorter, liet een meer coherent geluid horen, maar werd simpelweg verkloot door de synthetische trompetsound van Terence Blanchard. Dat een muzikant van dat formaat heil blijft zoeken bij zo'n wanstaltig geluid is onbegrijpelijk. Vanaf dan werd wel het feestje ingezet: Herbie's synth klonk in jazzfunkklassieker 'Actual Proof' nog even gesjeesd als cool, maar de solo's van James Genus en jeugdige drummer Jaylen Petinaud waren meer effect dan inhoud.

En dan moet je erkennen, ook al voelt het wat respectloos aan, dat wat ooit nieuw was, niet noodzakelijk nog werkt. De vocoder in 'Running To Me' was een fout idee, dat je eraan herinnerde dat (ooit) nieuwe technologie gebruiken niet altijd leidt tot innovatie of een meerwaarde. Cheesy en vermoeiend, daarentegen. In het afsluitende 'Chameleon' was de onvermijdelijke keytar van de partij, een instrument dat maar op één plaats thuishoort: het Muziekinstrumentenmuseum in Brussel. Toegegeven: het enthousiasme van Hancock was aanstekelijk, je wilde graag meegaan in zijn dolle fantasieën, maar we geraakten niet verlost van die pijnlijke grimas... Net zoals bij de vrijheid van meningsuiting zijn er grenzen.

Dus ja: laat Herbie Hancock, helemaal terecht een icoon van de jazz, gerust nog eens terugkomen, maar dan akoestisch, zodat de geniale flitsen die er gisteren veel te weinig waren tot hun recht kunnen komen. Maar dat gaat hij natuurlijk niet doen, zijn concerten volgen intussen al jaren hetzelfde stramien. En kijk, zo klinken wij ineens als reactionaire ouwe rukkers. Niettemin: fijn slotweekend, het deed deugd!

Foto's: Cees van de Ven. Klik hier voor zijn fotoverslag van deze festivaldag van Gent Jazz.

Dit verslag verscheen ook op Enola.be

Labels: , , , , ,

(Guy Peters, 4.8.23) - - [naar boven]


Lees verder in het archief...








Menupagina's:




Cd van het moment:
Robin Verheyen Trio - 'Zabonpr​é​s Sessions'

Klik op de hoes om dit album te beluisteren en voor meer informatie





Nieuws, tips, suggesties, adverteren, meewerken?
Mail de redactie.