Pagina's

vrijdag, juni 22, 2018

Cd's
Nate Wooley - 'The Complete Syllables Music' (Pleasure Of The Text, 2017)

Opname: 23 april + 24 juli 2011, 7 oktober 2012, 2016
Nate Wooley - 'Knknighgh (Minimal Poetry For Aram Saroyan)' (Clean Feed, 2017)
Opname: 29 oktober 2016

De vanuit Brooklyn, New York acterende trompettist Nate Wooley heeft inmiddels een indrukwekkende staat van dienst opgebouwd. Weinigen bestrijken zo'n brede range aan muzikale stijlen. Abstracte groepsstukken, zoals verzameld in de 'Seven Storey Mountain'-serie, wisselt hij af met de opmerkelijk toegankelijke kwintetalbums. Daarnaast zijn er duoprojecten met collega's als Peter Evans en Ken Vandermark en soloprojecten, al dan niet in combinatie met elektronica. 'Trumpet/Amplifier' zag in 2010 het licht, 'The Almond' een jaar later.

In datzelfde jaar was Wooley tevens artist in residence in The Issue Project Room in Brooklyn, wat uitmondde in de 'Syllables'-serie, die onlangs integraal op vier cd's werd uitgebracht. Voor dit project ging Wooley een bijzonder experiment aan met als doel om de trompet uit zijn bekende context te halen; die van een solo-instrument binnen de jazz met alle technieken en klanken die daarbij horen: "To create the overall 'Syllables' framework I shifted my attention away from the traditional mechanics of trompet, including so-called extended techniques." Maar goed, de vraag is alleen: hoe doe je dat dan? Simpelweg iets niet meer willen is immers niet genoeg. Als je je muziek niet op de traditie wilt bouwen, waarop dan wel? Als kapstok koos Wooley het internationaal fonetisch alfabet, het IPA, wat staat voor een notatiesysteem voor de klanken die in menselijke spraak voorkomen. En in plaats van te werken met harmonie, melodie en ritme kiest hij hier voor drie fysieke elementen die bij blazen komen kijken: de houding van de tong, de afstand van de tanden en de mate van openheid van de keel, naar analogie van het fonetisch alfabet. Een vrij technische benadering met andere woorden. Voor iedere klank maakte Wooley een partituur van een pagina met daarin de 'uitspraak' van een klank en de tijd die daarmee gemoeid is. Alleen de volgorde van de diverse klanken is niet gegeven, die staat de uitvoerder vrij. '[8] Syllabus', dat in 2011 in de Issue Project Room werd opgenomen en dat in hetzelfde jaar werd uitgebracht op cd, is hiervan het resultaat.

Een leuk experiment, maar de vraag is natuurlijk of het ook goede muziek oplevert. Laten we allereerst stellen dat het resultaat van deze exercitie meer weg heeft van hedendaags gecomponeerde muziek dan van jazz en meer lijkt op het werk van componisten als John Cage en James Tenney dan op de muziek van Wooley's eigen kwintet. In zoverre kun je Wooley's experiment dus zeker geslaagd noemen. Het geheel bestaat kort gezegd uit een serie klanken, dat kan gezien het bovenstaande ook niet anders, gescheiden van elkaar door bijzonder lange stiltes. Die klanken duren soms heel kort en soms redelijk lang, klinkend als bijzondere drones. Associaties daarbij te over, van machines tot vogels en zwermen insecten, van kokend water tot de daarbij behorende fluitketel. De enige associatie die je niet hebt is die van de trompet.

In '[9] Syllables' gaat Wooley een stap verder en neemt als uitgangspunt een woord in plaats van losse klanken. En niet zomaar een woord, maar zijn geboorteplaats Clatskanie in Oregon. Dat hij daarmee het principe dat ten grondslag lag aan Syllables - loskomen van alles - loslaat, viel hem ook op: "Performance of [9] Syllables became linear as I made connections with memories of my youth and general feelings of enclosure, warmth, timber, cold. It was fascinating as a personal experiment, showing the power of one's personal history with a word. But as music it was unsuccessful, as it negated my attempt to sidestep traditional musical value. I had lost sight of the original desire to create something that obfuscated not only the technical and aesthetic limitations inherent in the history of the trumpet, but my own sense of what made music 'good' or 'bad.'" Als oplossing koos Wooley ervoor om de trompetklanken te verrijken met elektronica, loopings en andere vormen van manipulatie. Het komt het album in meerdere opzichten ten goede en maakt het tot een rijk en zeer boeiend geheel, met een sterk vervreemdende en duistere sfeer. Machines, tandartsboren en jankende wolven: het is hier allemaal aanwezig.

In 2016 voegt Wooley het uit twee delen bestaande 'For Kenneth Gaburo', een Amerikaanse componist die in belangrijke mate heeft bijgedragen aan de theoretische basis van Wooley's experimenten, hieraan toe. Gebruikte Wooley in '[9] Syllables' het woord Clatskanie, zijn geboorteplaats, hier gebruikt Wooley een stuk tekst van Gaburo, alleen dan zodanig in stukken geknipt dat het niet meer herkenbaar is. In het eerst deel horen we louter de trompet, in het tweede deel voegt Wooley er elektronica aan toe en ook het beluisteren van dit stuk vormt weer een bijzondere ervaring. De cyclus is inmiddels voltooid. De fysieke problemen die het Wooley geeft aan schouders, keel en tanden maken verdere solo-optredens van dit corpus niet meer gewenst, we kunnen ons er iets bij voorstellen.

Voor wie 'Syllables Music' qua experiment net iets te ver gaat, is er het onlangs bij Clean Feed uitgekomen 'KNKNIGHGH', met als ondertitel 'Minimal Poetry For Aram Saroyan'. Laatstgenoemde werd in 1965 beroemd en berucht met zijn gedicht 'lighght', dat uit niet meer bestaat dan deze titel. Noodzakelijke informatie voor de vijf stukken op dit album die de nummers 3 tot en met 8 meekregen. We vinden Wooley hier en alle stukken zijn van zijn hand, naast altsaxofonist Chris Pitsiokos met wie hij menige weerbarstige, maar o zo boeiende dialoog aangaat. Bassist Brandon Lopez en drummer Dre Hočevar completeren het kwartet en bouwen op overtuigende wijze mee aan Wooley's minimale gedichten. Nou ja, minimaal. De muziek klinkt op menig moment eerder maximaal, waarbij het geheel veel weg heeft van een circus met de vier musici als volleerde jongleurs die het maximale aantal borden in de lucht houden. Vallen doet er niet één.