Draai om je oren
Jazz en meer - Weblog





 




Louis Moholo en zijn vrienden bouwen Zuid-Afrikaans feestje
woensdag 12 april 2006, Bimhuis, Amsterdam

De Zuid-Afrikaanse drummer Louis Moholo vestigde zich met de andere leden – Johnny Dyani, Chris McGregor, Dudu Pukwana, Mongezi Feza en Nick Moyake – van de groep The Blue Notes in 1964 in Engeland. Daar sloot de groep zich aan bij de free improvisation scene. Exponenten van die scene waren onder anderen John Stevens, Evan Parker, Mike Osborne en Harry Miller. In 1969 formeerde Chris McGregor de big band Brotherhood of Breath, waarin zowel de musici van The Blue Notes als Engelse improvisatoren zaten. Het orkest was zeer succesvol in de jaren '70 en '80. Het verscheen op alle grote en bekende Europese jazzfestivals en speelde talloze keren in Nederland.

Moholo is zowel binnen de Engelse als de Europese free jazzscene een prominent, zeer gewaardeerd en veel gevraagd drummer. Daarnaast speelde hij ook met befaamde Amerikanen als Ornette Coleman, Archie Shepp, Cecil Taylor en Steve Lacey. In het Amsterdamse Bimhuis werd hij omringd door zijn Amsterdam Friends. En dat waren zeker niet de eerste de besten: bassist Ernst Glerum, cellist Tristan Honsinger, pianist Misha Mengelberg, de saxofonisten Tobias Delius en Sean Bergin, en als speciale gast collega-drummer Han Bennink.

Tristan Honsinger en de beide drummers openden het concert met een indrukwekkende free jazz steaming stream of swinging pulsing brushes drumming. In die stroom van drumgeweld liet Honsinger zich niet weg spelen. Integendeel, hij voegde een continue gestreken en passende notenreeks toe. Een hypnotiserende ouverture van een (naar later bleek) overwegend zeer geïnspireerd concert. Na deze opening werd er door Moholo, de twee blazers, Glerum en Mengelberg een suite-achtig stuk gespeeld. Hoofdzakelijk waren dat op Afrikaanse ritmes gebaseerde melodietjes. Vooral Bergin soleerde prominent, zeer energiek en met een groot robuust geluid. Lag dat aan zijn Borgani-sax of aan zijn embouchure?!

Na de pauze werd een welhaast ononderbroken langdurige impro-set gespeeld door het voltallige gezelschap. De musici speelden volgens het instant composers-concept met hier en daar, wederom, op de Zuid-Afrikaanse kwela en dergelijke geïnspireerde liedjes. Naast de in zeer goede vorm verkerende Bergin stak het solospel van Delius wat mager af. Zijn soli waren niet lang, hadden weinig kracht en waren minder geïnspireerd dan bij hem gebruikelijk is. Van de beide drummers was Bennink uiteraard de meest extravagante. Van competitiedrift was echter geen sprake. De slagwerkers zaten elkaar niet in de weg. Integendeel, ze vulden elkaar juist erg goed aan, zodat met de swingende strijkers – bas en cello – een voortdurende fascinerende ritmische puls werd geproduceerd. Mengelbergs pianistische invullingen waren, om een Verdonk-term te gebruiken, adequaat.

Het was een interessante ontmoeting tussen de Zuid-Afrikaanse free kwela-jazz georiënteerde Moholo en de Amsterdamse (Westerse) impro-scene.

(Jacques Los, 4.5.06) - - [naar boven]


Lees verder in het archief...








Menupagina's:




Cd van het moment:
Sylvie Courvoisier - 'Chimaera'

Klik op de hoes om een track te beluisteren en voor meer informatie





Nieuws, tips, suggesties, adverteren, meewerken?
Mail de redactie.