Draai om je oren Jazz en meer - Weblog |
|
||
|
Boek '111 Jazz-Alben Die Man Gehört Haben Muss' Auteur: Roland Spiegel & Rainer Wittkamp / Uitgeverij: Emons, 2019 Als recensent van deze blog word je geconfronteerd met een niet te bij te houden stroom aan nieuwe jazzalbums. U hoort mij niet klagen, maar het heeft wel één groot nadeel: als je niet oplet, kom je niet meer aan ouder werk toe. Daarom begonnen wij hier een aantal jaren geleden de serie Jazz Class-X, waarin bepalende albums als 'Out To Lunch' van Eric Dolphy en 'Birth Of The Cool' van Miles Davis voorbijkwamen. Tot mijn spijt, ik leverde daar de grootste bijdrage aan, is dit plan helaas aardig verzand. Deze zomer kwam ik echter een alleraardigst boekje tegen wat het gedoofde vlammetje weer wat zuurstof geeft: '111 Jazz-Alben Die Mann Gehört Haben Muss' van Roland Spiegel en Rainer Wittkamp, verschenen bij Emons, die een hele serie van die '111'-boekjes heeft, telkens rond een ander thema. Spiegel en Wittkamp, beiden grote jazzliefhebbers, hebben de onmogelijke taak opgepakt om middels 111 albums honderd jaar jazzgeschiedenis samen te vatten en trapten daarbij gelukkig niet in de valkuil om een rangorde aan te brengen. Want een album aanwijzen dat moet gelden als beste jazzalbum aller tijden is natuurlijk absurd. De chronologische aanpak die zij kozen, is dan ook een veel beter uitgangspunt. Dus beginnen we met King Oliver, de eerste echte jazzster en de man bij wie Louis Armstrong zijn carrière begon. Nu rijst hier natuurlijk direct een moeilijkheid: het jazzalbum zoals wij dat kennen, komt natuurlijk pas bij de lp. Voor de eerste vijf musici, Oliver, Armstrong, Bessie Smith, Jerry Roll Morton en Django Reinhardt kozen deze schrijvers dan ook voor verzamel-cd's, waarbij het u natuurlijk vrij staat om een andere compilatie aan te schaffen. Natuurlijk komen in dit boekje, met links een pagina tekst en rechts de foto van de hoes, alle hoogtepunten voorbij. Het zijn die albums waar niemand omheen kan. Van dat fameuze concert in 'Carnegie Hall' dat Benny Goodman met zijn band gaf in 1938, memorabel omdat hij voor het eerst in zijn bigband zowel zwarte als blanke musici opnam, tot dat inmiddels reeds beroemde jubileumconcert van Alexander von Schlippenbachs Globe Unity Orchestra dat plaatsvond in 2016 en ook op deze blog is besproken. Dus staan er stukjes in over 'Ellington At Newport', Erroll Garners 'Concert By The Sea', Coleman Hawkins' 'The Hawk Flies High', Thelonious Monks 'Monk’s Music' en 'Thelonious Himself', Cannonball Adderley's 'Somehtin’ Else', Art Blakey's 'Moanin’', Ornette Colemans 'The Shape Of Jazz To Come', Miles Davis' 'Kind Of Blue' en 'Bitches Brew', Max Roach' 'We Insist! Freedom Now Suite', John Coltrane's 'My Favourite Things' en 'A Love Supreme', Oliver Nelsons 'The Blues And The Abstract Truth', Bill Evans' 'Walz For Debby’, Sonny Rollins' 'The Bridge', Charles Mingus' 'Pithecanthropus Erectus' en 'The Black Saint And The Sinner Lady’, Lee Morgans 'The Sidewinder', het eerder genoemde 'Out To Lunch' van Dolphy en nog heel veel meer. Bijzonder is ook dat Spiegel en Wittkamp zich niet beperken tot de mainstream. De free jazz komt uitgebreid aan bod, zowel de Amerikaanse als de Europese, maar ook een album als de titelloze eerste van John Zorns Naked City en 'Metropolis' van Willem Breuker. Natuurlijk, zelfs bij 111 albums blijft de keuze ook altijd arbitrair, iets dat zeker speelt bij de albums van de laatste 15 jaar. Zo zet ik mijn vraagtekens bij 'Certain Beauty' van Heinz Sauer en Michael Wollny, 'Black Orpheus' van Masaumi Kikuchi en 'Pas De Géant' van Camille Bertault. En kijken we naar de belangrijkste musici van de laatste decennia, dan mis ik er hier nog wel een paar. In willekeurige volgorde mis ik bijvoorbeeld Anthony Braxton, William Parker, Vijay Iyer, Bill Frisell, ICP Orchestra, Craig Taborn, Nate Wooley, Ken Vandermark en zo kunnen we nog wel even doorgaan. Maar ook bij de gekozen albums kun je je soms afvragen of die nu het meest representatief zijn voor de desbetreffende artiest. Is dat eerder genoemde album van Naked City nu het meest kenmerkende voor Zorn, of had hier het alom geprezen 'Masada Live In Middelheim' beter gepast? En neem trompettist Chet Baker. De keuze voor die eerste sessies met Gerry Mulligan, onder andere baanbrekend door de bezetting bestaande uit twee saxofonisten, bas en drums, is prima te verdedigen; de tweede keuze, Bakers allerlaatste optreden vind ik minder sterk. Een album als 'Chet Baker Sings' had hier veel beter gepast. En soms kun je als samenstellers niet anders. 'The Köln Concert' is bij lange na niet het beste soloalbum van Keith Jarrett, maar het is wel de meest populaire - het is met 3,5 miljoen verkochte exemplaren het best verkochte piano-solo album aller tijden - en dan rest je niets ander dan die te kiezen. Kanttekeningen genoeg, maar het blijft een leuk boek, met leuke weetjes over de albums. Met eindeloos bladeren, snuffelen en luisteren tot gevolg. En ja, hoog tijd dat we weer eens aan de slag gaan met onze serie Jazz Class-X. Labels: boek (Ben Taffijn, 19.1.20) - - [naar boven] Lees verder in het archief...
|
De redactie van Draai om je oren wenst je fijne feestdagen en een mooi, gezond en gelukkig 2025!
Archief
Artikelen Cd-recensies Concertrecensies Colofon Festivalverslagen Interviews Jazz in memoriams
Nieuws, tips, suggesties, adverteren, meewerken? |