Pagina's

maandag, juni 25, 2018

Festival
Doek Festival 2018 - Dag 2

Amagi / Stadhouders, Oliver, Vitols, 't Hart, Rosaly / Hoogland, Sylla, Rosaly, vrijdag 15 juni 2018, Bimhuis, Amsterdam

De tweede avond van het Doek Festival vindt plaats in het Bimhuis. Grensverleggende nieuwe projecten van Wolter Wierbos, Jasper Stadhouders en Oscar Jan Hoogland geven ons een goed beeld van wat we anno 2018 verstaan onder jazz. Een paar zaken die de projecten onderling met elkaar verbinden, ontlokt aan ons deze uitspraak. Zo blijken de projecten een ontmoetingsplaats tussen verschillende culturen, wat vooral geldt voor het project van Wierbos en dat van Hoogland, iets wat zich tevens vertaald in het gebruik van niet-westerse instrumenten. Klank staat in alle drie de projecten centraal en gaat een boeiende mix aan met meer traditionele categorieën als harmonie, melodie en ritme en het experiment - het zijn tenslotte DOEK-leden - wordt daarbij niet geschuwd.

In Amagi heeft Wolter Wierbos een groep Turkse musici om zich heen verzameld. Het woord is Sumerisch voor vrijheid, zo laat Wierbos ons weten, en dat begrip is onverkort van toepassing op dit project. Deze musici nemen de vrijheid om oude Turkse volksliederen te bewerken en - interessanter nog - aan elkaar te verbinden middels momenten van vrije improvisatie, waarin het naar hartenlust aan alle kanten knettert. Direct aan het begin zit zo'n prachtige passage, waarin we trombonist Wierbos basklarinettist Oguz Büyükberber horen uitdagen tot een boeiende dialoog. Een opvallende rol is tevens weggelegd voor Korhan Erel, die met haar live elektronica heerlijke geluiden in het rond strooit. Het type elektronische geluiden dat we tegenkomen in videospelletjes. Ze doet dat terloops, bescheiden en exact op het juiste moment. Het levert iedere keer weer een aangename verrassing op. En haar duet met Wierbos, waarbij de klanken van deze zo verschillende instrumenten op grootse wijze samenvallen, blijft ons nog wel even bij. Giray Gürkal op de Turkse luit, Gülşah Erol op cello en zangeres Eva Hoogland dragen de traditionele, zeer lyrische Turkse liederen. Muziek waar de beide blazers ook prima raad mee weten; met name Büyükberber laat zijn basklarinet hier overtuigend zingen.

Jasper Stadhouders liep al geruime tijd rond met het project dat hij hier presenteert onder de naam Stadhouders/Oliver/Vitols/'t Hart/Rosaly om daarmee de gelijkwaardige rol van eenieder te benadrukken. Hij is zeker van plan om hiermee door te gaan doen, dus de kans is zeker aanwezig dat we hem in deze constellatie vaker gaan zien. We zien ernaar uit, want Stadhouders heeft met dit project beslist een nieuwe stap gezet. Samen met Vitols componeerde hij de stukken die prachtig balanceren op de grens van lyriek en geluidskunst. Hemzelf horen we op akoestisch gitaar, waaraan hij soms opvallend melodische patronen ontfutselt. Tevens heeft hij vier opvallende musici voor dit project aan zich weten te binden. Harpo 't Hart had ik nog niet eerder horen spelen met zijn analoge modulaire synthesizer, maar hier drukt hij in ieder geval een onuitwisbare stempel op de muziek met zijn futuristische noise. Hij opent 'Accidentals Don’t Carry' op een indrukwekkende wijze en breekt ook in het verdere concert op de meest onverwachte momenten in voor verfrissende aanvullingen. Mary Oliver, afwisselend op viool en altviool, voelt zich eveneens prima thuis in dit kwintet en levert de ene flitsende solo na de andere. Zo soleert ze heel ingetogen en intens aan het begin van 'Drinks & Logistics', waarna het kwintet in een maalstroom geraakt waarin de folk doorklinkt. Op zulke momenten komen bassist Uldis Vitols en drummer Frank Rosaly uitstekend tot hun recht. Zij vormen een ideale ritmetandem en stuwen het geheel naar grote hoogte.

Rosaly mag na de pauze terugkomen voor het project van Oscar Jan Hoogland. Een trio waar hij de van oorsprong Senegalese instrumentalist en stemkunstenaar Mola Sylla voor uitnodigde. Die laatste kennen we natuurlijk van Reijseger/Fraanje/Sylla, maar horen we hier toch in een wat andere hoedanigheid. Want wie Hoogland kent, weet dat in dit concert het experiment centraal staat. En ja hoor, daar zit hij achter zijn clavichord met een batterij aan speeltjes, van megafoons tot een elektrische melkschuimer, van een cassettespeler tot allerhande schaaltjes en bordjes. Hoogland speelt, letterlijk, en het is altijd weer een genot de man bezig te zien en natuurlijk te horen. Want hoe losjes hij het allemaal ook moge doen, het past wonderwel. En zeker bij het slagwerk van Rosaly, die in dit concert naast zijn drumstel eveneens gebruikmaakt van een kist vol materiaal. En dan hebben we de van oorsprong uit Senegal afkomstige Sylla. Of hij nu fluistert, praat, zingt of gewoon een zee van klanken produceert; het is altijd weer indrukwekkend. Werkend vanuit een enorme rust, regelmatig nippend van zijn kopje thee, voegt hij zijn eigen stem toe en vult dat aan met het geluid van zijn duimpiano en zijn luit.

Foto's: Maarten van de Kamp