Pagina's

vrijdag, december 28, 2018

Cd's
Dirk Serries - 'Epithaph' (Consouling Sounds, 2018)

Havens / Järmyr / Serries - 'Distant Curving Horizon. The Primal Broken Passage. Beneath The Scorching Sun' (Midira, 2018)
Opname: 16 mei 2015
Dirk Serries & Colin Webster - 'Gargoyles' (Raw Tonk, 2018)
Opname:11 juni 2017
Benedict Taylor & Dirk Serries - 'Puncture Cycle' (New Wave Of Jazz, 2018)
Opname:2 juni 2018

Dirk Serries blijft verrassen en zichzelf vernieuwen. Ook in het afgelopen jaar kwam er weer een stroom albums voorbij en meer dan ooit bewandelt Serries daarin verschillende wegen. Soms kijkt hij even terug, maar meestal vooruit met nieuwe samenwerkingsverbanden, nieuwe projecten en nieuwe muzikale uitingen. De enige constanten zijn de hoge mate van toewijding en het muzikale gevoel.

Het eerste album dat hier aan bod komt, 'Epitaph', is een terugblik naar de tijd dat Serries onder zijn alias Vidna Obmana furore maakte binnen de ambient. Waar hij alweer zo'n dertig jaar geleden mee begon. Zelf noemt hij dit album zijn zwanenzang. Terecht, want Serries' muziek is al lang niet meer te vatten onder de noemer ambient. Een en ander laat onverlet dat 'Epitaph' een mooi album is geworden. Twee schijven vol zeer sfeervolle muziek met een duistere, introspectieve kant. Wolken grijze klanknevel, ietwat druilerig. Het is perfecte muziek voor deze tijd van het jaar.

Drie andere albums bevatten samenwerkingen, iets wat we bij Serries steeds vaker tegenkomen. De muzikale stijl van de albums is sterk gekoppeld aan zijn muzikale partners, maar de handtekening van Serries blijft herkenbaar. Op 'Distant Curving Horizon. The Primal Broken Passage. Beneath The Scorching Sun' horen we allereerst Tomas Järmyr. Deze Scandinavische drummer zijn we al eerder tegengekomen; Serries werkt met hem samen in zijn projecten Yodok III en The Void Of Expansion. Op dit album krijgt het duo versterking van een tweede gitarist, Eirik Havnes, waar Serries niet eerder een album mee opnam, maar die wel samenwerkte met Järmyr. Er zitten ambient-elementen in dit album dat bestaat uit slechts één lang stuk, maar het geheel is steviger en naast de invloed van ambient horen we hier ook elementen uit krautrock, postrock, free jazz en noise voorbij komen. Dat alles in een coherente, mix. Mooi is het spel van de twee gitaristen, volledig in elkaar verstrengeld tot één stroom van geluid, terwijl Järmyr met zijn slagwerk een extra spannend element inbrengt.

Het meest jazz is 'Gargoyles', dat Serries opnam met saxofonist Colin Webster, inmiddels ook een vaste waarde in het Serries-universum. Zeventien korte stukken kent het album, waarin de twee musici ons trakteren op even zoveel creatieve klankerupties, waarin de instrumenten zelden op de conservatieve wijze worden bespeeld. Regelmatig, bijvoorbeeld in 'Grotesque' en 'Throne' knettert het daarbij behoorlijk, laat Serries zijn gitaar vervaarlijk janken en zoekt Webster op zijn bariton het duistere laag.

Net zo experimenteel en vrij klinkt 'Puncture Cycle', dat Serries opnam met altviolist Benedict Taylor en dat net is verschenen op Serries' eigen label New Wave Of Jazz. Twee snaarinstrumenten die op allerlei verschillende manieren worden bespeeld: er wordt getokkeld, over de snaren gestreken en aan de snaren getrokken, en ook de klankkasten maken hier een onlosmakelijk onderdeel uit van het muzikale proces. Een overvloed dus aan schurende, krakende, knetterende klanken, bijeengehouden door een enkel akkoord. Spannend en enerverend tot de laatste minuut.

Wie de twee laatste cd's van deze bespreking, 'Gargoyles' en 'Puncture Cycle', vergelijkt met Serries' vroege werk onder zijn alias Vidna Obmana hoort een wereld van verschil. Je kunt bijna niet geloven dat dit van een en dezelfde musicus is. Het tekent Serries' veelzijdigheid.